PRD's Flashcards

1
Q

Waar moet een reparatie- of wijzigingplan aan voldoen?

A
  • De te gebruiken materialen zijn conform de constructietekening. Bij afwijkende LTM dan katern 5.1 volgen
  • Verificatie van de volgende drie zaken volgens de oorspronkelijke constructiecode: (als deze geen adequate oplossing biedt, dan andere geharmoniseerde norm kan worden gebruikt)
    • Constructiedetails
    • Lasdetails
    • Inspecteerbaarheid
  • Gebruik van industry practices zoals TEMA, API, EEMUA en NACE wordt aanbevolen
  • Bij ongelijksoortige materialen, dan een evaluatie van de materiaalkundige aspecten van de lasverbinding:
    • Galvanische corrosie
    • Thermische vermoeiing
    • Koolstofdiffusie bij zwart-wit verbindingen
    • Verschil in samenstelling tussen LTM en BM
  • Evaluatie van de lasbaarheid door beoordeling van faalmechanismen, uitvoeren van mechanische beproeving of een lasbaarheidsproef
  • Opstellen van LMB, LK en LMK conform EN-ISO 15614
  • Bepaal de noodzaak voor het uitvoeren van warmtebehandelingen:
    • Waterstofarm gloeien
    • Voorwarmen
    • Interpass temperatuur
    • Warmtebehandeling na lassen en vormgeving
  • Vormgeving van austenitische legeringen: sommige RVS en nikkelsoort die een sterke precipitatieharding in de korrels vertonen, kunnen na koudvervorming en lassen en bij gebruik in het T tussen 500 en 750 gevoelig zijn voor scheurvorming door relaxatie (ook wel SIC)
  • Een productieproefplaat- en/of controle in eindtoestand volgens de oorspronkelijke constructiecode. Indien de oorspronkelijke constructiecode geen adequate oplossing biedt moet de controle in eindtoestand worden uitgevoerd volgens bijlage 1
  • Eventueel constructiepakket met: tekening, materiaallijst, WPS, bereikbaarheidsplan enz
  • Goedkeuring van het reparatieplan conform de bevoegdheden in katern 2.5.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem de meest gangbare norm voor:

  1. Drukvaten
  2. Installatieleidingen
  3. Ketels
A

Drukvaten: EN 13445-4

Installatieleidingen: EN13480-4

Ketels: EN12952-5/EN 12953-4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar moet de rapportage van een reparatie aan voldoen?

A

De rapportage moet voldoen aan katern 2.5 en het volgende als minimum omvatten:

  • terugkoppeling (met faalmechanismen) naar RBI-studies en termijnverlengingstudie;
  • documentatie van de resultaten van faalmechanismen- en FFS-studies;
  • overleggen van het fabricagerapport;
  • aanpassingen van:
  • as-built-tekeningen,
  • het periodieke herbeoordelingsplan,
  • herbeoordelingstermijn indien nodig;
  • archivering in het fabrieksarchief c.q. het archief van de gebruiker;
  • vermelding van de reparatie/constructieve wijziging in het aantekeningenblad van de

vergunning c.q. VvI.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de voorwaarden voor het toepassen van TV?

A

Termijnverlenging is alleen mogelijk voor een drukapparaat dat voldoet aan de volgende

punten:

. Het constructiemateriaal behoort niet tot de groep ‘niet-metallische composieten’

(zoals glasvezelversterkte kunststoffen en harsgebonden grafiet).

. Het constructiemateriaal behoort wel tot de groep ‘niet-metallische composieten’,

maar wordt toegepast in neutrale waterige oplossingen.

. De laatste herbeoordeling omvatte:

. hetzij een periodieke herbeoordeling, gebaseerd op een analyse uitgevoerd door

een team met de samenstelling en werkwijze als aangegeven in bijlage 11 (ander

passend onderzoek);

. hetzij een volledig visueel inwendig onderzoek;

. hetzij ten minste twee van de volgende onderzoeken:

. gedeeltelijk visueel inwendig onderzoek;

. niet-destructief onderzoek;

. persproef;

. hetzij, als alternatief voor leidingen, een niet-destructief onderzoek.

. Er wordt uitwendig onderzoek verricht binnen de niet-verlengde vaste termijn. De

omvang van dit onderzoek wordt door de gebruiker aangegeven in het herbeoordelingsplan

en beoordeeld door de IvG/KvG/AKI.

. Er is vastgesteld dat reparaties, wijzigingen of geconstateerde afwijkingen geen beletsel

vormen voor termijnverlenging. Dit kan onder andere gebeuren via een eerdere herbeoordeling,

een aanvullend onderzoek of een laboratoriumonderzoek aan overeenkomstige

drukapparatuur.

. Voor ontgassers van ongelegeerd of laaggelegeerd staal, waarbij na het lassen een

warmtebehandeling is uitgevoerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar controleert de AKI op tijdens een Keuring voor ingebruik neming?

A

a. de verificatie van de drukapparatuur aan de hand van de gebruiksaanwijzing en markeringen;

b. de controle van de uitwendige toestand van de drukapparatuur;
c. de controle van de werking van de veiligheidsappendages en onder druk staande appendages; en
d. de controle van de opstelling van de drukapparatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat doet de AKI na het uitvoeren van een keuring voor ingebruikname?

A

De NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie en NL-keuringsdienst van gebruikers, bedoeld in het zesde lid, stellen een rapport op van de keuring, bedoeld in het tweede lid, en stellen een exemplaar van het rapport beschikbaar aan de gebruiker. In dit rapport kunnen voorwaarden worden gesteld waaraan wordt voldaan alvorens een verklaring van ingebruikneming wordt afgegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat moet bij een aanvraag voor herkeuring worden ingediend bij de AKI?

A

naam en adres van de gebruiker en de plaats waar de drukapparatuur staat opgesteld;

b. de verklaring van ingebruikneming, de verklaring van intredekeuring en ingebruikneming en de verklaring van herkeuring, afgegeven na een voorgaande herkeuring, met inbegrip van de bij de keuringen behorende rapporten, en het aantekenblad, bedoeld in artikel 24;
c. de documentatie van de drukapparatuur die is afgegeven tot 29 mei 2002 op grond van de wettelijke voorschriften die van toepassing waren vóór 29 november 1999; en
d. naar het oordeel van de NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie of NL-keuringsdienst van gebruikers, bedoeld in het zesde lid, aanvullende documentatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke onderzoeken voert de AKI uit tijdens een herkeuring?

A

a. de controle van de inwendige toestand van drukapparatuur door een inwendig onderzoek of ander passend onderzoek gericht op de inwendige toestand; en

b. de controle van de uitwendige toestand van de drukapparatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe heet het rapport dat de AKI afgeeft na een herkeuring en wat wordt hierin vermeld?

A

verklaring van herkeuring

1) wordt de geldigheidstermijn vermeld
2) voorwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Voor welke toestellen is een intredekeuring van toepassing?

