Materieel privaatrecht_006 Flashcards

1
Q

Inbreuk op een recht

A

Het gaat hierbij om een subjectief recht, zoals het eigendomsrecht of een grondrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wettelijke plicht

A

Doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht betreft meestal het plegen van een strafbaar feit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

5 vereiste onrechtmatige daad

A
  1. Onrechtmatigheid (‘onrechtmatige daad’)
  2. Toerekening aan de dader (‘welke hem kan worden toegerekend’)
  3. Causaal verband tussen daad en schade (‘dienstengevolge’)
  4. Schade
  5. Relativiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

3 onrechtmatigheidscriteria

A

A. Een inbreuk op een recht (art. 6.162 lid 2 BW)
B. Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht (art. 6.162 lid 2 BW)
C. Een doen of nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Zorgvuldigheidsnorm

A

Deze term wordt gebruikt voor handelen of nalaten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gevaarzetting

A

Zorgvuldigheidsnorm: het nodeloos in het leven roepen van een groter gevaar dan waarop een normaal mens bedacht hoeft te zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Relativiteit

A

Allen als de geschonden norm (onrechtmatigheid) de strekking heeft het geschonden belang (de geleden schade) te beschermen, is er aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Toekenning aan de dader

A

Tweede vereiste bij onrechtmatige daad. De daad kan de dader worden toegerekend op grond van diens schuld, de wet of verkeersopvattingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Causaal verband

A

Derde vereiste voor onrechtmatige daad. De wet eist dat de schade een gevolg is van onrechtmatige daad om voor vergoeding in aanmerking te komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Adequatieleer

A

Leer van de Hoge Raad inzake causaal verband. Er is volgens deze leer causaal verband tussen daad en schade als de gevolgen voor de dader voorzienbaar zijn geweest

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Toerekening naar redelijkheid

A

Huidige leer voor causaal verband. Ontwikkeld in het arrest Doornbos-Intercommunale waterleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Schade

A

Vierde vereiste bij onrechtmatige daad. Schade kan bestaan uit vermogensschade of uit ander nadeel zoals immateriële schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Aansprakelijkheid voor anderen

A

Onder omstandigheden zijn ouders aansprakelijk voor de onrechtmatige daden van hun kinderen tot 16 jaar. Onder bepaalde voorwaarden zijn werkgevers aansprakelijk voor onrechtmatige daden van hun werknemers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Zaakwaarneming

A

Zaakwaarneming is het zich willens en wetens en op redelijke grond inlaten met de behartiging van eens anders belang, zonder de bevoegdheid daartoe aan een rechtshandeling of een elders in de wet geregelde rechtsverhouding te ontlenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Onverschuldigde betaling

A

Betaling zonder rechtsgrond en daardoor onverschuldigd. De wet verplicht degene die onverschuldigd betaald kreeg, de betaling ongedaan te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Ongerechtvaardigde verrijking

A

Verrijking zonder rechtsgrond. Hij die ten koste van een ander ongerechtvaardigd is verrijkt, moet op grond van de wet aan die ander de schade vergoeden tot het bedrag van de verrijking