Lesen Flashcards
1
Q
Gestalten
A
Vormgeven
2
Q
Stolz
A
Trots
3
Q
Vertehen
A
Begrijpen
4
Q
Erfaren
A
Te weten komen
5
Q
Ingesamt
A
In totaal
6
Q
Sich beschäftigen mit
A
Zich bezighouden met
7
Q
Der ausblick
A
Het uitzicht
8
Q
Beobachten
A
Observeren