Onderscheidingen binnen het recht Flashcards
1
Q
Materieel recht
A
betrekking op wat mag en wat niet mag
2
Q
Formeel recht
A
Ook wel procesrecht genoemd, houdt de regels in die men moet volgen om het materiële recht te effectueren
3
Q
dwingend recht, staat er “moeten” in de wetsregel, ook het woord “nietig”, ook als inhoud open bare orde raakt.
A
recht waar burgers niet van mogen afwijken
4
Q
aanvullend recht, staat er “kunnen” in de wetsregel
A
overeenkomsten anders dan in de wet bepaald, voorwaarden; alle partijen moeten ermee instemmen.
5
Q
Objectief recht
A
geldende recht of het positieve recht
6
Q
Subjectief recht
A
recht dat de individu bezit