Linux Shell (W2C2)

Question 1

Op welke manier verschillen de commando’s
ls -l /etc
en
ls -l /etc > /tmp/lijstje
met elkaar?

Answer 1

Het eerste commando geeft de inhoud van de map /etc weer op het scherm, terwijl het tweede commando dezelfde inhoud naar het bestand /tmp/lijstje stuurt.

Question 2

Wat doet de onderstaande regel shell scripting?
if [ -r /etc/shadow ] ; then echo “Ingelogd als root of je shadow password file staat te open”; fi

Answer 2

Als het bestand /etc/shadow leesbaar is, wordt de boodschap “Ingelogd als root of je shadow password file staat te open” weergegeven.

Question 3

Wat is het verschil tussen SIGINT en SIGTERM enerzijds en SIGKILL anderzijds?

Answer 3

SIGINT en SIGTERM zijn signalen waarmee een proces kan worden gevraagd om te stoppen, terwijl SIGKILL een signaal is dat een proces direct beëindigt zonder kans op afsluiting.

Question 4

Leg uit wat er “nice” is aan een programma waarvan met het nice commando de prioriteit is verlaagd

Answer 4

Wanneer de prioriteit van een programma wordt verlaagd met het nice commando, betekent dit dat het programma minder systeembronnen zal gebruiken en dus “aardiger” is voor andere processen op het systeem.

Question 5

Wat is het doel van het werken met scripts?

Answer 5

Het doel van het werken met scripts is om repetitieve taken te automatiseren en complexe taken te vereenvoudigen in een Linux-omgeving.

Question 6

Noem drie Linux Shell-versies.

Answer 6

Bash, KornShell (ksh), Z Shell (zsh).

Question 7

Welke programmeertalen worden in het boek genoemd om te gebruiken als het gaat om complexere
scripts (meer dan 100 regels)?

Answer 7

Python, Perl, Ruby.

Question 8

Wat zijn de nadelen van de bij vraag 7 genoemde talen? (Python, Perl, Ruby)

Answer 8

Ze vereisen vaak extra bibliotheken, hebben een hogere leercurve en kunnen minder native integratie met het besturingssysteem hebben dan shell scripting.

Question 9

Welke toetscombinaties kun je in een tekst-editor als Emacs gebruiken om naar het begin of eind van
een tekstregel te springen?

Answer 9

CTRL+A om naar het begin van een regel te gaan, CTRL+E om naar het einde van een regel te gaan.

Question 10

Processen onder Linux hebben drie communicatiekanalen. Welke drie zijn dat?

Answer 10

Standaard invoer (STDIN), standaard uitvoer (STDOUT) en standaard foutuitvoer (STDERR).

Question 11

Geef een korte beschrijving van STDIN, STDOUT en STDERR. Welke symbolen kunnen in een pipeline
worden gebruikt om commando aan elkaar te koppelen of om bijvoorbeeld de output weg te schrijven
in een tekstfile?

Answer 11

STDIN (standaard invoer) is de standaardgegevensstroom waarop een proces invoer ontvangt, STDOUT (standaard uitvoer) is de standaardgegevensstroom waarop een proces uitvoer verzendt, STDERR (standaard foutuitvoer) is de standaardgegevensstroom waarop een proces foutmeldingen verzendt. Het verticale streepje | wordt gebruikt om commando’s aan elkaar te koppelen in een pipeline, en > wordt gebruikt om de output van een commando naar een bestand te schrijven.

Question 12

Welke symbolen kunnen in een pipeline worden gebruikt om commando aan elkaar te koppelen of om
bijvoorbeeld de output weg te schrijven in een tekstfile?

Answer 12

om commando’s aan elkaar te koppelen en > om de output naar een bestand te schrijven.

Question 13

Welk commando kun je gebruiken om in bijvoorbeeld /var/messages te zoeken naar specifieke
foutmeldingen?

Answer 13

grep commando, bijvoorbeeld: grep “foutmelding” /var/messages.

Question 14

Op welke manier worden in de shell variabele gedefinieerd en aangeroepen?

Answer 14

Variabelen worden gedefinieerd door een naam toe te wijzen aan een waarde met behulp van het isgelijkteken (=), bijvoorbeeld variabele=waarde. Om een variabele aan te roepen, gebruik je het dollarteken ($), bijvoorbeeld echo $variabele.

