Oude tentamenvragen Flashcards

1
Q
  1. Een 67 jarige man heeft een acute buik. Er is sprake van een algehele peritonitis. Er wordt met spoed een laparotomie uitgevoerd. De oorzaak is een geperforeerd ulcus van het duodenum.In dit geval hoeft de chirurg geen biopten uit de wand van de ulcus te nemen en volstaat een irradicatie behandeling van Helicobacter pylorus na de ingreep. Dit is
    (a) Juist
    (b) Onjuist
A

Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Pelvic inflammatory disease komt minder vaak voor bij vrouwen die orale aniconceptiva gebruiken. Deze stelling is:

(a) Juist
(b) Onjuist

A

Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  1. Er zijn grofweg twee oorzaken voor een afgesloten bloedtoevoer naar de darm: acute mesenteriale ischemie en strangulatie van het colon of jejunum. Welke klinisch symptoom van acute chirurgische buik is vrijwel altijd afwezigbij een acute mesenteriaal ischemie ?
    (a) Ernstige pijn
    (b) Opgezette buik
    (c) Peritoneale prikkeling
A

Opgezette buik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Een 48 jarige vrouw merkt dat zij bloed verliest bij de ontlasting. Zij heeft dit nooit eerder gehad. Bij navraag heeft zij een aantal keren episodes gehad van pijn in de linker onderbuik. Ze voelt zich verder goed. Er zijn geen klachten van obstructie en het ontlasting patroon is normaal. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?

(a) Diverticulitis en een divertikel bloeding
(b) Ischemische colitis
(c) Sigmoid carcinoom

A

Diverticulitis en divertikel bloeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Overgeven kan een symptoom zijn in sommige oorzaken van acute chirurgische buik. Het is waarschijnlijk bij:

(a) Pancreatitis
(b) Appendicitis
(c) Strengileus
(d) alle drie

A

Alle drie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is GEEN risico factor voor een extra uteriene graviditeit (EUG)?

(a) Tuba chirurgie in de voorgeschiedenis
(b) Roken
(c) Herpes genitalis in de voorgeschiedenis

A

Herpes genitalis in voorgeschiedenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke van onderstaande structuren is volledig intraperitoneaal gelegen?

(a) Duodenum
(b) Gaster
(c) Hepar
(d) Nier

A

Gaster

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een 25 jarige vrouw bezoekt de spoedeisende hulp in verband met acuut ontstane buikpijn bij een zwangerschapsduur van 8 weken en vaginaal bloedverlies. Ze heeft een bloeddruk van 90/52 mmHg, een pols van 112 en eentemperatuur van 36.7 graden Celsius. Bij onderzoek van de buik is sprake van peritoneale prikkeling. Bij echoscopisch onderzoek wordt een leeg cavum gezien, beiderzijds normale ovaria en vrij vocht in de recto-uteriene ruimte (het cavum van Douglas).. Welk beleid is nu het meest van toepassing?

(a) Expectatief, echo vervolgen over 1 week
(b) Methotrexaat
(c) Therapeutische laparoscopie

A

Therapeutische laparoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
Casusvraag:
Er is een gedisloceerde fractuur van zowel de fibula als de mediale malleolus van de tibia. Zowel de fibula als de mediale malleolus hebben meerdere fractuur fragmenten.Hoe luidt de diagnose? Een enkel lucatie fractuur type:
(a)Weber A
(b)Weber B
(c)Weber C
A

Weber C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Casusvraag:
Weber C enkel lucatie fractuur

Gezien de instabiliteit wordt een operatieve behandeling is geïndiceerd. Welke techniek heeft bij deze fractuur de grootste voorkeur?

(a) Gesloten repositie en fixateur externe(b)Gesloten repositie en intramedulliare pen osteosynthese
(c) Open repositie en plaat osteosynthese

A

Open repositie en plaat osteosynthese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Een 28 jarige man val op zijn uitgestrekte hand. De pols heeft bij inspectie wat zwelling. Hij heeft enige drukpijn op de distale radius maar vooral in het polsgewricht. Er is drukpijn in de “anatomische snuifbox”.Welk letsel is het meest waarschijnlijk? Een:

(a) distale radius fractuur
(b) basis metacarpale 4 en 5 fractuur
(c) scaphoid fractuur

A

Scaphoïd fractuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Een patiënt heeft een graad 2 open fractuur van zijn onderbeen. Hij heeft geen tintelingen en de voet is niet koud. De pijn is onder controle met pijnstilling. Er wordt door de chirurg een stabilisatie van de fractuur verricht en vervolgens een fasciotomie van de vier spierloges. Is er een absolute of relatieve indicatie tot een fasciotomie in dit geval?

(a) absoluut
(b) relatief

A

Relatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Een patiënte heeft een anemie en melaena. De verdenking is op een bloeding in de maag / dunne darm. Waar is de bloedingsfocus het meest waarschijnlijk gelokaliseerd?
    o (a) In de maag
    o (b) In het duodenum
    o (c) In het jejunum
A

Jejunum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  1. Waaruit bestaat de chirurgische behandeling van een geperforeerd ulcus van het duodenum in het merendeel van de gevallen?
    o (a) Uit excisie van het ulcus en hechten van de wondranden
    o (b) Uit resectie van een deel van het duodenum (partiële resectie) en anastomose van de uiteinden
    o (c) Uit afdekken van de perforatie door een stuk van het omentum in de perforatie te hechten.
A

Uit afdekken van de perforatie door een stuk van het omentum in de perforatie te hechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  1. Een extra uteriene graviditeit (EUG) is zowel chirurgisch als medicamenteus te behandelen.
    De medicamenteuze behandeling bestaat uit:
    o (a) Progesteron
    o (b) Methotrexaat
    o (c) Misoprostol
A

Methotrexaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  1. Bij welke onderstaande oorzaken van een obstructie is er naast een mechanische obstructie ook een bedreiging van de van de bloed toevoer van het aangedane deel van de darm?
    o (a) Een acute mesenteriaal ischemie
    o (b) Een doorgemaakte diverticulitis
    o (c) Een volvulus
A

Volvulus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q
  1. Een patiënt is bekend met diverticulose. Hij krijgt een nieuwe episode van buikpijn en heeft daarbij ook koorts. De temperatuur wisselt steeds over de dag. ’s Avonds is ze 39,3 graden Celsius en ’s ochtends 37,8 graden Celsius. Bij onderzoek is er lokale prikkeling in de linker onderbuik.
    Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?
    o (a) Een acute (spreading)diverticulitis
    o (b) Een diverticulitis met een pericolisch abces
    o (c) Een geperforeerde diverticulitis
A

Diverticulitis met pericolisch abces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q
  1. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose van pijn in de rechteronderbuik en acuut rectaal bloedverlies bij een vrouw van 62 jaar?
    o (a) Diverticulitis en een divertikel bloeding
    o (b) Ischemische colitis
    o (c) Sigmoid carcinoom
A

Diverticulitis en een divertikel bloeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q
  1. Welke vorm van obstructie valt onder een ‘adynamische darm afwijking’ (adynamic bowel disorder)? Een obstructie ten gevolge van…….
    o (a) adhesies van het jejunum
    o (b) strangulatie tgv een volvulus
    o (c) een pancreatitis
A

Pancreatitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q
  1. Bij een Fitz Hugh Curtis syndroom worden vliezige adhesies gezien rond de lever.
    Dit is kenmerkend voor een eerdere infectie met:
    o (a) Genitale herpes
    o (b)Syfilis
    o (c) Chlamydia
A

Chlamydia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q
  1. De operatietechniek kan een negatieve invloed hebben op de botgenezing bij een fractuur. Bij welke van onderstaande technieken is dit negatieve effect het grootst?
    o (a) Gesloten repositie en fixateur externe
    o (b) Gesloten repositie en intramedulliare pen osteosynthese
    o (c) Open repositie en plaat osteosynthese
A

Open repositie en plaat osteosynthese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q
  1. Een 24 jarige man en een 8 jarige jongen hebben beiden een antebrachii (onderarm) fractuur na een val van de fiets. De fractuur is gedisloceerd met een angulatie van 30 graden.
    Bij welke patiënt wordt hoogstwaarschijnlijk een onbloedige repositie en gipsimmobilisatie uitgevoerd?
    o (a) Bij de 8 jarige patiënt
    o (b) Bij de 24 jarige patiënt
A

