Namen bij stromingen Flashcards
1
Q
Scepticisme
A
Socrates
2
Q
Rationalisme
A
Plato, Descartes
3
Q
Empirisme
A
Aristoteles
4
Q
Peri-pathisch principe + bijbel en Aristoteles samenvoegen
A
Aquino
5
Q
Nieuwe methode
A
Bacon
6
Q
Weegschaal, wat weet ik?
A
Montaigne
7
Q
Britse empiristen
A
Locke, Berkeley, Hume
8
Q
Rationalisme + empirisme (transcendentaal)
A
Kant
9
Q
Positivisme
A
Comte
10
Q
Kritiek op verstehen
A
Hempel
11
Q
Kritiek op moderne hermeneutiek
A
Habermans en Gadamer
12
Q
Wanneer is een zin betekenisvol
A
Heidegger, Wittgenstein
13
Q
Kritisch rationalisme
A
Popper
14
Q
Constructivisme en relativisme
A
Wittgenstein 2, Feyerabend
15
Q
Paradigma, wetenschappelijke verandering
A
Kuhn