les 10 BA: Schoudergewricht Flashcards

1
Q

Schoudergewricht = ?

  • gewrichtsvlakken scapula
  • A, B
A

= art. humeri of humeroscapulair gewricht

scapula: cavitas glenoidalis (A)

-vorm: ovaal (druppelvormig)
-bedekking: uniforme laag kraakbeen, met aan de rand het labrum glenoidale (B)
→ vergroot de gewrichtskom
-richting: naar craniaal, ventraal en lateraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Schoudergewricht = ?

  • gewrichtsvlakken humerus
  • C
A

= art. humeri of humeroscapulair gewricht

humerus: caput humeri (C)

  • vorm: bolrond
  • bedekking:
  • -> centraal: dikke laag kraakbeen
  • -> perifeer: dunnere laag kraakbeen
  • richting: naar craniaal, dorsaal en mediaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Schoudergewricht / art. humeri

  • kenmerken?
  • A, B, C, (A, B)
A
kogelgewricht: 
kleine kom (cavitas glenoidalis-A) t.o.v. grote bol (caput humeri-B)

kapsel:
-slap en ruim, bij een neerhangende arm is er een uitzakking
→ recessus axillaris (C): dient als reserveplooi voor abductie van de arm
-vooral dorsaal een dun kapsel

eerder zwakke ligamenten:
-ventrale & onderzijde (A)
sterke ligamenten:
-bovenzijde van het gewricht (B), die het kapsel verstevigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Schoudergewricht / art. humeri

  • kenmerken?
  • bewegelijkheid?
  • A1, A2, A3, A4
A

grote beweeglijkheid, maar weinig stabiliteit

  • DAAROM: stevige rotator cuff spieren (A1-4)
  • ->(= rotatorenmanchet) nodig

gewricht waar vaak luxaties optreden: ca. 45% van alle luxaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly