Mannelijk Voortplantingstelsel

Question 1

Teelbal

Answer 1

Orgaan waar de zaadcellen gevormd worden.

Question 2

Bijbal

Answer 2

Opslag van de zaadcellen, rijping van zaadcellen

Question 3

Balzak

Answer 3

Een uitzakking van de buikwand die de teel- en bijballen omhult en beschermt

Question 4

Zaadleider

Answer 4

Tijdens een zaadlozing transporteert de zaadleider de zaadcellen van de bijbal naar de urinebuis

Question 5

Zaadblaasjes

Answer 5

Kliertjes die in de zaadleider uitmonden. Ze produceren zaadvocht dat basisch is en het sperma een hoge pH geeft.

Question 6

Prostaat

Answer 6

Produceert het melkachtig deel van het sperma en bevindt zich op de overgang van zaadleider naar urogenitale buis

Question 7

Klier van cowper

Answer 7

Produceren een deel van het voorvocht en sperma dat een zuur milieu neutraliseert

Question 8

Urinebuis

Answer 8

Buis waar urine en sperma het lichaam verlaat

Question 9

Penis

Answer 9

Wordt gebruikt voor geslachtsgemeenschap en om te urineren.

Question 10

Zwellichamen

Answer 10

Sponsachtig weefsel dat tijdens een seksuele opwinding met bloed gevuld wordt. Zo ontstaat een erectie

Question 11

Eikel

Answer 11

Voorste deel van de penis en wordt beschermd door de voorhuid. Prikkeling kan leiden tot een ejaculatie

Question 12

Zaadcellen

Answer 12

Spermatozoïden. Kleine, beweeglijke mannelijke voortplantingscellen.

Question 13

Acrosoom

Answer 13

Celorganel dat bestaat uit een blaasje waarin verteringsenzymen zitten.

Question 14

Spermatogenese

Answer 14

Ontwikkeling van zaadcellen

Question 15

Flagel

Answer 15

Zweephaar. Staat in voor de voortbeweging van de zaadcel

Question 16

Leydigcellen

Answer 16

Cellen die testosteron produceren

Question 17

Hypofyse

Answer 17

Structuur in de hersenen. Stimuleert de productie van FSH en LH

Question 18

Sertolicellen

Answer 18

Bevinden zich in de wand van de zaadbuisjes. Zaadcellen in wording