A

a. voor 29 mei 2002 is vervaardigd overeenkomstig de wettelijke voorschriften van een staat, niet zijnde Nederland, die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte; of
b. op of na 29 mei 2002 is vervaardigd overeenkomstig de wettelijke voorschriften van een staat, die is toegetreden tot de Europese Unie op of na 29 mei 2002, mits de vervaardiging is geschied voor de datum van toetreding van de desbetreffende staat, en die niet voor 29 mei 2002 in overeenstemming is gebracht met de richtlijn, en die op grond van artikel 21, eerste lid, is aangewezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke bescheiden moeten worden overhandigd tijdens de aanvraag van een intredekeuring?

A

a. naam en adres van de gebruiker en het adres van de plaats van opstelling van de drukapparatuur;
b. de documenten omtrent het ontwerp, de vervaardiging en het toegestane gebruik van de drukapparatuur; en
c. de afgegeven verklaringen met bijbehorende rapporten met betrekking tot keuringen van drukapparatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat onderzoekt de AKI tijdens een intredekeuring?

A

a. een beoordeling van het ontwerp naar het beoogde gebruiksdoel van de drukapparatuur;
b. een beoordeling van de documenten die betrekking hebben op de vervaardiging van de drukapparatuur;
c. een beoordeling van de integratie en beveiliging van de drukapparatuur;
d. de onderzoeken tijdens een keuring voor ingebruikname
e. de onderzoeken tijdens een herkeuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe heet het rapport van de AKI na een intredekeuring?

Wat staat hierin?

A

Verklaring van intredekeuring

a. wordt de termijn vermeld waarbinnen de drukapparatuur uiterlijk aan een herkeuring als bedoeld in artikel 22, wordt onderworpen; en
b. kunnen voorwaarden worden gesteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het aantekenblad en wat staat hierin?

A

Op het aantekenblad worden de bevindingen van elke verrichting aan de drukapparatuur vermeld, met, indien van toepassing, verwijzing naar verklaringen en bijbehorende rapporten, totdat de drukapparatuur is afgekeurd hetzij onklaar is gemaakt hetzij anderszins kennelijk niet meer voor gebruik is bestemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie is er bevoegd om op het aantekenblad aantekeningen te maken?

A

Uitsluitend de betrokken NL-conformiteitsbeoordelingsinstantie en NL-keuringsdienst van gebruikers zijn bevoegd op het aantekenblad aantekeningen te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wanneer wordt een KVI uitgevoerd?

A
  1. Voorafgaand aan een eerste ingebruiksneming van nieuwe drukapparatuur
  2. Indien van toepassing voorafgaand aan een hernieuwde ingebruikneming van bestaande drukapparatuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat kunnen aanleidingen zijn voor het uitvoeren van een hernieuwde KVI?

A
  1. Wijziging van de plaats van opstelling
  2. Wijziging van de constructieve uitvoering
  3. Wijziging van de integratie of beveiliging van drukapparatuur in installatieverband
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is het doel van de KVI?

A
  1. Het bedoelde gebruik door de fabrikant aangaande ingebruikneming, gebruik, buitengebruikstelling, onderhoud en controle of inspectie
  2. De van toepassing zijnde wettelijke voorschriften voor een eerste of hernieuwde ingebruikneming en de eerste of eerstvolgende periodieke herkeuringen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat voor informatie is benodigd in relatie tot het gebruik van drukapparatuur

A
  1. Het gebruik, met inbegrip van in gebruik nemen en uit gebruik nemen, het onderhoud en de controles cq inspecties door de gebruiker volgens de bedielingen van de fabrikant
  2. Periodieke herkeuringen
  3. In voorkomend geval voor reparaties of wijzigingen is de beschikbaarheid van de benodigde informatie van drukapparatuur van evident belang
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoe kun weten of je alle informatie die nodig is bij een KVI hebt?

A

Een checklist is aanwezig in bijlage 2 van katern 2.2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn enkele kenmerkende voorwaarden voor het uitvoeren van een KVI?

A
  1. Wordt volledig gemonteerd uitgevoerd en staat gebruiksklaar opgested, volgens de gebruiksaanwijziging van de fabrikant
  2. Drukapparatuur is vrij van verontreinigingen
  3. Expansiebalgen en verende ondersteuningen zijn gedeblokkeerd
  4. Veiligheidskleppen zijn voor montage onderworpen aan een functionele test
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Bij wie moet de KVI aangevraagd worden?

A

AKI of KvG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Uit welke onderdelen bestaat de KVI?

A
  1. Voorbereiding en document beoordeling
  2. Praktische uitvoering op de plaats van opstelling van de drukapparatuur
  3. Rapportage van de resultaten
  4. Besluitvorming over de afgifte van een (voorlopige) verklaring van ingebruikname
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Uit welke verificaties en controles bestaat de uitvoering van de KVI?

A
  1. Verificatie van de drukapparatuur aan de hand van de gebruiksaanwijzingen en markeringen
  2. Controle van de uitwendige toestand van de drukapparatuur
  3. Controle van de werking van de veiligheidsappendages en onder druk staande appendages
  4. Controle van de opstelling van de drukapparatuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat wordt door de AKI of KvG vastgelegd in een rapport Keuring voor Ingebruikname?

A
  1. De van toepassing zijnde verificaties en controles
  2. Rapportage van de onderzoeksresultaten
  3. Voorwaarden voor de afgifte van een verklaring van ingebruikneming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Welke drie mogelijkheden zijn er als uitkomst van een uitgevoerde KVI?

A
  1. Afgifte van Verklaring Van Ingebruikname, omdat geen bezwaar
  2. Afgifte van voorlopige VVI, op grond van geconstateerde problemen, geen bezwaar voor ingebruikname. Toelichting: voorlopige VVI is alleen tijdelijk. Mogelijk kan management van gebruiker worden gevraagd om bewustzijn te bevestigen. Geconstateerde problemen zijn altijd van dien aard dat ze geen gevaar vormen
  3. Weigering van afgifte VVI. Gebruiker eerst de gebreken wegwerken alvorens nieuwe KVI aan te vragen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Welke gegevens bevat de VVI?

A
  • Naam en adres instelling die KVI heeft uitgevoerd
  • Naam en adres gebruiker
  • Adres en plaats waar toestel is opgesteld
  • (Gebruikers)kenmerk en/of registratienummer va de drukapp
  • Benodigde gegevens voor eenduidige omschrijving van drukapparatuur
  • Etc
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat is het doel van een aantekenblad? Wat wordt erop vastgelegd? Waar hoort het aantekenblad bij?

A

Het beheren van een registratie van de verrichtingen door een aangewezen keuringsinstelling of keuringsdienst van gebruikers

Aard van de onderzoeken, bevindingen en vereiste maatregelen

Hoort bij de verklaring van ingebruikname

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat zijn de verplichtingen van de gebruiker in de gebruiksfase?

A
  1. Het gebruik van drukapparatuur in installatieverband in overeenstemming met de toegestande cq vastgelegede gebruiksomstandigheden volgens de VVI
  2. De vereiste inspecties en het benodigde onderhoud
  3. De melding aan AKI of KvG van:
    1. Voorgenomen wijzigingen
    2. Achteraf geconstateerde afwijkingen
    3. Geconstateerde schade
    4. Voorgenomen reparaties
    5. Voorgenomen wijzigingen in installatieverband
    6. Tijdelijke en definitieve buitengebruikstelling
  4. As-built of as-in-operation gebruiksdocumentatie van drukapparatuur in installatieverband
  5. Vernietiging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Welke drie zaken vallen onder de bewaarplicht van de gebruiker

A
  1. De verklaring van ingebruikname, rapport voor goedkeuring voor ingebruikneming, aantekenblad, verklaring van herkeuring en overige bijbehorende documenten
  2. de technische documentatie volgens bijlage 2
  3. in voorkomend geval, de technische documentatie van een reparatie of wijziging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat zijn de hoofdbestanddelen van een verificatie en controle tijdens de KVI?

A
  1. Verificatie van drukapparatuur aan de hand van de gebruiksaanwijzing en markeringen
  2. Controle van de uitwendige toestand van de drukapparatuur
  3. Controle van de werking van de veiligheidsappendages en onder druk staande appendages
  4. Controle van de opstelling van de drukapparatuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Welke zaken moeten in het basisontwerp worden bepaald?

A
  1. gebruiksomstandigheden
  2. de opsplitsing van het installatieverband naar verschillende drukapparaten
  3. de toe te passen code ten behoeve van ontwerp, fabricage, samenbouw en beveiliging van de installatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat is het doel van de beoordeling van overeenstemming van samenbouw van drukapparatuur?

A

om zeker te stellen dat is voldaan aan de bepalingen van het Warenwetbesluit Drukapparatuur, de Regeling en bijbehorende toelichting

Gericht op:

  1. veilige bediening en werking van de installatie
  2. consistente samenboiuw van de verschillende drukapparatuur
  3. inrichtingen voor vullen en ledigen
  4. beveiliging tegen overschrijding van de toelaatbare grenzen van de drukapparatuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Wat is de definitie van een druksysteem?

A

een stelsel van verschillende drukapparaten of samenstellen die onder de verantwoordelijkheid van de gebruiker op zijn bedrijfsterrein tot een geïntegreerd en functioneel geheel zijn geassembleerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Wat is de definitie van een samenstel?

A

een assemblage van verschillende drukapparaten tot een geïntegreerd en functioneel geheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Onder welke verantwoordelijkheid komt een samenbouw tot stand, en hoe wordt de samenbouw dan genoemd?

A
  1. Een fabrikant: de samenbouw wordt een samenstel genoemd
  2. De gebruiker: dan wordt de samenbouw een druksysteem genoemd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Wat moet een samenbouw van apparaten ondergaan, wanneer één drukapparaat keuringsplichtig is?

A

De samenbouw moet een beoordeling van overeenstemming ondergaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat is het doel van een periodieke herbeoordeling?

A

Het doel van een periodieke herbeoordeling is om aan de hand van de beoordeling van de technische integriteit van de drukapparatuur en de goede werking van de bijbehorende veiligheidsappendages en onder druk staande appendages, vast te stellen of verder gebruik verantwoord is voor een volgende gebruiksperiode.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat is de definitie van ander passend onderzoek?

Wat is de definitie van aanvullend onderzoek?

A

Alternatieve onderzoeken (t.o.v. visueel inwendig onderzoek) gebaseerd op geïnventariseerde faalmechanismen en de daarvoor beschikbare beste inspectietechnieken, om te komen tot beoordeling van de inwendige conditie van een drukapparaat.

Onderzoeken die aanvullende informatie geven over de conditie van het drukapparaat en de trend van (bepaalde) faalmechanismen van het drukapparaat of van het soort drukapparaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Wat is de defintie van de risicochecklijst voor (brandstof)gestookte drukapparatuur met gevaar voor oververhitting?

A

Door de gebruiker voorgestelde en door NL-CBI/NL-KvG goedgekeurde controlelijst bij een risicoanalyse die als basis dient voor de vaststelling van een aanvaardbaar risico en dus een langere vaste termijn van herbeoordeling dan twee jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Wat is de defintie van oververhitting?

A

Verhitting van drukhoudende delen boven TS (maximaal toelaatbare temperatuur), waardoor materiaalverzwakking een verhoogde faalkans introduceert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Wat is gevaarlijke vervuiling?

A

Vervuiling die schadelijk is voor de gezondheid van de mens en die redelijkerwijs niet kan worden weggenomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Wat is de defintie van “geen onaanvaardbaar risico voor de veiligheid en gezondheid van personen of het milieu”.

A

Er is geen onvoorziene aantasting aangetroffen in de voorafgaande bedrijfsperiode en niet verwacht in de komende bedrijfsperiode

44
Q

Bij brandstofgestookte drukapparatuur is sprake van warmteoverdracht door middel van vuur (stralingswarmte) en/of door convectie van rookgassen. Wanneer is sprake van mogelijk oververhitting?

A

Altijd

45
Q

Wat is de defintie van een stoomketel?

A

Dit is een drukapparaat met als procesmedium water/stoom, waarin water tot boven zijn atmosferisch kookpunt wordt verhit door warmte afkomstig van verbranding.

46
Q

Welk onderscheid wordt gemaakt in brandstofgestookte drukapparatuur?

A
  • met GVO
  • met GVO en aanvaardbaar risico (GVO gereduceerd)
47
Q

Wat is de definitie van anderszins verwarmde drukapparatuur? Wanneer kan worden aangenomen dat hier geen gevaar voor oververhitting bestaat? Hoe worden ze aangeduid als geen gevaar voor oververhitting bestaat?

A
  1. Verwarming door niet-rookgassen, bijvoorbeeld een katalysator of fysich proces (shell en tube, reboilers).
  2. Geen gevaar voor oververhitting, omdat
    • oververhitting alleen bij onvoorziene bedrijfsomstandigheden mogelijk zal optreden;
    • als dit optreedt dit niet zal leiden tot een gevaar voor VGM door de aanwezigheid van een tweede omhullende ruimte om de falende drukhoudende wand;
  3. Deze drukapparatuur wordt in het vervolg van dit katern behandeld als zijnde ‘drukvaten’.
48
Q

Op welke twee manieren kan een drukapparatuur verwarmd worden, hoe is de indeling volgens de PRD’s?

A
  1. Brandstofgestookt drukapparatuur, met GVO of met GVO en aanvaardbaardbaar risico
  2. Anderszins verwarmde drukapparatuur, er is geen GVO als oververhitting alleen bij onvoorziene bedrijfsomstandigheden optreden, en dit niet zal leiden tot een gevaar voor VGM door de aanwezigheid van een tweede omhullende wand
49
Q

Wat voor informatie heb je nodig voor het uitvoeren van een periodieke herbeoordeling van drukapparatuur?

A

Gebruik bijlage 2 van katern 2.1

50
Q

Welke indeling voor drukapparatuur wordt gehanteerd?

A
  • drukvaten;
  • brandstofgestookte drukapparatuur met gevaar voor oververhitting;
  • installatieleidingen;
  • onder druk staande appendages;
  • veiligheidsappendages;
  • f lessen voor ademhalingstoestellen.
51
Q

Wat is het uitgangspunt bij het kiezen van de methode en de middelen om de conditie van DA te bepalen? En noem een voorbeeld?

A

Geen onevenredig grote schade laten ontstaan.

Voorbeeld: het verwijderen van isolatie op cryogene DA

52
Q

Schets het afloopschema voor de bepaling van de inwendige conditie

A
53
Q

Wat is het inspectiescope beleid tijdens de bepaling van de inwendige conditie?

