Kernwoorden/begrippen volledige cursus Flashcards
Hoplieten
zij die hun eigen uitrusting kunnen veroorloven (de krijgers van de griekse staten, maar ook de elite)
Mediër
vijand van het griekse volk, “evenwaardig” als de Perzen
Toe-eigening van klassieke mythologie door Christendom
interpretatio christiana
de ‘leer’ van menselijke gelaatstrekken
frenologie
1823-1847 british museum klassieke inspiratie
gendergeschiedenis
de studie naar hoe het sekseverschil in het verleden
cultureel en sociaal werd vormgegeven
seksepatronen
Vaak werden seksepatronen immers verbonden met binaire regels, codes en gedragingen: wat voor de man gold, gold niet voor de vrouw, en ook omgekeerd.
genderpatronen
Beetje zelfde als seksepatronen
gendering
het maken van (binaire) codes over mannen en vrouwen
normatief
voorschrijven (het wordt als norm opgenomen)
othering
het afstand nemen van of het ‘anders’ maken van ‘de andere’ om zich een eigen identiteit toe te eigenen (gebruikt tegen andere volkeren maar ook tegenover vrouwen)
Griekse term voor moed
Andreia (letterlijk mannelijkheid) cfr virtus in latijns
term voor ‘liefhebben van een jongen’
pederastie; oudere man als erastes en de jongen als eromenos
luxe-escort (los van concubines)
Hetaire/hetaere
vrouwenhaat
misogynie
een slechte vrouw of “mee-eter”
parasiet (term gebruikt door Hesiodus
het volgen van de culturele en sociale normen
confirmering (bv de gendercodes)
gelijkwettigheid, ‘burgers’ gelijk voor de wet
isonomie
docenten van de politiek
sofisten (hielpen met de kunst van spreken en overtuigend praten
instrumentaliseren
(als instrument) gebruiken van (verwijzingen naar) het verleden als deel van herinneringscultuur
toegangspoort van Akropolis in Athene
Propyleeën (men kan Salamis zien vanop de bovenste trappen)
Particratie
autocratie
technocratie