Question 15

In de Shell zijn variabelen niet hoofdletter gevoelig? (Eens/oneens)

Answer 15

Eens

Question 16

Welk commando kan in een Shell worden gebruikt om woorden en zinnen te tellen en welk commando
gebruik je om een specifiek patroon in directory of een bestand weer te geven?

Answer 16

wc om woorden en zinnen te tellen, en grep om een specifiek patroon weer te geven.

Question 17

Hoe kun je aan een script aflezen dat het om een Bash-script gaat?

Answer 17

Aan de shebang-regel bovenaan het script (#!/bin/bash).

Question 18

Welk commando heb je nodig om de permissies van een bestand (lees: een script) aan te passen zodat
deze kan worden uitgevoerd?

Answer 18

Het chmod commando, bijvoorbeeld chmod +x script.sh.

Question 19

Wat is kenmerkend voor variabelen in Bash?

Answer 19

Variabelen zijn standaard globaal, tenzij ze expliciet lokaal worden gemaakt met local, en ze zijn hoofdletterongevoelig.

Question 20

Welke richtlijnen voor scripts worden in het boek genoemd?

Answer 20

Zorg voor duidelijke en beknopte code, documenteer het script, houd rekening met beveiliging en test grondig.

Question 21

Welke componenten behoren bij een (Linux/ Unix) proces?

Answer 21

Programmacode, geheugenruimte, registers, stack, heap, bestandsdescriptoren, statusinformatie.

Question 22

Wat is een Proces ID (PID)?

Answer 22

Een uniek identificatienummer dat aan een proces wordt toegewezen door de kernel bij het starten van het proces.

Question 23

Welke twee gebruikers en groeps ID’s zijn er in Linux?

Answer 23

UID (User ID) en GID (Group ID).

Question 24

Hoe wordt de administratieve waarde genoemd die mede kan bepalen hoeveel CPU-tijd een proces krijgt?

Answer 24

Deze administratieve waarde staat bekend als de “nice” waarde.

Question 25

Wat is de functie van init binnen Linux?

Answer 25

Init is het eerste proces dat wordt gestart tijdens het opstarten van Linux en is verantwoordelijk voor het initialisatieproces, inclusief het starten en beheren van andere systeemprocessen.

Question 26

Wat zijn onder Linux belangrijke signalen?

Answer 26

Belangrijke signalen onder Linux zijn onder andere SIGKILL, SIGTERM, SIGINT en SIGHUP.

Question 27

Welke twee signalen kunnen niet worden geblokkeerd of worden gestopt?

Answer 27

SIGKILL en SIGSTOP kunnen niet worden genegeerd of geblokkeerd door processen.

Question 28

Welke command/syntax moet je gebruiken om een proces, zoals dat van de Apache Webserver, te stoppen?

Answer 28

Het commando kill met het signaal SIGTERM, bijvoorbeeld kill <pid>, waarbij <pid> het proces-ID is van de Apache-webserver.</pid></pid>

Question 29

Welke vier process states kent Linux?

Answer 29

Linux kent vier process states: Running, Sleeping, Stopped en Zombie.

Question 30

Kan een administrator (root) wanneer een proces met een STOP of een TSTP signaal gestopt is, het proces administratief weer starten (Ja, dat kan / Nee, dat kan niet)

Answer 30

Ja, dat kan.

Question 31

Een hoge nice waarde betekent dat de kernel het proces een hoge prioriteit toekent. (Juist/ Onjuist)

Answer 31

Onjuist. Een hoge nice-waarde betekent eigenlijk dat het proces een lagere prioriteit krijgt.

Question 32

Welk commando kun je gebruiken om te zien welke processen op een systeem draaien?

Answer 32

Het ps commando, bijvoorbeeld ps aux.

Question 33

Met welk commando kun je informatie krijgen over de processen die het meeste systeembronnen vragen.? (De informatie moet ook circa elke 10 seconden worden ververst!)

Answer 33

Het top commando.

Question 34

Uit welke directory halen de tools ps en top hun informatie?

Answer 34

Deze tools halen hun informatie uit de /proc directory.

Question 35

Welk commando kun je gebruiken om te achterhalen wat een proces doet?

Answer 35

Het strace commando kan worden gebruikt om de systeemaanroepen die een proces maakt, te traceren en weer te geven.