A

• Eerste periodieke herbeoordeling:

Direct visueel onderzoek (A), en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens

katern 3.2.

• Tweede en volgende periodieke herbeoordeling:

Direct visueel onderzoek (A) en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens

katern 3.2,

of

Indien direct visueel onderzoek kan worden vervangen door indirect visueel onderzoek:

indirect visueel onderzoek (B), en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens

katern 3.2,

of

Ander passend onderzoek (D) volgens de voorwaarden van bijlage 11.

54
Q

Wat geldt bij de bepaling van de inwendige conditie, wanneer je dit doet dmv visueel onderzoek (met evt aanvullend onderzoek)

A
  • Als een ruimte voorzien is van een inwendige bekleding, bemetseling of voering, dan moet de conditie daarvan worden onderzocht en beoordeeld.
  • Van eventueel binnenwerk van stoom- en waterhouders moet voor elke herbeoordeling een ander aaneensluitend gedeelte, van tenminste een kwart, verwijderd zijn.
  • Als een ruimte door binnenwerk wordt gecompartimenteerd, dan kan het inwendigonderzoek beperkt blijven tot de daarvoor zonder verwijdering van binnenwerk toegankelijke wandgedeelten, als voldaan is aan alle volgende punten:
  1. Er wordt geen inwendige aantasting verwacht
  2. Bij de eerste periodieke herbeoordeling is de wand volledig onderzocht en daarbij is geen aantasting waargenomen.
  3. Het toegankelijke wandgedeelte omvat ten minste de bodem, de top, het inlaatgedeelte, het uitlaatgedeelte en de eventuele vloeistoflijn
  4. De gebruiksomstandigheden zijn niet veranderd.
  • Voor ruimten met gedeeltelijke of volledige vulling kan het inwendig onderzoek beperkt blijven tot de toegankelijke wandgedeelten, als voldaan is aan alle volgende punten:
  • Er wordt geen inwendige aantasting verwacht.
  1. De levensduur van de vulling is groter dan de herbeoordelingstermijn.
  2. Een niet-destructief onderzoek van de wand vindt plaats op de niet inwendig toegankelijke delen van de wand.
  3. Een volledige vulling moet echter tenminste eenmaal in de 12 jaar verwijderd worden ten behoeve van een volledig inwendig onderzoek.
  • Wordt om enige reden de bekleding, de vulling of het binnenwerk geheel of gedeeltelijk verwijderd, dan moeten de aldus toegankelijk geworden wandgedeelten worden onderzocht.
55
Q

Hoe wordt de omvang van de herbeoordeling vastgesteld wanneer het onderzoek wordt uitgevoerd cf paragraaf 6.2.1 indirect visueel onderzoek (B) en evt additioneel onderzoek (C)

A

aan de hand van de geïnventariseerde faalmechanismen, zie katern 3.1

56
Q

Hoe wordt de omvang van de herbeoordeling vastgesteld wanneer het onderzoek wordt uitgevoerd cf paragraaf 6.2.1 ander passend onderzoek (D)

A

aan de hand van de geïnventariseerde faalmechanismen, waarbij voldaan is aan alle voorwaarden zoals gesteld in bijlage 11.

57
Q

Waarmee moet het onderzoek worden uitgebreid wanneer het drukvat voorzien is van een isolerende bekleding en voldoet aan een van de volgende eisen:

  • Ongelegeerd en laaggelegeerd staal met een bedrijfstemperatuur tussen –5 °C en 175 °C,
  • Austenitisch roestvast staal met een bedrijfstemp tussen 50 °C en 175 °C,
  • Onderbroken bedrijf van buiten naar binnen de bovengenoemde temperatuurgrenzen (bijvoorbeeld cyclisch regenereren)
A

Onderzoeken opnemen in het beoordelingsplan, gericht op het detecteren van aantastingen onder de isolerende bekleding (zie katern 5.3)

58
Q

Wat is het beleid omtrent de bepaling van de inwendige conditie van brandstofgestookte drukapparatuur, met GVO

A
  • Eerste periodieke herbeoordeling: Direct visueel onderzoek (A), en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens katern 3.2.
  • Tweede en volgende periodieke herbeoordeling: Direct visueel onderzoek (A) en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens katern 3.2,

of

Indien direct visueel onderzoek kan worden vervangen door indirect visueel onderzoek: indirect visueel onderzoek (B), en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens katern 3.2,

of

Ander passend onderzoek (D) volgens de voorwaarden van bijlage 11.

59
Q

Wat is de omvang van de bepaling van de inwendige conditie van brandstofgestookte drukapparatuur?

A

Wanneer de onderzoeken worden uitgevoerd conform paragraaf 6.3.1, direct visueel onderzoek (A) en eventueel additioneel onderzoek (C) (vooral gericht op het opsporen van waarneembare gebreken en het vaststellen van de eventueel zichtbare gevolgen van faalmechanismen), dan geldt het volgende.

  • Van inwendig inspecteerbare vloeistof-verzamelkasten of vloeistof-verdeelkasten moet elke herbeoordeling een andere groep inspectieopeningen geopend worden, zodat na 12 jaar alle openingen ten minste eenmaal geopend zijn.
  • Als een ruimte voorzien is van een inwendige bekleding, bemetseling of voering, dan moet de conditie daarvan worden onderzocht en beoordeeld.
  • Als een ruimte door binnenwerk wordt gecompartimenteerd, dan kan het inwendig onderzoek beperkt blijven tot de daarvoor zonder verwijdering van binnenwerk toegankelijke wandgedeelten, als voldaan is aan alle volgende punten:
  • Er wordt geen inwendige aantasting verwacht.
  • Bij de eerste periodieke herbeoordeling is de wand volledig onderzocht en daarbij is geen aantasting waargenomen.
  • Het toegankelijke wandgedeelte omvat ten minste de bodem, de top, het inlaatgedeelte, het uitlaatgedeelte en de eventuele vloeistoflijn.
  • De gebruiksomstandigheden zijn niet veranderd.
  • Voor ruimten met gedeeltelijke of volledige vulling kan het inwendig onderzoek beperkt blijven tot de toegankelijke wandgedeelten, als voldaan is aan alle volgende punten:
  • Er wordt geen inwendige aantasting verwacht.
  • De levensduur van de vulling is groter dan de herbeoordelingstermijn.
  • Een niet-destructief onderzoek van de wand vindt plaats op de niet inwendig toegankelijke

delen van de wand.

Een volledige vulling moet echter tenminste eenmaal in de 12 jaar verwijderd worden ten behoeve van een volledig inwendig onderzoek.

• Wordt om enige reden de bekleding, de vulling of het binnenwerk geheel of gedeeltelijk verwijderd, dan moeten de aldus toegankelijk geworden wandgedeelten worden onderzocht.

60
Q

Welke norm is van toepassing voor industriele slangassemblages?

A

NPR 5527

61
Q

Wat is het beleid omtrent de bepaling van de inwendige conditie van installatieleidingen?

A
  • Eerste periodieke herbeoordeling:

Direct visueel onderzoek (A), en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens katern 3.2.

  • Tweede en volgende periodieke herbeoordeling:

Direct visueel onderzoek (A) en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens

katern 3.2,

of

Indien direct visueel onderzoek kan worden vervangen door indirect visueel onderzoek:

indirect visueel onderzoek (B), en eventueel additioneel onderzoek (C), volgens

katern 3.2,

of

Ander passend onderzoek (D) volgens de voorwaarden van bijlage 11.

62
Q

Wat moet je doen als de installatieleiding niet voor personen betreedbaar is?

A

Als de installatieleiding niet voor personen betreedbaar is vanwege afmetingen en/of de aanwezigheid van gevaarlijke vervuiling, maar niet-destructief onderzoek en/of indirect visueel onderzoek wel uitvoerbaar is: doelmatig niet-destructief onderzoek (E) en/of indirect visueel onderzoek (F) volgens katern 3.2.

In alle overige gevallen: een persproef volgens katern 3.2.

63
Q

Hoe wordt de omvang van de inwendige conditie bepaald, in het geval van direct visueel onderzoek (A), indirect visueel onderzoek (B, F) en eventueel additioneel onderzoek (C)

A

Wanneer de onderzoeken worden uitgevoerd conform paragraaf 6.4.1 direct visueel onderzoek (A), indirect visueel onderzoek (B, F) en eventueel additioneel onderzoek (C), dan wordt de omvang van de herbeoordeling vastgesteld aan de hand van de geïnventariseerde faalmechanismen, zie katern 3.1.

64
Q

Hoe wordt de omvang van de bepaling van de inwendige conditie bepaald, wanneer de onderzoeken worden uitgevoerd conform paragraaf 6.4.1, doelmatig nietdestructief onderzoek (E), of het additioneel onderzoek (C) bestaat uit niet-destructief onderzoek?

A

Uitwendig niet-destructief onderzoek als vervanging voor visueel inwendig onderzoek.

Dit onderzoek dient, in het kader van de herbeoordeling, om zonder inwendig onderzoek te kunnen vaststellen of de installatieleiding inwendig is aangetast of scheuren of andere afwijkingen vertoont. Voor leidingen moet het onderzoek worden uitgevoerd aan fittingen:

  • Voor leidingen ≤ DN50, 10% van het aantal fittingen met een minimum van twee.
  • In alle overige gevallen 15% van het aantal fittingen met een minimum van drie.
  • Als bij twee achtereenvolgende herbeoordelingen geen of verwaarloosbare aantastingen of afwijkingen zijn gevonden, wordt de omvang voor volgende herbeoordelingen gehalveerd met handhaving van het minimumaantal.
65
Q

Hoe wordt de omvang van de bepaling van de inwendige conditie bepaald, wanneer het onderzoek wordt uitgevoerd conform paragraaf 6.4.1, ander passend onderzoek

(D)

A

de omvang van de herbeoordeling vastgesteld aan de hand van de geïnventariseerde faalmechanismen, waarbij voldaan is aan alle voorwaarden zoals gesteld in bijlage 11.

66
Q

Hoe wordt de omvang van de bepaling van de uitwendige conditie bepaald?

A

Het onderzoek is direct of indirect visueel, zo nodig aangevuld met een ander niet-destructief onderzoek. Het is vooral gericht op het waarnemen van de algemene conditie en van aantastingen.

Als geisoleerd: idem bij vaten

67
Q

Wat is de aard van het onderzoek aan appendages?

A
  • Beoordeling van aantasting en algemene conditie, volgens een geschikte methode, ter beoordeling door IvG/NL-KvG/NL-CBI.
    Daarbij moet onder andere gelet worden op intering, materiaalafname, vervorming, loszittende delen en dergelijke.
  • Voor de eisen aan het onderzoek, zie hoofdstuk 8 van dit katern.
68
Q

Wanneer is iets een veiligheidsappendage?

A

Wanneer deze als zodanig op de VVI staat vermeld.

69
Q

Leg de aard van het onderzoek uit voor

  1. afblazende mechanische drukbeveiliging
  2. overige veiligheidsappendages
A
  1. Beoordeling van aantasting en algemene conditie, volgens een geschikte methode. Daarbij moet onder andere gelet worden op intering, materiaalafname, vervorming, loszittende delen en dergelijke.

Beoordeling op het behoud van de vereiste werking en afstelling.

  1. Beoordeling van de volledige regelkring met inbegrip van opnemers en blokkeerafsluiters, al dan niet tijdens bedrijf. De procedure wordt opgesteld door de gebruiker en beoordeeld door de IvG/NL-KvG/NL-CBI.
70
Q

Hoe wordt een instrumentele beveiliging beoordeeld? Wie stelt de procedure op?

A

Beoordeling van de volledige regelkring met inbegrip van opnemers en blokkeerafsluiters, al dan niet tijdens bedrijf. De procedure wordt opgesteld door de gebruiker en beoordeeld door de IvG/NL-KvG/NL-CBI.

71
Q

Hoe ziet de aard van het onderzoek van een afblazende mechanische drukbeveiliging eruit?

A
  • Beoordeling van aantasting en algemene conditie, volgens een geschikte methode. Daarbij moet onder andere gelet worden op intering, materiaalafname, vervorming, loszittende delen en dergelijke.
  • Beoordeling op het behoud van de vereiste werking en afstelling.
72
Q

Hoe lang is de maximale duur tussen de datum van afstelling van de veiligheidsappendage en de ingebruikneming?

A

Max 12 maanden

73
Q

Welke aandachtspunten moeten worden meegenomen in de beoordeling van een veiligheidsappendage?

A
  • Type veiligheidskleppen: gewichtsveiligheden, veerveiligheden, onder-/overdrukventielen en surplusbelaste veiligheidskleppen
  • Breekveiligheden: breekplaat of -element en houder
  • Combinatie veiligheidsklep-breekveiligheid
  • Aan- en afvoerleidingen.
  • Wisselsysteem in combinatie met veiligheidskleppen of breekveiligheden, inclusief wisselafsluiter, (meerweg)afsluiter(s) en/of vergrendelingen.
  • Instrumentele eindbeveiligingen – SRMCR (‘Safety Related Measurement, Control and Regulation system’, zie NEN-EN 764-7, NEN-EN 12952-11 en NEN-EN 12953-9)
74
Q

Wat is een aanleiding om aanvullend onderzoek uit te voeren?

A

De tijdsafhankelijke risico’s, degradatie en dergelijke, wijken sterk af van de voor de betrokken indeling gebruikelijke, of moeilijk zijn in te schatten, bijvoorbeeld door gebrek aan gegevens.

75
Q

Wat is het doel van aanvullend onderzoek? En noem een voorbeeld?

A

Om aanvullende informatie over de inwendige conditie van het drukapparaat te verkrijgen.

Voorbeeld:

als de gevolgen van een reparatie of wijziging nog niet door een voorgaand inwendig onderzoek zijn beoordeeld en de omstandigheden waaronder het drukapparaat in gebruik is, zodanig zijn dat door middel van niet-destructief onderzoek de noodzakelijke informatie kan worden verkregen.

76
Q

Omtrent aanvullend onderzoek, wat is nodig als een toestel zich in het kruipgebied bevindt? Wat worden onder het kruipgebied verstaan?

A

Een aanvullende herbeoordeling volgens bijlage 7 van katern 2.3.

In bijlage 7 van katern 2.3 staan omschreven wat onder het kruipgebied wordt verstaann.

77
Q

Welke termijnen van herkeur zijn van toepassing voor drukvaten en installatieleidingen, niet verwarmd en verwarmd, maar zonder gevaar voor oververhitting?

Wat is de periode bij een één op een vervanging?

A
  • De eerste termijn is vier jaar.
  • De tweede en volgende termijnen kunnen op zes jaar vastgesteld worden, indien geen onvoorziene aantasting wordt aangetroffen.
  • Indien onvoorziene aantasting wordt aangetroffen stelt de NL-CBI/NL-KvG op voorstel van de gebruiker een kortere termijn dan zes jaar vast.
  • Bij een een-op-eenvervanging van enkelvoudige drukapparatuur in een installatie, die een termijn van zes jaar heeft, kan door de NL-CBI/NL-KvG een eerste termijn van zes jaar worden vastgesteld (zie bijlage 9).
78
Q

Wat zijn de termijnen voor periodieke herkeuring voor brandstofgestookte drukapp met GVO?

A
  • De eerste termijn is twee jaar.
  • De tweede en volgende termijnen zijn twee jaar
79
Q

Wat zijn de termijnen voor periodieke herkeuring voor brandstofgestookte drukapparatuur met gevaar voor oververhitting (GVO) en aanvaardbaar risico (GVO gereduceerd),

A
  • De eerste termijn is vier jaar indien op basis van een risicoanalyse is aangetoond aan de NL-CBI/NL-KvG dat er geen onaanvaardbaar risico voor VGM bestaat.
  • De tweede en volgende termijnen kunnen op zes jaar vastgesteld worden, indien geen onaanvaardbaar risico voor VGM bestaat.
  • Indien onvoorziene aantasting wordt aangetroffen stelt de NL-CBI/NL-KvG op voorstel van de gebruiker een kortere termijn dan zes jaar vast na iedere volgende keuring.
  • Bij een een-op-eenvervanging van enkelvoudige drukapparatuur in een installatie, die een termijn van zes jaar heeft, kan door de NL-CBI/NL-KvG een eerste termijn van zes jaar worden vastgesteld (zie bijlage 9).
80
Q

Wat zijn de termijnen voor periodieke herkeuring voor veiligheidsappendages?

A

Voor veiligheidsappendages en overige onder druk staande appendages is de termijn maximaal gelijk aan de termijn van het te beveiligen respectievelijk het betrokken drukapparaat.

81
Q

Inzake parallel werkende groepen drukapparatuur, op welke twee manieren kan de max termijn van 12 jaar voor bepaling van de inwendige conditie worden bereikt:

A
  1. door bij drukapparaten met een vaste herkeurtermijn van 4 jaar bij elke periodieke herbeoordeling een derde van het aantal drukapparaten inwendig te inspecteren
  2. door bij drukapparaten met een vaste herkeurtermijn van 6 jaar bij elke periodieke herbeoordeling de helft van het aantal drukapparaten inwendig te inspecteren
82
Q

Wat zijn verlengde termijnen? Op welke termijnen zijn verlengde termijnen van toepassing?

A

Verlengde termijnen zijn goedgekeurde langere inspectie-intervallen, maximaal twee keer de vaste termijn, dan de in paragraaf 7.1 genoemde ‘vaste termijnen’ en kunnen door de NL-CBI worden verleend als voldaan is aan de voorwaarden van bijlage 3 van dit katern.

Verlengde termijnen hebben betrekking op het inwendig onderzoek of op het ander passend onderzoek gericht op de inwendige conditie.

83
Q

Wat zijn flexibele termijnen? Waar moeten ze op zijn gebaseerd?

A

De flexibele termijnen zijn variabele inspectieintervallen, met een maximum van vier keer de vaste termijn maar niet langer dan 18 jaar.

Risk based inspection, zie ook bijlage 5 van katern 2.3

84
Q

Wat is bepalend voor de CBI om een kortere termijn voor herbeoordeling voor te schrijven?

A
  • Staat waarin de drukapp zich bevindt
  • Specifieke bedrijfsomstandigheden
85
Q

Wat vormt in beginsel de vereiste basis voor de beoordeling van de technische integriteit van drukapparatuur?

In welk geval zijn de ontwerpgegevens niet altijd voldoende om de structurele integriteit of restlevensduur te berekenen?

A
  1. De waargenomen wanddikte, verminderd met de over de volgende termijn te verwachten afname, moet ten minste gelijk zijn aan de vereiste wanddikte volgens de ontwerpgegevens of aan de resultaten van een ‘Fitness for Service’-analyse.
  2. Scheuren, andere scherpe aantastingen en vervormingen zijn niet aanvaardbaar, tenzij de aanvaardbaarheid van de vastgestelde afwijkingen wordt aangetoond op basis van een ‘Fitness for Service’-analyse.

In geval van defecten en/of afwijkingen

86
Q

Op basis waarvan wordt een periodieke herkeuring uitgevoerd?

A

Een door het CBO goedgekeurd herbeoordelingsplan

87
Q

Hoe worden de resultaten aan de gebruiker gerapporteerd?

A
  • Er wordt een rapport opgesteld, waarin de resultaten van de uitgevoerde herbeoordeling worden vermeld.
  • Is het resultaat van de uitgevoerde herbeoordeling positief, dan wordt er een Verklaring van Herkeuring (VvH) opgesteld.
  • In de VvH wordt het jaar vermeld waarin de volgende volledige periodieke herbeoordeling moet worden uitgevoerd.
  • Er wordt een verwijzing naar het rapport en naar de VvH op het aantekeningenblad, onderdeel van de VvI, gemaakt.
88
Q

Wat gebeurt als de aard, de ernst en/of de omvang van de geconstateerd afwijkingen daartoe aanleiding geven om geen VvH af te geven?

A

De gebruiker moet de geconstateerde terkortkomingen verhelpen en het drukapparaat opnieuw aan de CBI/IvG/KvG ter herbeoordeling aanbieden. Bij pos resultaat zal alsnog een VvH worden afgegeven.

89
Q

Wat hoort in de aanvraag voor het overschrijden van de datum voor de periodieke herbeoordeling?

A

Schriftelijk:

  • Naam en adres van de gebruiker en de plaats waar de drukapparatuur staat opgesteld.
  • Een onderbouwing van het belang van uitstel periodieke herbeoordeling.
  • Een overzicht van de drukapparatuur waarop de aanvraag betrekking heeft, met voor elk daarvan:
    • gegevens waaruit blijkt dat het drukapparaat in aanmerking komt voor uitstel periodieke herbeoordeling;
    • de gewenste herbeoordelingsdatum.
90
Q

Wat zijn de voorwaarden voor het toepassen van verlengde termijnen van herbeoordeling (termijnverlenging?)

A
  • De gebruiker beheert een administratief systeem en is voor de controleur toegankelijk
  • Voor het toepassen gelden de volg condities:
    • De termijnverlenging heeft uitsluitend betrekking op het bepalen van de inwendige conditie (het uitwendig onderzoek moet worden uitgevoerd volgens de vaste termijn in het kalenderjaar van herbeoordeling).
  • De termijnverlenging kan maximaal een verdubbeling zijn van de vaste termijnen.
  • De termijnverlenging kan voor het eerst worden verleend na af loop van de tweede vaste herkeurtermijn (van twee, vier of zes jaar).

