P Flashcards
1
Q
partcipant
A
deelnemer
2
Q
to participate in
A
deelnemen aan
3
Q
particular, in
A
in het bijzonder
4
Q
particulary
A
(in het) bijzonder
5
Q
to pass
A
slagen voor
6
Q
pastime
A
tijdverdrijf
7
Q
patience
A
geduld
8
Q
patient
A
geduldig
9
Q
pavement
A
stoep
10
Q
peak
A
top
11
Q
peculiar
A
bijzonder
12
Q
pedestrian
A
voetganger
13
Q
to perform
A
optreden