Pathogenese paard Flashcards
Alle virussen paard (10)
Resp: Influenza, EHV 1 en 4 SVS: rota, corona Huid: BPV (equine sarcoid) Genitaal: EHV3 Alg.: EAV, EIAV, WNV
Influenzavirus
1) xxx in respiratoir epitheel, zal trilharen afplatten
EHV1 en EHV4
EHV1
1) respiratoir epitheel thv de neus
2) gaat monocyten infecteren -> verspreiden doorheen het lichaam
- de abortusstam infecteert ook T-lymfocyten
EHV4
1) orale route, blijft thv respiratoir epitheel van de neus. Geen penetratie doorheen de BM
EHV3
merrie: thv vaginale en vestibulaire mucosae en perianale regio
hengst: penis, preputium, perianale regio
Papula -> pustule -> ulcer -> gegeneraliseerde roodheid (V) of daling libido (M)
BPV
1) komt binnen via huidleasies
2) infecteert cellen van de epidermis
3) zet aan tot mitose -> tumorale ontaarding van cellen
Rota/corona
xxx thv de enterocyten in de darm
EAV
1) xxx in bovenste luchtwegen, longen, alveolaire macrofagen, BALT en vnl leukocyten
2) celgeassocieerde viremie
3) xxx vnl GALT, maar praktisch in alle lichaamsvloeistoffen en weefsels
4) infectie van endotheelcellen (-> oedeem)
EIAV
monocyt plakt aan endotheel -> xxx virus endotheel -> endotheel gaat stuk -> laesies bloedvat -> oedeem
lyse monocyt/macrofaag: cytokines -> koorts, exosomen -> laesie bloedvat, anemie en thrombocytopenie
WNV
xxx in mug