Parenterale toedieningswijzen Flashcards
1
Q
Intra-arterieel
A
in de slagader
2
Q
Intra-veneus
A
in de ader
3
Q
Intra-musculair
A
in de spier
4
Q
Intra-dermaal
A
in de huid
5
Q
Subcutaan
A
in de onderhuid
6
Q
Intra-thecaal
A
in de hersenvloeistof
7
Q
Intra-articulair
A
in een gewrichtsholte
8
Q
Intra-oculair
A
in het oog
9
Q
Intra-vesicaal
A
in de blaas
10
Q
Intra-peritoneaal
A
in de buikholte
11
Q
Intra-pleuraal
A
in de pleuraholte
12
Q
Epi-duraal
A
rond de dura mater (buitenste harde hersenvlies)