Les 4 Begroeten & Beroepen Flashcards
1
Q
나무
A
Boom
2
Q
ㅅ살
A
Ongekookte rijst
3
Q
밥
A
Rijst
4
Q
벽
A
Muur
5
Q
죽
A
RijstPap
6
Q
잎
A
Blad
7
Q
입
A
Mond
8
Q
곰
A
Beer
9
Q
ㅂ방
A
Brood
10
Q
식ㅂ방
A
Sandwich, gesneden brood
11
Q
눈
A
Oog
12
Q
꽃
A
Bloemen, kat
13
Q
저
A
Ik (lager-> respect)
14
Q
나
A
Ik
15
Q
ㅅ시
님
A
Mr, mevr, miss
16
Q
한국
A
Korea
17
Q
일본
A
Japan
18
Q
독일
A
Duitsland
19
Q
중국
A
China
20
Q
미국
A
VS
21
Q
네덜란드
A
NL
22
Q
학생
A
Student
23
Q
안녕하세요?
A
Hallo, hoe gaat het?
24
Q
안녕히가세요
A
Goodbye
(Het gaat je goed)
25
안녕히 계셔요
Goodbye
(Blijf goed, aan persoon die blijft)
26
회사원
Werknemer
27
사람
(분)
Persoon
(eretitel)
28
학생
Student
29
의사
Dokter
30
전화
Telefoon
31
국적
Nationaliteit
32
나라
Land
33
이름
Naam
34
주소
Adres
35
이분
Deze persoon
36
사람
Persoon
37
인도
India
38
홎주
Australie
39
영국
UK
40
프랑스
Frankrijk
41
캐나다
Canada
42
한국
Korea
43
러시아
Rusland
44
한생
Student
45
요리사
Chef
46
기자
Journalist/reporter
47
의핸원
Bankmedewerker
48
회사원
Bedrijfsmedewerker/employee
49
연구원
Onderzoeker
50
여기
Hier
51
저
Ik
52
이분
Deze persoon
53
이름
Naam
54
국작
Nationaliteit
55
직업
Baan/beroep
56
이름이 뭐예요?
Wat is je naam/hoe heet je?
57
(만나서)
반가워요
Nice to meet you
58
팔
Arm