8 jarige patiënt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q
  1. Een patiënt valt van de motor en heeft een cruris fractuur. De fractuur zal operatief behandeld worden maar de operatiekamer is de komende 8 uren nog niet beschikbaar. Tot het tijdstip van de operatie is de fractuur geïmmobiliseerd door een tijdelijke spalk. De arts weet dat in de tussentijd een compartimentsyndroom kan ontwikkelen.
    Welke observatie geeft in deze casus de meest betrouwbare aanwijzing dat er een compartimentsyndroom in ontwikkeling is?
    o (a) Toename van de zwelling van het onderbeen
    o (b) Toename van pijn in de spierloges bij bewegen van de tenen en de voet
    o (c) Toename van pijn in de spierloges in rust
A

Toename van pijn in spierloges in rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Een 54-jarige vrouw presenteert zich met acute buikpijn in het kwadrant rechtsboven. Er kan niet worden besloten of ze cholecystitis of symptomatische cholecystolithiasis heeft. Welke van de volgende symptomen of ‘bevindingen’ wordt voornamelijk gezien bij patiënten met acute cholecystitis en niet bij cholecystolithiasis?

a. Verhoogde CRP waarden
b. De drang om te bewegen tijdens pijn
c. Galstenen aanwezig op echografie van de bovenbuik

A

Verhoogde CRP waarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Welke van de volgende delen van een behandeling maakt altijd deel uit van de behandeling van acute pancreatitits?

a. chirurgische necrotectomie
b. IV vloeistof resuscitatie
c. endoscopische sphinctererotomie

A

IV vloeistof resuscitatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Welk symptoom is niet kenmerkend bij een patiënt met acute abdominale pijn door gastrische perforatie?

a. Vrije abdominale vloeistof op echografie
b. peritoneale irritatie over de buik
c. gastrointestinale bloeding

A

Peritoneale prikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Een jonge man heeft de laatste 4 dagen toenemende pijn in zijn rechter onderkwadrant. Hij heeft zijn eetlust verloren en heeft verschillende keren overgegeven. Bij onderzoek worden gevoeligheid en het teken van McBurney waargenomen in het kwadrant rechtsonder. De patiënt heeft zijn temperatuur gemeten, die ‘s avonds boven de 39°C was. Hij voelt zich ‘s avonds ook slechter dan’ s morgens, als zijn koorts laag is.
Welke diagnose is op grond van bovenstaande informatie het meest waarschijnlijk?
a. appendicitis met abcesontwikkeling
b. acute appendicitis
c. geperforeerde appendicitis

A

Appendicitis met abcesontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Welke van de volgende oorzaken van acute buik leidt vaak tot niet-operatieve behandeling?

a. volvulus
b. cholecystitis
c. diverticulitis

A

Diverticulitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat is meer een indicatie voor dunne darmobstructie dan voor sigmoïd colonobstructie?

a. intestinale perforatie
b. overgeven
c. koliekpijn aanvallen

A

overgeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Welke behandeling heeft de hoogste prioriteit bij patiënten die twee dagen een intestinale obstructie hebben?

a. Spoed laparotomie of laparoscopie
b. insertie van nasogastrische buis
c. behandeling dehydratie en elektrolyten onbalans

A

behandeling dehydratie en elektrolyten onbalans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat veroorzaakt in de meeste gevallen een sigmoïd volvulus?

a. Ziekte van Crohn
b. Chronische diverticulitis
c. Een vergrote en atonische colon

A

een vergrote en atonische colon

32
Q

Een 54-jarige patiënte heeft pijn in het linker onderste kwadrant en het onderste bekken. Hij heeft de afgelopen twee dagen koortspieken tot 39,5 °C gehad. Na de beoordeling wordt bij hem een abces in het onderste bekken vastgesteld dat hoogstwaarschijnlijk te wijten is aan divertikelperforatie. Wat is op dit moment de meest geschikte handelwijze? Uitvoeren:

a. laparotomie met resectie van het aangetaste deel van het sigmoïd colon
b. endoscopie om kanker uit te sluiten
c. percutane drainage van het abces in het kleine bekken

A

percutane drainage van het abces in het kleine bekken

33
Q
Welke anastomose zorgt voor extra en beschermende bloedperfusie nabij het stroomgebied ter hoogte van de miltbuiging?
A. de miltslagader
B. De arcade van Drummond
C. Het punt van Sudeck
D. Het punt van Griffith
A

Drummond’s arcade

34
Q

Bij een 50-jarige vrouw is hyponatriëmie vastgesteld als gevolg van SIADH (syndroom van ongepaste secretie van antidiuretisch hormoon). Wat is de voorkeursbehandeling voor deze patiënt?
A. een diureticum voorschrijven
B. rehydratatie met isotone zoutoplossing (NaCl 0,9%)
C. vochtinname beperken

A

Vochtinname beperken

35
Q

Welke van de volgende geneesmiddelen kan leverfalen veroorzaken?
A. hydrochloorthiazide
B. paracetamol
C. amoxicilline

A

Paracetamol

36
Q

Van verschillende recreatieve drugs is bekend dat ze zelfs bij jonge gebruikers een myocardinfarct veroorzaken. Welke drug heeft het grootste risico om een myocardinfarct te veroorzaken?
A. cocaïne
B. MDMA
C. ketamine

A

Cocaïne

37
Q
Toxidromen zijn combinaties van symptomen die worden veroorzaakt door bepaalde soorten intoxicatie. Een patiënt meldt zich bij de SEH omdat hij zich niet lekker voelt. Zijn hartslag is 125 slagen per minuut, zijn bloeddruk is 165/95 mmHg en zijn lichaamstemperatuur is 38,3°C. Hij zweet niet en zijn pupillen zijn opvallend groot. Welk toxidroom past het beste bij deze symptomen?
A. anticholinerge toxidroom
B. . cholinerge toxidroom
C. sedatief-hypnotisch toxidroom
D. sympathicomimetisch toxidroom
A

anticholinergisch toxidroom

38
Q

De genezing van fracturen wordt beïnvloed door de stabiliteit van de fractuurdelen, de mogelijkheid voor vroege mobilisatie van het aangedane ledemaat en het behoud van de bloedtoevoer. Fracturen kunnen worden behandeld met gips of plaatosteosynthese. ongetwijfeld meer baat hebben bij een gipsverband dan bij plaatosteosynthese?
A. behoud van de bloedtoevoer
B. mobilisatie van het aangedane ledemaat
C. breuk stabiliteit

A

Behoud van bloedtoevoer

39
Q
Een ontwrichte intracapsulaire femurhalsfractuur (mediale heupfractuur) kan vaak bij inspectie worden vastgesteld, omdat een dergelijke fractuur ervoor zorgt dat het been in een specifieke positie komt te liggen. Welke positie? Het been is:
A. korter en in interne rotatie
B. langer en in interne rotatie
C. langer en in externe rotatie
D. korter en in externe rotatie
A

Korter en in externe rotatie

40
Q

Welke van de volgende fracturen duurt het langst om te genezen?
A. een breuk van het scheenbeenplateau
B. een breuk van het enkelgewricht
C. een schachtfractuur van het scheenbeen

A

Een schachtfractuur van het scheenbeen

41
Q

In de meeste gevallen wordt een fibulafractuur die deel uitmaakt van een enkelfractuur veroorzaakt door rotatie van de talus in het enkelgat”. Deze verklaring is:
A. correct
B. niet correct

A

correct

42
Q

Een patiënt met een vermoeden van een slokdarm-, maag- of duodenumbloeding ondergaat een endoscopie
Welke van de volgende endoscopie-resultaten wijzen op een hoogrisico op ernstige bloedingen en vereisen daarom intensieve monitoring van de patiënt?
a. Slokdarmvarices
b. actieve arteriële bloeding in ulces duodeni
c. actieve veneuze bloeding bij een maagzweer

A

actieve arteriële bloeding in ulces duodeni

43
Q

Een 68-jarige man presenteert zich op de SEH met acute pijn in rechter bovenkwadrant. er kan niet worden besloten of hij cholecystitis of maagperforatie heeft.
welke van de volgende symptomen of bevindingen past eerder bij een maagperforatie dan acute cholecystitis?
a. Drang om te bewegen tijdens pijn
b. vrije abdominale vloeistof op echografie
c. verhoogde CRP-waarden

A

Vrije abdominale vloeistof op echografie

44
Q

Een 32-jarige vrouw met buikpijn presenteert zich bij haar huisarts steeds Ze had op jonge leeftijd een blindedarmoperatie. De afgelopen twee dagen heeft ze een pijnlijker wordende onderbuik. Ze heeft lichte koorts. Op weg naar de huisarts voelde ze elke hobbel in de weg in haar onderbuik. Ze presenteert zich met een lichte blos en voelt warm aan. Haar hartslag is 95 slagen per minuut en haar bloeddruk is 140/95 mmHg. Haar temperatuur is 38,1°C. Bij onderzoek lijkt haar buik niet opgezwollen. Er is pijn bij percussie en gevoeligheid in de onderbuik
Wat is op basis van bovenstaande informatie de meest waarschijnlijke diagnose?
a. Buitenbaarmoederlijke zwangerschap
b. PID
c. obstructie door adhesie