Uitzonderingen:

  • de brandstofgestookte drukapparatuur met GVO
  • de afblazende mechanische en overige veiligheidsappendages van brandstofgestookte

drukapparatuur met GVO met een vaste herkeurtermijn van twee jaar. Hiervoor geldt een termijnverlenging na afloop van de derde vaste termijn.

• De termijnverlenging kan van toepassing zijn op drukapparatuur ingedeeld in tabel 1 t/m 9 van katern 1.3.

Uitzondering:

  • de flessen voor ademhalingstoestellen.
  • De termijnverlenging tot maximaal vier jaar kan worden verleend voor veiligheidsappendages met een vaste herkeurtermijn van twee jaar.
    • Uitzondering:

De afblazende mechanische en overige veiligheidsappendages van overige drukapparatuur zonder GVO, met een vaste herkeurtermijn gelijk aan die van het te beveiligen

drukapparaat.

  • De termijnverlenging kan door de NL-CBI op aanvraag worden verleend onder de in paragraaf 2 en 3 van deze bijlage genoemde condities.
  • Termijnverlenging van drukapparatuur van materialen die als ‘CP’ zijn gekwalificeerd, zie katern 5.3, kan alleen plaatsvinden na beoordeling van het faalmechanisme waterstofverbrossing door een materiaal- of corrosiedeskundige.
91
Q

Wat zijn in de inhoudelijke voorwaarden voor het toepassen van termijnverleinging?

A
  • Het constructiemateriaal behoort niet tot de groep ‘niet-metallische composieten’ (zoals glasvezelversterkte kunststoffen en harsgebonden grafiet).
  • Het constructiemateriaal behoort wel tot de groep ‘niet-metallische composieten’, maar wordt toegepast in neutrale waterige oplossingen.
  • De laatste herbeoordeling omvatte:
    • hetzij een periodieke herbeoordeling, gebaseerd op een analyse uitgevoerd door een team met de samenstelling en werkwijze als aangegeven in bijlage 11 (ander passend onderzoek);
    • hetzij een volledig visueel inwendig onderzoek;
    • hetzij ten minste twee van de volgende onderzoeken:
      • gedeeltelijk visueel inwendig onderzoek;
      • niet-destructief onderzoek;
      • persproef;
    • hetzij, als alternatief voor leidingen, een niet-destructief onderzoek.
  • Er wordt uitwendig onderzoek verricht binnen de niet-verlengde vaste termijn. De omvang van dit onderzoek wordt door de gebruiker aangegeven in het herbeoordelingsplan en beoordeeld door de IvG/NL-KvG/NL-CBI.
  • Er is vastgesteld dat reparaties, wijzigingen of geconstateerde afwijkingen geen beletsel vormen voor termijnverlenging. Dit kan onder andere gebeuren via een eerdere herbeoordeling, een aanvullend onderzoek of een laboratoriumonderzoek aan overeenkomstige drukapparatuur.
  • Voor ontgassers van ongelegeerd of laaggelegeerd staal, waarbij na het lassen een warmtebehandeling is uitgevoerd.
92
Q

Wat is het doel van de KVI?

A

Het doel van een keuring voor ingebruikneming is om na te gaan of drukapparatuur inclusief de benodigde beveiligingsvoorzieningen, op de juiste wijze is geassembleerd, opgesteld en geïnstalleerd. Hierbij moeten de onderstaande aspecten worden meegenomen:

  • het bedoelde gebruik door de fabrikant (op basis van het - door de gebruiker - gespecificeerde en beoogde gebruik) aangaande ingebruikneming, gebruik, buitengebruikstelling, onderhoud en controle of inspectie, rekening houdend met de meegeleverde gebruiksaanwijzing van de fabrikant;
  • de van toepassing zijnde wettelijke voorschriften voor een eerste of hernieuwde ingebruikneming en de eerste of eerstvolgende periodieke herkeuring(en).
93
Q

Wat gaat meestal vooraf aan een KVI?

Wanneer wordt een KVI uitgevoerd?

A

De uitvoering van een keuring voor ingebruikneming is in de regel van toepassing in vervolg op de activiteiten in het kader van de samenbouw van drukapparatuur. In katern 2.1 is een nadere uitwerking gegeven van de vereiste maatregelen voor het proces ‘integratie en beveiliging van drukapparatuur in installatieverband’

Een (eerste of hernieuwde) keuring voor ingebruikneming wordt uitgevoerd voorafgaand aan een eerste ingebruikneming van nieuwe drukapparatuur en indien van toepassing voorafgaand aan een hernieuwde ingebruikneming van bestaande drukapparatuur. Een keuring voor ingebruikneming is tevens onderdeel van een intredekeuring, zie katern 2.6.

94
Q

Welke twee documenten zijn verplicht om een DA en/of samenstel van te voorzien?

A
  • de EU-conformiteitsverklaring;
  • de gebruiksaanwijzing.
95
Q

Welke informatie is nodig voor een passende beheersing van de technische integriteit van DA in ge gebruiksfase?

Wanneer kan deze informatie het beste worden aangeleverd?

A
  • het gebruik, met inbegrip van in gebruik nemen en uit gebruik nemen, het onderhoud en de controles c.q. inspecties door de gebruiker volgens de bedoelingen van de fabrikant;
  • de periodieke herkeuringen;
  • in voorkomend geval reparaties of wijzigingen.

Het is daarom belangrijk om de benodigde informatie bij de bestelling c.q. verwerving van drukapparatuur te specificeren.

96
Q

Wat zijn de (fysieke) voorwaarden voordat kan worden overgegaan tot een KVI?

A

volledig gemonteerd en gebruiksklaar staat opgesteld voordat tot een keuring voor ingebruikneming kan worden overgegaan. De gebruiker moet er voor zorgen dat de keuring veilig kan worden uitgevoerd.

  • drukapparatuur is gereed gesteld voor ingebruikneming volgens de gebruiksaanwijzing(en);
  • drukapparatuur is vrij van verontreinigingen;
  • expansiebalgen en verende ondersteuningen zijn gedeblokkeerd;
  • transportvoorzieningen van mechanische (veiligheids-)appendages zijn verwijderd;
  • mechanische veiligheidsappendages zijn voor montage onderworpen aan een functionele test.
  • Het verdient aanbeveling om instrumentele beveiligingen na montage, maar voorafgaand aan de keuring voor ingebruikneming, ook al te onderwerpen aan een functionele test.
97
Q

De keuring voor ingebruikneming wordt uitgevoerd door de NL-CBI of NL-KvG en omvat de volgende hoofdonderdelen:

A
  • voorbereiding en documentbeoordeling;
  • praktische uitvoering op de plaats van opstelling van de drukapparatuur;
  • rapportage van de resultaten;
  • besluitvorming over de afgifte van een verklaring van ingebruikneming.
98
Q

De uitvoering van de keuring voor ingebruikneming omvat de volgende verificaties en controles:

A
  • verificatie van de drukapparatuur aan de hand van de gebruiksaanwijzingen en markeringen;
  • controle van de uitwendige toestand van de drukapparatuur;
  • controle van de werking van de veiligheidsappendages en onder druk staande appendages; voor instrumentele beveiligingen het bijwonen van de functionele test;
  • controle van de opstelling van de drukapparatuur.

