Lesweek 6B

Question 1

Leiding codering kleur zwart?

Answer 1

Afval water.

Question 2

Leiding codering kleur blauw?

Answer 2

Schoonwater.

Question 3

Leiding codering kleur bruin?

Answer 3

Brandstof.

Question 4

Leiding codering kleur groen?

Answer 4

Zeewater.

Question 5

Leiding codering kleur grijs?

Answer 5

Niet brandbare gassen.

Question 6

Leiding codering kleur koperbruin?

Answer 6

Massa’s droog en nat.q

Question 7

Leiding codering kleur oranje?

Answer 7

Andere olie dan brandstof.

Question 8

Leiding codering kleur zilver?

Answer 8

Stoom.

Question 9

Leiding codering kleur rood?

Answer 9

Brandblus installatie.

Question 10

Leiding codering kleur paars?

Answer 10

Zuren en alkalien.

Question 11

Leiding codering kleur wit?

Answer 11

Lucht uit ventilatiesysteem.

Question 12

Leiding codering kleur geel?

Answer 12

Brandbare gassen.

Question 13

Kenmerken klepafsluiter?

Answer 13

-Schroefspindel,
-Losse/vaste klep,
-Zitting,
-Stromingsrichting.

Question 14

Kenmerken schuifafsluiter?

Answer 14

-Ballast systemen,
-Bunkersystemen,
-Laad/los systemen tankers,
-Regelklep.

Question 15

Kenmerken vlinderklep?

Answer 15

-Koelwater systemen,
-Bunker systemen,
-Laad en los systemen,
-Ballast systeem,
-Gas (lage druk),
-Lage weerstand,
-Automatisch,
-Regelklep.

Question 16

Kenmerken kogelkranen op bolafsluiters?

Answer 16

-Hydraulische systemen,
-Perslucht systemen,
-Hoge druk,
-Weerstand,
-Open of dicht,
-Automatisch (pneumatisch),
-Stopklep (snelafsluiter).

Question 17

Kenmerken naaldafsluiter?

Answer 17

Erg nauwkeurig te regelen.

Question 18

Kenmerken SOS afsluiter?

Answer 18

-Op afstand sluitbaar,
-Aan brandstoftanks,
-Aan smeerolie tanks.

Question 19

Kenmerken driewegklep?

Answer 19

Deze kan meerdere kanten op geregeld worden.

Question 20

Waar staan DN en PN voor?

Answer 20

DN: Nominale diameter.
PN: Nominale druk.