Milieu Weten Flashcards

1
Q

Fotosynthese

A

Onder invloed van zonlicht uit koolzuur en water , zetmeel en suikers kunnen maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Herbivoren

A
Planteneters
Bv hoefdieren (herten ,runderen )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Carnivoren

A

Vleeseters zoals roofdieren, meeste vissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Omnivoren

A

Zowel planten als vleeseters

Zoals apen , honden en mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn synthetische producten

A

Bv siliconen,plastics,chemicalien ,kleurstoffen zijn voorbeelden van ingewikkelde stoffen vervaardigd uit eenvoudige grondstoffen .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Atomen

A

Stoffen zijn opgebouwd uit kleinere deeltjes .Atomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Moleculen

A

Verbindingen tussen atomen met zichzelf en tussen atomen onderling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Atoom

A

Atoom betekent ondeelbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Atomen bestaan ook weer uit kleinere deeltjes .hoe zit dat?

A

Dat zijn geen stoffelijke delen maar vormen v energie .
Proton: kern v atoom ( positief geladen )
Elektronen :cirkelen om de kern ( negatief geladen )
Neutronen:in de kern ( neutrale deeltjes ).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Zware stof

A

Wanneer het ipv alleen een neutron en elektron ,1 of 2 neutronen bevat .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Atoomgewicht

A

De som van protonen,neutronen en elektronen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Afkorting H

A

Waterstof / hydrogenium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Afkorting O

A

Zuurstof / oxigenium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Afkorting Na

A

Natrium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Atomen kunnen een elektrische lading aannemen en zijn verdeeld in 3 groepen

A

Metalen,niet metalen,Edelgassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Organisch

A

Stoffen uit levende materialen met als basis koolstof C
Koolhydraten,vetten,eiwitten
!!!!en koolzuurgas en verbindingen daarvan .

17
Q

Anorganisch

A

Minerale stoffen .alle andere dan organische stoffen .

18
Q

Oxideren

A

Het verbinden van stoffen met zuurstof .

Uitzondering : edelgassen kunnen zich niet met zuurstof verbinden .
helium,neon,argon,xenonniton

19
Q

Oxide

A

De gevormde verbinding van een stof met zuurstof .

20
Q

Reduceren

A

Het onttrekken van zuurstof aan een verbinding .

21
Q

Ontleden

A

Losmaken van verbindingen tot oorspronkelijke delen

22
Q

Verbinden

A

Verbinding ( scheikundige stof ) opbouwen uit eenvoudige deeltjes

23
Q

Metalen ( voorbeelden )

A

Kalium,Natrium,ijzer

24
Q

Metalloiden

A

Niet metalen

Metalloidoxiden vormen zuren .

25
Q

Basen en zuren

A

Bij het verbinden met zuurstof/ oxideren:
Metalen vormen basen
Metaloidoxiden vormen zuren

26
Q

Metaloidoxiden/ niet metalen .( voorbeelden)

A

Meestal in de vorm van molecuul

Bv Chloor,jodium,koolstof,stikstof,waterstof,zuurstof .

27
Q

Voorbeelden van anorganische verbindingen

A

Zuurstofgas,waterstofgas,zouten,kooldioxide,koolmonoxide,water,waterstofperoxide

28
Q

Voorbeelden van Organische verbindingen

A

Alcohol,eiwit,koolhydraten,vetten,zuren en basen ,zouten .

29
Q

Detergenten

A

Wasactieve stoffen .reinigende stoffen .

De benodigde stoffen zijn emulgatoren .

30
Q

Emulgatoren

A

Ook wel tensiden .
Stoffen die spanning tussrn 2 stoffen verminderen .verlagen de oppervlakte spanning
2 stoffen met elkaar verbinden die normaal niet mengbaar zijn .
Soorten:ionogeen en niet- ionogeen

31
Q

Cohesie

A

Mate waarin de moleculen van een bepaalde stof elkaar aantrekken
Cohesie groter dan adhesie = bolstaan / vastklinken
Adhesie groter dan cohesie =verspreiden vd stof over oppervlakte.

32
Q

Adhesie

A

Mate waarin moleculen van verschillende stoffen elkaar aantrekken .

33
Q

Oppervlaktespanning

A

Krachten tussrn cohesie en