Een gedetailleerde lijst van verificaties en controles in het kader van een keuring voor ingebruikneming is opgenomen in bijlage 3.

99
Q

Betreffende de onderzoeken die zijn uitgevoerd, tijdens de bouw, gaat de NL-CBI deze herhalen? Hoe gaat zij hiermee om?

A

Bij de uitvoering van de controles in het kader van de keuring voor ingebruikneming wordt door de NL-CBI of NL-KvG rekening gehouden met de onderzoeken, die zijn uitgevoerd volgens de toegepaste conformiteitsbeoordelingsprocedure(s) c.q. module(s) in de loop van de afwikkeling van de nieuwbouwfase van de drukapparatuur. Dus uitgevoerde onderzoeken gedurende de nieuwbouwfase worden niet herhaald in het kader van de keuring voor ingebruikneming, maar er wordt wel geverifieerd of overeenkomstig het Warenwetbesluit drukapparatuur 2016 de vereiste documenten aanwezig zijn.

100
Q

Wat wordt er allemaal vastgelegd in een rapport keuring voor ingebruikname?

A

De van toepassing zijnde verificaties en controles, de rapportage van de onderzoekresultaten en de voorwaarden voor de afgifte van een verklaring van ingebruikneming worden door de NL-CBI of NL-KvG vastgelegd in een rapport Keuring voor ingebruikneming.

Naast deze typische gegevens met betrekking tot de keuring voor ingebruikneming zijn o.a. de volgende gegevens vastgelegd in het rapport:

  • identificatie c.q. kenmerk en datum van het rapport;
  • naam en adres van de instantie of dienst die de keuring heeft uitgevoerd;
  • naam en adres van de gebruiker van de drukapparatuur;
  • adres en plaats waar de drukapparatuur is opgesteld;
  • (gebruikers)kenmerk of registratienummer van de drukapparatuur, voor het bewerkstelligen van eenduidige relatie tussen het rapport en de fysieke drukapparatuur;
  • benodigde gegevens voor een eenduidige omschrijving van de toegestane gebruiksomstandigheden in installatieverband van de drukapparatuur;
  • termijn waarbinnen de drukapparatuur uiterlijk voor een eerste of eerstvolgende periodieke herkeuring moet worden aangeboden;
  • indien van toepassing, de reden waarom de afgifte van een verklaring van ingebruikneming (vooralsnog) wordt geweigerd, met inbegrip van de beschrijving van de aard, ernst en/of omvang van de geconstateerde tekortkoming(en).
101
Q

Op basis van de beoordeling van de onderzoekresultaten van de uitgevoerde keuring voor ingebruikneming wordt, afhankelijk van het vastgestelde beoordelingsresultaat door de NL-CBI of NL-KvG, een beslissing genomen met een keuze uit de onderstaande twee mogelijkheden:

A
  1. de afgifte van een verklaring van ingebruikneming, op grond van geen bezwaar tegen het in gebruik nemen van de drukapparatuur;
  2. de afgifte van een verklaring van ingebruikneming wordt (vooralsnog) geweigerd, op grond van de geconstateerde tekortkomingen.

Toelichting:

De gebruiker dient de geconstateerde tekortkomingen weg te werken en een nieuwe keuring voor ingebruikneming aan te vragen.

102
Q

De verklaring van ingebruikneming bevat de volgende gegevens, overeenkomstig de Warenwetregeling drukapparatuur 2016, artikel 4, eerste lid:

A
  1. een verwijzing naar artikel 21, tweede lid, van het Warenwetbesluit drukapparatuur 2016;
  2. het kenmerk of registratienummer van de drukapparatuur;
  3. de naam en het adres van de gebruiker van de drukapparatuur;
  4. het adres en de plaats waar de drukapparatuur is opgesteld;
  5. de gegevens van de veiligheidsappendages;
  6. een verwijzing naar de EG-verklaring van overeenstemming of EU-conformiteitsverklaring, bedoeld in artikel 25, eerste lid, van het Warenwetbesluit drukapparatuur 2016;
  7. de voorwaarden waaronder de drukapparatuur mag worden gebruikt;
  8. de datum van de keuring voor ingebruikneming;
  9. het jaar van de herkeuring (eerste of eerstvolgende);
  10. de naam en het adres van de NL-CBI of NL-KvG die de keuring heeft verricht;
  11. de identiteit van de ondertekenaar die gemachtigd is de verklaring namens de NL-CBI of NL-KvG te ondertekenen; en
  12. de ondertekening en de datum.
103
Q

Wat is het aantekenblad en hoe gaat men hiermee om?

A

Het aantekenblad is een bijlage behorend bij de verklaring van ingebruikneming. Het doel van het aantekenblad is om de verrichtingen van en door een NL-CBI of NL-KvG aan de drukapparatuur te registreren. Het aantekenblad wordt gebruikt vanaf de ingebruikneming totdat de drukapparatuur is afgekeurd, hetzij onklaar is gemaakt, hetzij anderszins niet meer voor gebruik is bestemd.

Op het aantekenblad wordt vermeld wat de aard van de onderzoeken, de bevinden en de vereiste maatregelen zijn geweest. Het kan zijn dat op het aantekenblad verwijzingen worden gebruikt naar bijbehorende verklaringen en rapportages.

Ieder aantekenblad wordt ten behoeve van de identificeerbaarheid ten minste voorzien van een uniek kenmerk van de drukapparatuur. Dit kenmerk is tevens vermeld op de verklaring van ingebruikneming.

Het aantekenblad mag uitsluitend door de NL-CBI of NL-KvG worden voorzien van inschrijvingen en aantekeningen.

104
Q

De essentiële elementen met betrekking tot de verplichtingen van de gebruiker van drukapparatuur in de gebruiksfase zijn het zorgdragen voor:

A
  • het gebruik van drukapparatuur in installatieverband in overeenstemming met de toegestane c.q. vastgelegde gebruiksomstandigheden volgens de verklaring van ingebruikneming;
  • de vereiste inspecties en het benodigde onderhoud;
  • de melding aan NL-CBI of NL-KvG van:
    • voorgenomen wijzigingen in het gebruik en/of het installatieverband;
    • nieuw geïdentificeerde risico’s;
    • achteraf geconstateerde afwijkingen in het gebruik in installatieverband (b.v. de constatering van afwijkende gebruiksomstandigheden ten opzichte van de toegestane gebruiksomstandigheden volgens de verklaring van ingebruikneming);
    • geconstateerde schade;
    • voorgenomen reparaties en wijzigingen;
    • tijdelijke en definitieve buitengebruikstelling;
  • een tijdige uitvoering van de periodieke herkeuring door een NL-CBI of NL-KvG, op basis van het herbeoordelingsplan en, indien van toepassing, nulmetingen of tussentijdse onderzoeken;
  • ‘as-built’ of ‘as-in-operation’ gebruiksdocumentatie van drukapparatuur in installatieverband;
  • vernietiging (onbruikbaar maken) van de drukapparatuur en de bijbehorende documentatie in geval van een definitieve buitengebruikstelling (sanering).
105
Q
A