liste de voc l'écologie Flashcards
1
Q
de brandstof
A
le carburant
2
Q
het karton
A
le carton
3
Q
het carpoolen
A
le covaiturage
4
Q
afval
A
déchets
5
Q
de verwarming
A
le chauffage
6
Q
het milieu
A
l’environnement
7
Q
een verpakking
A
un emballage
8
Q
de verspilling
A
le gaspillage
9
Q
een gebaar
A
un geste
10
Q
een beker
A
un gobelet
11
Q
een rommelmarkt
A
un marché aux puces
12
Q
zonnepanelen
A
des panneaux solaires
13
Q
het papier/ papier
A
le papier/ du papier
14
Q
het plastiek/ platsiek
A
le plastique/ du plastique
15
Q
een kraan
A
un robinet
16
Q
het openbaar vervoer
A
le transports en commun
17
Q
het sorteren
A
le tri
18
Q
een doosje
A
une boîte
19
Q
het verbruik
A
la consommation
20
Q
het regenwater
A
l’eau de pluie
21
Q
de energie
A
l’énergie
22
Q
tweedehandsklerenwinkel
A
la friperie
23
Q
een blikje
A
une canette
24
Q
een drinkfles
A
une gourde
25
een rietje
une paille
26
een batterij
une pile
27
een planeet
une planète
28
de vervuiling
la pollution
29
een elektrische wagen
une voiture électrique
30
een vuilbak
une poubelle
31
biologisch
bio, biologique
32
ecologisch
écolo, écologique
33
spaarzaam
économique
34
verpakt
emballé
35
nutteloos
inutile
36
nuttig
utile
37
meerdere, vele
nombreux, nombreuses
38
vervuilend
polluant
39
vervuild
pollué
40
oplaadbaar
rechargeable
41
recycleerbaar
recyclable
42
gerecycleerd
recyclé
43
herbruikbaar
réutilisable
44
giftig
toxique
45
vegetarisch
végétarien
46
kraantjeswater
de l'eau de robinet
47
het seizoensfruit
des fruits de saison
48
des légumes de saison
seizoensgroenten
49
van metaal
en métal
50
van plastiek
en plastique
51
in aparte zakjes
en sachets séparés
52
van glas
en verre
53
biologisch eten
manger bio
54
op de grond
par terre
55
verwarmen
chauffer
56
inzamelen
collecter
57
verbruiken
consommer
58
stromen, lopen
couler
59
verminderen
diminuer
60
besparen
économiser
61
uitzetten
éteindre
62
vermijden
éviter
63
verpillen
gaspiller
64
gooien
jeter
65
beperken
limiter
66
vervuilen
polluer
67
produceren
produire
68
beschermen
protéger (contre)
69
opladen
recharger
70
recycleren
recycler
71
weigeren
refuser
72
vervangen
remplacer
73
respecteren
respecter
74
hergebruiken
réutiliser
75
redden
sauver
76
scheiden, sorteren
séparer
77