KNM Nederland Flashcards
1
Q
vervoer
A
transport
2
Q
verplicht
A
mandatory
3
Q
last van
A
bothered by
4
Q
uitstappen
A
to get off
5
Q
hetzelfde
A
the same
6
Q
verschillende
A
various
7
Q
lage opleiding
A
low education
8
Q
hoort bij
A
deze trui hoort in de was
9
Q
aankijken
A
to look at
10
Q
aanraken
A
to touch
11
Q
rij
A
queue
12
Q
meteen
A
immediately
13
Q
een paar keer
A
a few times
14
Q
beurt wachten
A
wait your turn
15
Q
je hebt afgesproken
A
you have agreed
16
Q
afgesproken
A
agreed
17
Q
belangrijke
A
important
18
Q
rijbewijs
A
drivers license
19
Q
aangifte
A
declaration
20
Q
Ze sturen een kaart
A
They send a card
21
Q
verzekeringsmaatschappij
A
insurance company
22
Q
Weet je al veel over gewoontes in Nederland?
A
Do you know all about the customs in NL?
23
Q
dienstverlening
A
services
24
Q
rilbewijs
A
drivers license