Leesvaardigheid & argumentatie Flashcards
Wat is de hoofdgedachte?
Wat de schrijver over een onderwerp wil zeggen (vind je vaak in de inleiding en/of slot)
Hoe vind je de hoofdgedachte?
Kijk naar de titel, de kern van de inleiding en de kern van het slot, formuleer de hoofdgedachte (de kern van een alinea vin je vaak aan het begin en eind)
Wat zijn de schrijfdoelen van een tekst?
Overtuigen, opinieren, informeren, amuseren, activeren
Hoe deel je een tekst in in deelonderwerpen?
Let op signaalwoorden/-zinnen in de eerste zinnen van alinea’s die aangeven dat het (vanaf) daar over een bepaald onderwerp gaat
Wat zijn signaalwoorden van een opsomming?
Ook, bovendien, verder, eveneens, dan, vervolgens, daarnaast, ten eerste, zowel … als
Wat zijn signaalwoorden van een tegenstelling?
Maar, echter, toch, daarentegen, in tegenstelling tot, daar staat tegenover dat, enerzijds … anderzijds
Wat zijn signaalwoorden van een chronologisch verband?
In 1899, daarna, vervolgens, inmiddels, toen, eerst, vroeger, tot nu toe …, toen, nu, eerder, later, de jaren ‘60, in die tijd
Wat zijn signaalwoorden van een oorzaak-gevolg?
Daardoor, door, doordat, waardoor, zodat, te danken aan, te wijten aan, het gevolg van, ten gevolge van, de oorzaak hiervan is …
Wat zijn signaalwoorden van een reden/verklaring?
Want, omdat, daarom, waarom, namelijk, immers, aangezien
Wat zijn signaalwoorden van een doel-middel?
Door middel van, met de bedoeling om, met behulp van, om te, daartoe, opdat
Wat zijn signaalwoorden van een toelichting?
Denk hierbij aan, bijvoorbeeld, zo, dat komt voor bij, ter illustratie, dat is het geval bij
Wat zijn signaalwoorden van een vergelijking?
Net als, zoals, zo ook, evenals, eveneens, eenzelfde, hetzelfde/dezelfde als, in vergelijking met, vergeleken met, soortgelijke
Wat zijn signaalwoorden van een voorwaarde?
Als, indien, mits (op voorwaarde dat), tenzij (behalve wanneer), stel dat
Wat zijn signaalwoorden van een conclusie?
Dan ook, dus, aldus, hieruit volgt, concluderend
Wat zijn signaalwoorden van een samenvatting?
Kortom, samenvattend, alles bij elkaar genomen, om kort te gaan
Wat zijn verschillende soorten argumentaties?
Onderschikkend ([argument] want -> [argument]), nevenschikkend ([argument] en - > [ander argument]), onder- en nevenschikkend, enkelvoudig
Wat zijn verschillende soorten argumenten?
Feitelijk (de voorstelling is leuker omdat hij langer duurt), waarderend (de voorstelling is leuker want de acteurs zijn beter)
Wat zijn voorbeelden van drogredenen?
Onjuist oorzaak-gevolg, onjuist beroep op kenmerk/eigenschap, onjuist beroep op voor-/nadelen (overdrijven, vals dilemma), onjuiste voorbeelden (overhaaste generalisatie), verkeerde vergelijking/overeenkomst (verkeerde vergelijk), onjuist beroep op autoriteit of gezag, persoonlijke aanval, ontduiken van bewijslast, cirkelredenering, vertekenen van standpunt/woorden in de mond leggen, bespelen van publiek
Waar let je op bij het beoordelen van argumentatie?
Auteur (is hij deskunig?), bron (betrouwbaar medium?), aangehaalde bronnen (deskundig en onafhankelijk?), actualiteit (zijn argumenten nog actueel?), drogredenen, tegenargumenten (worden tegenargumenten goed weerlegd?), consistent (spreekt bron zichzelf tegen?), schrijfstijl (neutrale, zakelijke schrijfstijl)
Waar let je op bij het vergelijken van teksten?
Duidelijk uitleggen (dus niet: allebei de teksten zijn tegen, duidelijk uitleggen wat overeenkomsten / verschillen zijn)