KNO Flashcards

1
Q

welke specifieke benodigdheden zet je klaar voor een tracheotomie?

A
  • tracheotomie set
  • beademingsslang met Y-stuk
  • disposable kunststof tracheacanule met cuff 6-10
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is een cochleair implantaat?

A

een electrische binnenoorprothese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

tijdens neusbijholte operaties wordt weefsel verwijderd dat bewaard wordt in een bakje NaCl 0,9%. Wanneer het weefsel blijft drijven, weet de arts dat dit niet mag worden verwijderd. Om welk weefsel gaat het?

A

Obitavet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

een patient wordt met spoed aangemeld voor het verwijderen van een corpus alienum. de aymptomen zijn erg benauwdheid en heftig hoesten. welke operatie zou een KNO arts willen uitvoeren bij deze patient?

A

bronchoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke bewring met betrekking tot een sinuslift is juist?

A

de aandachtpunten bij deze ingreep zijn steriliteit en perforatie van de sinus Maxillaris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke bewering m.b.t. bescherming tijden het gebruik van laser is juist?

A

het is noodzakkelijk tijdens het laseren om gebruik te maken van een laser rookafzuig systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

bij het aansluiten van de NIM moet je als omloop:

A

een klem van het NIM apparaat om de diathermiesnoeren doen om storing op de monitor te voorkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de operatie indicatie voor een myringoplastiek

A

trommelvliesdeffect waarbij de gehoorbeenketen intakt is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waar heeft een patient last van wanneer hij voor een ALA plastiek in aanmerking komt?

A

slechte luchttoevoer door de smalle neusvleugels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

een KNO arts hanteert de klassieke methode voor het inbrengen van een trommelvliesbuisje. in welk kwadrant wordt een trommelvliesbuisje geplaatst?

A

vooronder kwadrant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

tot hoever kan de arts kijken bij een panendoscopie met een starre bronchoscoop?

A

tot de 1e vertakking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is een complicatie die tijdens het neusbijholte chirurgie kan ontstaan?

A

een defect in de orbita

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke fascie wordt gebruikt om een defect in het trommelvlies te sluiten?

A

m.temporalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

de KNO arts wil een scopie verrichten in het strottenhoofd. jij pakt het klaarzetprotocol voor deze operatie. welk klaarzetprotocol gebruik je om klaar te zetten?

A

laryngoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is geen korte termijncomplicatie na een etmoïdectomie?

A

structuurvorming van de neopharynx

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

na een paridectomie kan het syndroom van Frey optreden. wat houdt dit in?

A

de zweetklieren op de wang worden geactiveerd i.p.v de speekselklieren

17
Q

wat is een andere naam voor ductus parotideus?

A

Gang van Stensen

18
Q

waar komt de gang van Stensen uit in de mond?

A

ter hoogte van de tweede molaar in de bovenste twee kwadranten

19
Q

uit welke speekselklier komt de gang van Wharton

A

Glandula submandibularis

20
Q

welke hersenzenuw loopt door de glandula parotidea?

A

Nervus facialis

21
Q

Door welke opening in de schedel komt de Nervus VII naar buiten?

A

forarmen stylomastoideum

22
Q

welke spier loopt door de glandula submandibularis?

A

m.mylohyoideus