Paragraaf 2 Flashcards

1
Q

Wat laat de bevolkingsdichtheid zien

A

Hoeveel mensen er wonen per vierkante meter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat laat de bevolkingsspreiding zien?

A

Laat zien hoe de bevolking over een bepaald gebied verspreid is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

3 redenen waarom mensen in een land wonen?

A

1 natuurlijk mogelijkheden
2 ligging
3 het koloniale verleden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Pull factor=

A

Reden waarom mensen in een land zouden willen wonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem voorbeelden van een pull factor

A

Famillie,goede scholing ,werkgelegenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pushfactor=

A

Reden waarom je weg zou gaan uit je land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Voorbeelden push factoren:

A

Oorlog of gebrek aan werk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de 5 typen migranten

A

Arbeidsmigranten
Volgmigranten
Vluchtelingen
Internationale studenten
Ecologische migranten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Arbeidsmigrant=

A

Zij trekken weg omdat de economische kansen in een ander land groter zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Volg migranten=

A

Volgen famillie of kennisen, gezinshereniging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Vluchteling=

A

Migranten die door onderdrukking of oorlog vertrekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Internationale studenten

A

Gaan vanwege een studie en blijven vaak door gezin of baan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ecologische migranten=

A

Trekken weg vanwege veranderingen in het milieu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly