Letsels Flashcards

1
Q

Wat doe je bij een ernstige hoofdwonde?

A

NIETS hulpdiensten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zie je bij schedelbreuk?

A
Hoofdpijn
Bewusteloosheid
Verwardheid 
Bloed of vocht uit mond, neus of oor
Blauwe ogen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doe je bij schedelbreuk?

A

Hulpdiensten en immobiliseren door tussen knieën te houden of stabiele zijligging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat als het slachtoffer niet meer ademt en een schedelbreuk heeft?

A

Niet meer ademen > sowieso reanimatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zie je bij hersenschudding of hersenletsel?

A
Bewusteloosheid of stoornissen
Hoofdpijn 
Licht en geluid ambetant
Braken 
Bloedverlies oren of neus
Trage pols en adem
Schokkerige bewegingen
Verkrampte ledematen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat doe je bij hersenschudding of hersenletsel?

A

Kwartier observeren
Laten rusten donkere kamer, zonnebril
24uur niet alleen laten
Doorverwijzen als het erger wordt of bewusteloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zie je bij breuk aangezicht?

A
Zwelling
Pijn 
Blauw
Moeilijk spreken
Slecht zien 
Scheve neus 
Bloeding
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat doe je bij breuk aangezicht?

A
aangezicht of neus: 
Koelen en doorverwijzen
Onderkaakbreuk: 
Zittend voorover of stabiele zijligging 
Zelf laten kaak ondersteunen 
Doorverwijzen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zie je bij wervelletsel?

A
Geheugenverlies
Stevige val 
Suf, bewusteloos
Verminderd gevoel 
Pijn nek of rug 
Braken, stuipen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat doe je bij wervelletsel?

A

Immobiliseren en hulpdiensten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe krijg je een beroerte?

A

Door zuurstoftekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke soorten beroertes?

A

Hersenbloeding: opengebarsten bloedvat
Hersentrombose: verstopping van bloedvat ook vernauwing of klonter
Hersenembolie: verstopping door klonter van elders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zie je bij beroerte?

A
Bewusteloos of verminderd
Opwinding 
Dronken gevoel
Raar stappen
Scheve mond
Hoofpijn
Braken 
Slecht zien of horen 
Gevoelsstoornissen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat doe je bij beroerte?

A

FAST
Laten comfortabel zitten
Hulpdiensten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de FASTtest?

A
Face (scheve mond?)
Arm (beiden strekken en houden?)
Spraak (lukt dat?)
Tijd (hoe lang al?)
één of meer dingen niet kunnen = wss beroerte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zie je bij epilepsie?

A
PLAATSELIJKE OVERPRIKKELING 
Met één ledemaat schudden of abnormale waarnemingen
VOLLEDIGE OVERPRIKKELING 
Kleine aanval:
- Plots er even niet meer bij 
Grote aanval: 
- Schokken
- Plassen
- Nadien verward en moe (weet het niet meer)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat doe je bij epilepsie?

A
ENKEL BIJ GROTE AANVAL 
Maak comfortabel 
Hulpdiensten bij: 
- bewusteloos blijven
- aanval langer dan 8 min
- eerste aanval
- vanaf 3 aanvallen
- diabetici
- preggos
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke soorten hartaanvallen zijn er?

A

ANGOR
Tijdelijk mindere doorbloeding hart > niet blijvend letsel
HARTINFARCT
Afsterven deel hart door zuurstoftekort > blijvend letsel
Vaak door klonter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zie je bij hartaanval?

A
Drukkende pijn borst, arm, nek, schouder of maag
Grauwe huidskleur en blauwe lippen
Misselijk
bewusteloos
Kortademig, zweten
Angstig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat doe je bij hartaanval?

A

Hulpdiensten

Comfortabel laten zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn hartfalen?

A

Zwak hart, kan bloed niet voldoende rondpompen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zie je bij hartfalen?

A
Pijn op borst 
Flauwte
Kortademig
Gezwollen voeten
Reutelende adem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat doe je bij hartfalen?

A

Hulpdiensten

Comfortabel laten zitten

24
Q

Wat zie je bij hartaderbreuk?

A

Slachtoffer reageert niet en ademt niet normaal

25
Q

Wat doe je bij hartaderbreuk?

A

Hulpdiensten

Reanimeren heeft geen zin

26
Q

Wat is een aneurysma?

A

De binnenwand van een bloedvat puilt door een scheur in van de buitenwand. Kan gemakkelijk scheuren

27
Q

Wat zijn hartritmestoornissen?

A

Ziektes en storingen in het prikkelsysteem van het hart

28
Q

Wat zie je bij hartritmestoornissen?