A

PID

45
Q

Een 78-jarige vrouw presenteert zich op de Spoedeisende Hulp met buikpijn, die ze de afgelopen 6 uur heeft gehad. Ze ziet er erg ziek uit, maar heeft geen symptomen van gelokaliseerde of gegeneraliseerde peritonitis. Acht jaar geleden had ze een transient ischemic attack (TIA) en 5 jaar geleden een myocardinfarct. Ze rookt ongeveer 3 pakjes sigaretten per week. De afgelopen week heeft ze NSAID’s gebruikt die zijn voorgeschreven voor peesontsteking in de schouder
wat is op basis van de bovenstaande informatie de meest waarschijnlijke diagnose?
a. darmobstructie door adhesie
b. mesenteriale ischemie
c. geperforeerde maagzweer

A

Mesenteriale ischemie

46
Q

Een 82-jarige man heeft pijn in het onderste kwadrant. Hij heeft geen eetlust en is de laatste dagen licht geconstipeerd. Hij heeft deze symptomen de afgelopen 5 dagen gehad en ze worden erger. Hij heeft ook koorts. ‘s Avonds is zijn temperatuur ongeveer 39°C; in de ochtend is de koorts gedaald. Bij onderzoek worden gevoeligheid en rebound-gevoeligheid waargenomen in het linker onderste kwadrant
Wat is op basis van bovenstaande informatie de meest waarschijnlijke diagnose?
a. acute diverticulitis
b. geperforeerde diverticulitis
c. diverticulitis met abcesvorming

A

diverticulitis met abcesvorming

47
Q

Welke van de volgende symptomen past meer bij sigmoïdobstructie dan een jejunumobstructie?

a. constipatie
b. gezwollen hyperresonante buik
c. braken

A

Constipatie

48
Q

Wat veroorzaakt pseudo-obstructie van de dikke darm?

a. gedeeltelijke impingement van colonwand
b. verlies van colonmotiliteit
c. dikke darm constipatie

A

Verlies van colonmotiliteit

49
Q

Een huisarts verwijst een van zijn patiënten door naar Accident & Emergency omdat haar buik de afgelopen 6 dagen is opgezwollen. Gedurende die tijd heeft ze geen ontlasting gehad
ze braakte ook af en toe

welke ingreep moet als eerste worden uitgevoerd?

a. inbrengen van neussonde
b. noodlaparotomie
c. het corrigeren van de uitdroging en elektrolytenstoornissen van de patiënt

A

het corrigeren van de uitdroging en elektrolytenstoornissen van de patiënt

50
Q

FAST-echo vertoon vrije vloeistof in de holte van douglas.
welk orgaan is hoogstwaarschijnlijk aangedaan?
a. alvleesklier
b. nier
c. lever

A

lever

51
Q

Een man met verminderd bewustzijn is opgenomen in Accident & Emergency. Hij lijkt ernstige hyponatriëmie te hebben als gevolg van SIADH (syndroom van onjuiste secretie van antidiuretisch hormoon).
Het team begint de hyponatriëmie te corrigeren met een zoutinfuus (NaCl 0,9%). Deze beslissing is:
a. juist
b. niet juist

A

Niet juist

52
Q

Welke van de volgende medicatie kan ernstige hepatitis veroorzaken, resulterend in acuut leverfalen?

a. NSAID’s
b. paracetamol
c. tramadol

A

Paracetamol

53
Q

Een 21-jarige vrouw presenteert zich bij Accident & Emergency met pijn op de borst, verhoogde troponinespiegels en ST-verhogingen zichtbaar op haar ECG. De SEH-specialist vermoedt drugsgebruik
Welk medicijn heeft deze vrouw naar alle waarschijnlijkheid gebruikt?
a. cocaïne
b. GHB
c. heroïne
d. MDMA

A

Cocaïne

54
Q

De klinische presentatie van anticholinergisch toxidroom omvat een verhoogde hartslag, verhoogde bloeddruk en:

a. smalle pupillen bij afwezigheid bij transpiratie
b. smalle pupillen en transpiratie
c. brede pupillen bij afwezigheid van transpiratie
d. brede pupillen en transpiratie

