MTO Flashcards

1
Q

romeins strafrecht

A

niet eenvorming, interne machtsstrijd, privaat vergeldingsrecht, bronnen (WG, RS, gewoonte)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

soorten romeins strafrecht

A

idicium populi
quaestio
constitutiones

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

idicium populi procedure stappen

A

dagvaarding
3 zittingen (contio)
uitspraak (provocatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

procudure quaestio

A

postulatio (toestemming magistraat)
inscriptio
hoorzittingen (patronus; argumenten, kruisverhoor, getuigenverhoor)
uitspraak jury

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

cognitio

A

tijdens het keizerrijk
gegroeid vanuit de senaat: eiser vraagt toestemming aan de magistraat:
- aanklacht officieel neerschrijven
-moest ondertekend worden
- geen weg terug: ganse proces uitzitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe was het bewijs in het Romeins strafprocesrecht?

A

foltering mocht (enkel bij zware misdrijven) + een verschil tussen slaven en gewone burgers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe waren de straffen in de republiek

A

voor de zwaarste misdrijven was er een doodstraf voorzien of verbannen (ergste), voor lichtere:
- boetes
- lijfstraffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe waren de straffen onder het keizerrijk

A

afhankelijk van de klasse, arbitraire straffen vanuit de gewoonte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

doelstelling van de straffen van het romeins strafproces

A

corrigeren, genoegdoening aan het slachtoffer, voorbeeld stellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly