NL-FR9 - Vocabulaire de l'actualité Flashcards
een brand
un incendie
onderhandelen
négocier
overlijden
décéder
een akkoord, een overeenstemming
un accord
weigeren, afwijzen
refuser
uitstellen
reporter
de verkiezingen
les élections
stemmen
voter
een stem
un vote
de regering
le gouvernement
een slachtoffer
une victime
volgens
selon
een wet
une loi
het Verenigd Koninkrijk
le Royaume-Uni
de Europese Unie
l’Union européenne
beschuldigen
accuser
verantwoordelijk
responsable
een vuurwapen
une arme à feu
een geweer
un fusil
schieten
tirer
een aanslag
un attentat
een vluchteling
un réfugié
de grens
la frontière
uitzetten, uitwijzen
expulser
een moslim
un musulman
een godsdienst
une religion
de onafhankelijkheid
l’indépendance
vernietigen, vernielen
détruire
de klimaatopwarming
le réchauffement climatique
een bedreiging
une menace
betogen
manifester
de vrijheid
la liberté
een recht
un droit
doden, vermoorden
tuer
onthoofden
décapiter
de belastingen
les impôts
een toespraak, een speech
un discours
redden
sauver
een vakbond
un syndicat
een rechtbank
un tribunal
veroordelen
condamner
verkrachten
violer
slaan
frapper
een mondmasker
un masque
een vleermuis
une chauve-souris
bestrijden
combattre
een handelszaak
un commerce
een golf
une vague
een lockdown
un confinement
een avondklok
un couvre-feu