A
Hartkloppingen
Snelle of trage pols
Pijn borst
Kortademig
Flauw
29
Q

Wat doe je bij hartritmestoornissen?

A

Hulpdiensten

Comfortabel

30
Q

Wat zie je bij een breuk?

A
Pijn 
Moeilijk bewegen 
Zwelling 
Blauw
Abnormale stand
Open breuk: zichtbare botfragmenten
31
Q

Wat doe je bij een breuk?

A

Niet rechtzetten
Bloedingen stelpen
Afkoelen met ijs (open brek eerst met kompres afdekken)
Zo weinig mogelijk bewegen
Hulpdiensten laten komen voor benen enzo
anders zelf naar ziekenhuis rijden

32
Q

Wat zie je bij bekkenbreuk?

A
Pijn 
Niet stappen of rechtstaan
één of beide voeten naar opzij 
Niet kunnen of pijnlijk plassen met ev bloed
Shocksymptomen door bloedverlies
33
Q

Wat doe je bij bekkenbreuk?

A

Op rug neerliggen en knieholte en voeten ondersteunen

Hulpdiensten

34
Q

Wat zie je bij heupbreuk?

A

Idem bekkenbreuk behalve pipi

35
Q

Wat doe je bij heupbreuk?

A

Idem bekkenbreuk

36
Q

Wat zie je bij ontwrichting?

A
Pijn
rare stand
Zwelling
Blauw
Bloeding en bot bij open
abnormale beweeglijkheid
37
Q

Wat doe je bij ontwrichting?

A

Niet rechtzetten
Ijs voor max 20min
Doorverwijzen

38
Q

Wat zie je bij verstuiking?

A

Pijn
Zwelling
Blauw
Vermindering van de bruikbaarheid

39
Q

Wat doe je bij verstuiking?

A

Ijs max 20min

Doorverwijzen

40
Q

Wat zie je bij spierletsel?

A
Plotse hevige pijn
Verminderde bruikbaarheid
Zwelling
Indeuking 
Blauw beetje later
41
Q

Wat doe je bij spierletsel?

A

Ijs max 20min

Doorverwijzen

42
Q

Wat zie je bij peesscheur?

A

Pijn
Verminderde bruikbaarheid
Soms zwelling of bloeding

43
Q

Wat doe je bij peesscheur?

A

Ijs max 20min

Doorverwijzen

44
Q

Wat zie je bij kramp?

A

Harde en pijnlijke spier

Bewegingsbeperking

45
Q

Wat doe je bij kramp?

A

Rek voorzichtig spier

Lichte sportmassage

46
Q

Wat doe je bij blaar?

A

Laten zijn, niet in prikken

Afdekken open én gesloten

47
Q

Wat zie je bij vergiftiging?

A
Bewusteloos
Slechte adem en pols
Shock
Abnormale pupillen
Klamme en verkleurde huid
Krampen en braken
Stuipen 
Brandwonden
48
Q

Wat doe je bij vergiftiging?

A

Hulpdiensten en antigifcentrum bellen

49
Q

Wat meld je bij antifgifcentrum?

A
Leeftijd en gewicht slachtoffer
Toestand slachtoffer
Naam product
Hoeveelheid product
Hoe is het gebeurd?
50
Q

Wat is het verschil tussen zonneslag en oververhitting?

A

Zonneslag heeft directe zonnestralen nodig

51
Q

Wat zie je bij zonneslag?

A
Hoofdpijn 
Duizelig
Braken
Rode huis
Krampen 
Snelle pols
Bewustzijnsprobleen
52
Q

Wat doe je bij zonneslag?

A

Koele omgeving
Hulpdiensten
Koude kompressen op hoofd, lies en oksels

53
Q

Wat zie je bij zonnebrand?

A

Rode huid
Pijn
Blaasjes

54
Q

Wat doe je bij zonnebrand?

A

Koelen met natte doeken
Droogdeppen
Vochtinbrengende crime
Voldoende drinken

55
Q

Wat zie je bij onderkoeling?

A
Beginnende: 
Rillen 
Bleke huid
Langezame en oppervlakkige adem
Verward en vermoeid
Bewustzijn daalt 
Diepe: 
Bewustzijnsverlies
Geen reflexen
Stijve spieren
Trage hartslag
56
Q

Wat doe je bij onderkoeling?

A
Beginnend: 
Warmere omgeving (geen extremen)
Iets warms te drinken geven 
Natte kleren uitdoen enzo
Eventueel arts
Diepe: 
Wikkel in deken met armen apart 
Geen eten of drinken 
Hulpdiensten