A

Smalle pupillen bij afwezigheid van transpiratie

55
Q

en 44-jarige vrouw valt van de trap en loopt een hoofdwond op. Ze heeft een duidelijk verminderd bewustzijn. Een neuroloog onderzoekt haar motorische functie en pupillen en registreert de volgende bevindingen: linker hemiparese en !xed en verwijde rechter pupil. Het vermoeden bestaat dat ze een epiduraal hematoom heeft.
waar in haar schedel zal het epidurale hematoom zich hoogstwaarschijnlijk bevinden?
a. rechts
b. links

A

rechts

56
Q

De genezing van fracturen wordt beïnvloed door de stabiliteit van de fractuurdelen, de mogelijkheden voor vroegtijdige mobilisatie van het aangedane ledemaat en de mate van perfusie.
Welke variabele van fractuurgenezing zal ongetwijfeld meer baat hebben bij plaatsosteosynthese dan bij gips?
a. doorbloeding behouden
b. mobilisatie van aangedane ledemaat
c. breuk stabiliteit

A

breuk stabiliteit

57
Q
Na  een  klinisch  onderzoek  wordt  een  80-jarige  vrouw  verdacht  van  een  fractuur.  Haar  linkerbeen  blijkt  in  externe  rotatie  te  zijn  en  is  zichtbaar  korter  dan  het  rechterbeen
Dit klinisch beeld komt overeen met:
a. open boek type bekkenfractuur
b. intracapsulaire femurhalsfractuur
c. ontwricht heupfractuur
A

intracapsulaire femurhalsfractuur

58
Q

Welke van de volgende fracturen geneest het snelst?

a. scheenbeen plateau
b. femurschacht
c. scheenbeen

A

scheenbeen plateau

59
Q

Een fibulafractuur hoort bij een enkelfractuur en wordt in de meeste gevallen veroorzaakt door:

a. indirect letsel
b. direct letsel

A

indirect

60
Q
Welke van de volgende aandoeningen wordt regelmatig behandeld te wachten i.p.v. spoedoperatie? 
perforatie door:
a. appendicitis
b. diverticulitis
c. maagzweer
A

diverticulitis

61
Q

Welk symptoom maakt pancreatitis waarschijnlijker dan een acute cholecystitis?

a. pijn die patiënt eerder heeft gehad
b. percussiepijn boven de navel
c. rugpijn

A

rugpijn

62
Q

Welk symptoom maakt diagnose van dunne darmwurging waarschijnlijker dan mesenteriale ischemie?

a. ernst van de shock
b. lichaamstemperatuur
c. percussiepijn over de buikwand

A

percussiepijn over de buikwand

63
Q

Welke beeldvorming maakt beste onderscheid tussen pancreatitis en duodenumperforatie?

a. abdominale echo
b. rechtopstaande abdominale röntgenfoto
c. abdominale CT-scan met oraal / IV-contrastmiddel

A

abdominale CT-scan met oraal / IV-contrastmiddel

64
Q

Bij een patiënt is galstenen vastgesteld. Echografie van de bovenbuik toont galstenen in het galkanaal. Desgevraagd stelt de radioloog dat de stenen proximaal van de ductus pancreaticus zijn
Welke complicatie zal deze galwegobstructie hoogwaarschijnlijk veroorzaken?
a. pancreatitis
b. cholangitis
c. galblaas empyeem

A

cholangitis

65
Q

Een 56-jarige comateuze patiënt heeft hypoglykemie, hartfalen en hypothermie.
Welk bloedonderzoek zal meest afwijkend zijn?
a. CRP
b. TSH
c. ammoniak

A

TSH

66
Q

Welk structuur maakt deel uit van één van de wanden van de omental bursa?

a. falciforme ligament
b. hepatoduodenale ligament
c. ligament van Tretz

A

Hepatoduodenale ligament

67
Q

Welke diagnose van acute buik bij kinderen kenmerkt zich door de afwezigheidvan buikpijn?

(a) geïncarcereerde hernia inguinalis (eng: incarcerated inguinal hernia)
(b) ileocolische intussusceptie (eng: ileocolic intussusception)(
c) congenitale hypertrofische pylorus stenose (eng: congenital hypertrophic pyloric stenosis)

A

Congenitale hypertrofische pylorus stenose

68
Q

Een patiënt van 57 jaar ontwikkelt na het laparoscopisch verwijderen van zijn galblaas in verband met cholecystolithiasis klachten van heftige buikpijn in de bovenbuik. De pijn straalt uit naar de rug. Hij braakt en voelt zich ziek.Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak van deze klachten?

(a) Een onbedoeld letsel door de chirurg van de ductus choledochus (common bile duct) met gal lekkage
(b) Een onbedoelde ligatie door de chirurg van de ductus choledochus (common bile duct)
(c) Een galsteen die de ductus choledochus afsluit voorbij de aftakking van de ductus pancreaticus (papil van Vater)

A

Een galsteen die de ductus choledochus afsluit voorbij de aftakking van de ductus pancreaticus (papil van Vater)

69
Q

Welke van onderstaande diagnoses komt het meest frequent voor als oorzaak van gastro-intestinale bloedingen?

(a) Oesofagus varices
(b) Angiodysplasie van de dunne darm
(c) Angiodysplasie van de dikke darm
(d) Divertikels (eng: diverticular disease)

A

Divertikels

70
Q

Een 46-jarige man gaat onderuit met zijn motor. Hij heeft pijn in de rechter heup/bekkenregio. Het rechterbeenis verkort en ligt in endorotatie.Wat is het meest waarschijnlijke letsel?

(a) Een type B/open boek bekkenletsel
(b) Een garden IV intercapsulaire femur-hals fractuur (mediale collumfractuur)
(c) Een posterieure heupluxatie

A

Garden IV intercapsulaire femur-hals fractuur

71
Q

Niet-gedisloceerde fracturen van de onderste extremiteit worden regelmatig door middel van gipsimmobilisatie behandeld.Welke niet-gedisloceerde fractuur is daarop een uitzonderling?(a)Een femurfractuur

(b) Een tibia plateau fractuur
(c) Een tibia schacht fractuur
(d) Een Weber B enkelfractuur

A

Femurfractuur

72
Q

Bij een patiënt is op de röntgenfoto van een pols een onderbreking in het os scaphoideum te zien. Hij vertelt dat hij 6 maanden geleden gevallen is. Hij ervaart nog regelmatig pijn. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? Een

(a) Malunion
(b) Non unio

A

Non union

73
Q
  1. Wat is de meest waarschijnlijke behandeling van een perforatie van een divertikel naar de vrije buikholte?
    o (a) Niet operatieve behandeling met antibiotica, dieet en vocht
    o (b) Antibiotica en Percutane drainage van het abces
    o (c) Antibiotica, Laparotomie, peritoneaal toilet en een tijdelijk colostoma
A

Antibiotica, Laparotomie, peritoneaal toilet en een tijdelijk colostoma

74
Q
  1. Wat is de beste behandeling van een patiënt met een milde aanval van pancreatitis ten gevolge van galstenen?
    o (a) Een laparoscopische cholecystectomie gevolgd door een sfincterotomie
    o (b) Een laparoscopische cholecystectomie
    o (c) Een endoscopische sfincterotomie
    o (d) Een endoscopische sfincterotomie gevolgd door een laparoscopische cholecystectomie
A

Een endoscopische sfincterotomie gevolgd door een laparoscopische cholecystectomie

75
Q
  1. Een 84-jarige vrouw breekt haar heup als gevolg van een val in huis. Zij heeft een gedisloceerde trochantere (ook wel inter of per trochantere) femurfractuur opgelopen.
    Wat is de meest waarschijnlijke behandeling?
    o (a) Een hemiprothese
    o (b) Een osteosyntheses
A

Osteosyntheses

76
Q
  1. Niet gedisloceerde fracturen van de bovenste extremiteit bij volwassenen worden over het algemeen behandeld door middel van (gips)immobilisatie. Welke fractuur komt daar niet voor in aanmerking?
    o (a) Een Monteggia fractuur
    o (b) Een distale radiusfractuur
    o (c) Een intracondylaire distale humerusfractuur
    o (d) Een proximale subcapitale humerusfractuur
A

Monteggia fractuur

77
Q
  1. Welke van onderstaande complicaties is het meest waarschijnlijke bij een anterieure schouderluxatie?
    o (a) Een compartimentsyndroom
    o (b) Een zenuwletsel
    o (c) Een arterieel vaatletsel
A

Zenuwletsel