Normaalwaardes Flashcards

1
Q

Wat is de normaalwaarde voor Kalium?

A

3,5-5,1 mmol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de normaalwaarde voor Natrium?

A

135-145 mmol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de normaalwaarde voor PH?

A

7,35-7,45

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de normaalwaarde voor Bicarbonaat?

A

22-26 mmol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de normaalwaarde voor pCO2?

A

35-45 mmHg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de normaalwaarde voor pO2?

A

75-100 mmHg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de normaalwaarde voor Calcium?

A

2,2 - 2,6 mmol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de normaalwaarde voor Fosfaat?

A

0,8-1,5 mmol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de normaalwaarde voor Chloor?

A

96-107 mmol/L

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de normaalwaarde voor Creatinine in het bloed?

A

vanaf 100 umol/l verhoogd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de normaalwaarde voor Creatinine in de urine?

A

10 mmol per 24 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly