Kat Respiratoir Flashcards

1
Q

Algemeen beeld van FHV-I

A
  • 180nm
  • Envelop; gevoelig aan detergentia
  • Resistent in omgeving
  • dsDNA, 3 lagen capsid, glycoproteinen
  • Cel geassocieerde verspreiding -> plaque vorming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Benoem de functie van glycoproteine.

A

Herkenning voor AS (immuunsysteem) en aanhechting aan GH

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bespreek de replicatiecyclus van een virus

A
  • Onstabiele binding dmv suikerbinding
  • Stabiele binding dmv eiwitten
  • Fusie of endocytose tan virus en GH cel
  • Capsid komt vrij en gaat naar de kern waarna het virologische genoom vrijkomt thv de nucleoporie van de kern
  • Genoom wordt afgelezen via de Intermediate Early genes (transcriptiefactor) worden afgeschreven en zorgen voor een transcriptie cascade; bepaalde cellulaire genen worden niet meer afgeschreven, of net geactiveerd. De Early genes worden afgeschreven en zorgen voor de vermeerdering van het viraal genoom. De Late genes zijn verantwoordelijk voor het vormen van structurele eiwitten, waarna viruspartikels kunnen gevormd worden.
  • Genoom gaat in capsid en capsid versmelt met tweedelig kernmembraan en wordt vrijgesteld in het cytoplasma
  • Thv GA wordt de werkelijke envelop + glycoproteine aangebracht
  • Exocytose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bespreek de algemene pathogenese van FHV -I.

A
  1. Lokale vermeerdering in bovenste luchtwegen en conjunctiva
  2. Viremie (alleen bij kittens)
  3. Vermeerdering in organen (enkel oudere dieren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bespreek kort de infectie lagen van infectectie thv bovenste luchtwegen.

A
  • Mucus laag
    Mucus bestaat uit mucoproteinen (= suikers met lading) met grote poriën -> door de lading kan het virus niet door de mucus. Influenzavirus bevat neuraminidase wat de mucus kan doorboren
  • Trilhaarepitheel
    hier zal het virus zich vermeerderen waarna het tsn de epitheelcellen zal wringen. Het virus moet dan door de tight junction wat verbroken kan worden door proteasen (zitten ook in pollen). Het virus zakt dan verder in het epitheel en zal pantroop vermeerderen. Het hoofddoel is om neuronen te vinden en hierin latentie te induceren.
  • Het virus zal het basaalmembraan en fibroblasten infecteren waarna het zich cel tot cel verspreid hieronder verspreid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bespreek de reactie van het lichaam op een virus.

A
  • Interferon
    Geproduceerd binnen 2-4dg, werkt zeer goed, maar V hebben een mechanisme om dit te onderdrukken + kunnen eigen gevoeligheid voor interferon doen dalen
  • Neutrofielen, macrofagen, monocyten en NK cellen< 1wk zal adaptieve immuniteit intreden. De neutrofielen zijn zeer agressief -> collaterale damage met destructie van BW waardoor de bac beter kunnen vasthechten -> meer neutrofielen -> meer collaterale damage
  • Na 1wk zullen de AS en cytotoxische T-cellen (kan cel doden voordat de cel geïnfecteerd is) komen. Het virus gaat naar de lymfeknopen of wordt via de antigen presenterende cellen gepresenteerd welke in contact staan met de CTC-> Th1 -> B cellen en Th2.
  • B cellen differentieren in plasmacellen en produceren massale AS (IgA’s) welke via de onderkant van het epitheel gaat vasthechten aan sIgA’s en dan via transcytose naar de bovenkant verplaatsen waardoor er een barrière wordt gevormd wat resistent is tegen protease invloeden.
  • De AS komen ook in het bloed en de B-cellen gaan finaal ipv IgA’s en IgG’s produceren wat wordt vervoerd naar het ademhalingsstelsel, waar ze vnl de longen beschermen. Thv de longen heb je Fc receptoren die IgG’s vanuit de bloedbaan opnemen en verplaatsen naar het lumen van de alveolen. Via het trilhaarepitheel wordt dit naar de keel vervoerd -> ingeslikt -> lage pH -> kapot.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bespreek de klinische aspecten van FHV-I

A
  • Bij kittens (6-12wk); rhinitis, conjunctivitis, secundaire bac infectie, ulceraties in de bek
  • Bij reactivatie; recurrente rhinitis, sinusitis, conjunctivitis of bronchitis
  • Bij hoge infectiedruk (onaf vd leeftijd) epitheel weggewreten + mucuslaag weg
  • Met toenemende leeftijd zullen de klinische symptomen bij eenzelfde infectiedruk afnemen
  • Meeste katten hebben weinig symptomen, enkel wat koorts
  • > altijd neus van geïnfecteerde kat reinigen; kat die niet ruikt eet niet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de duratie van de aanwezigheid van IgA, IgG en cytotoxische T cellen?

A

IgA; 4-6mnd
IgG; >1jr
Cytotoxische T-cellen; 1-2mnd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe werkt colostrale immuniteit; start vanaf de moeder

A

De IgG’s gaan vanuit bloed naar het melkklierepitheel en via FcR transcytose naar het colostrum.
Kitten neemt colostrum op en thv de darm zitten er ook FcR wat de IgG’s doorstuurd naar de bloedbaan. Via de bloedbaan gaan de IgG’s via de FcR naar de longen. De FcR’s thv de darm zullen na 24h hun werking verliezen, maar die thv de longen werken nog wel!
De kittens zijn maximaal 8-12wk beschermd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bespreek de latente periode van FHV-I

A

Virus zal zich in het ganglion trigeminale bevinden, deze cellen zijn zeer resistent tegen HV’en. Oiv stres kunnen we reactivatie krijgen waarbij het V teruggaat naar de periferie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bespreek de reactivatie van FHV-I

A

kan komen door stress of respiratoire aandoeningen. Het genoom wordt geactiveerd en we krijgen productie van virale proteïnen en assembly. Nieuwe viruspartikels gaan via de sensorische zenuwuiteinden terug naar het trilhaarepitheel (daarom R aan onderkant) en vermeerderen thv de bovenste luchtwegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bespreek de behandeling van FHV-I

A
  • Luchtwegen opgehouden; mechanisch of waterdamp
  • Rehydrateren
  • AB tegen de 2nd bac infecties
  • oogzalven (echter humaan, dus werkt niet altijd)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Op welke leeftijd vaccineren we kittens?

A

Maternale immuniteit blijft 8-12 wk dus op 9 wk en 12 wk vaccineren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Benoem de verschillende soorten vaccins

A
  • Geattenueerd intranasaal (IN)
  • Geatternueerd intramusculair (IM)
  • Geinactiveerd intramusculair (IM)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bespreek geattendeerd IN vaccin

A
  • Bestaan niet meer omdat het extreem moeilijk toe te dienen was
  • Voordeel: kon je al <8wk geven omdat er minder interferentie was met maternale immuniteit
  • <1wk kan niet want colostrale immuniteit wat opgepompt wordt tot aan de neus
  • Veroorzaakt lokale immuniteit want geeft sIgA’s over heen de ademhalingsstelsel
  • IgG’s in bloed en cytotoxische T cellen -> verzwakte infectie
  • Bescherming voor 4-6mnd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bespreek geattenueerde IM vaccin

A
  • Via bloedbaan (IgG’s) -> FcR
  • Geen lokale immuniteit; ogen en neus niet beschermd
  • IgG’s met cytotoxische T cellen
  • Virus kan in de neus vermeerderen -> exsudaat vorming waarin IgG’s naar buiten komen -> mucus met virus kan andere katten infecteren
  • Geen zware infectie
  • Bovenste luchtwegen zijn niet beschermd, onderste luchtwegen wel
17
Q

Bespreek geïnactiveerd IM vaccin

A
  • Bestaan niet bij kat
  • Geen lokale immuniteit; wel IgG’s die gaan opklimmen tot boven net als bij geattenueerd, echter cytotoxische T cellen worden niet volledig gestimuleerd.
18
Q

Bespreek verhaal van IgG’s en IgA’s.

A
  • De B-cellen zullen finaal IgG’s produceren in de bloedbaan. De IgG’s worden via FcR (thv darm, alveolen, melkklier epitheel) vervoerd. Eens ze in de alveolen zijn gaan ze naar het lumen en via de trilhaarepitheel naar de keel -> maag -> kapot (SYSTEMISCHE IMMUNITEIT)
  • De plasmacellen zullen IgA’s produceren en deze zullen thv de onderkant van het epitheel vasthechten aan de sIgA en via transcytose naar de bovenkant verplaatsen waar ze een barrière gaan vormen in de bovenste luchtwegen (thv trilhaarepitheel) (LOKALE IMMUNITEIT)