Jurisprudentie Europees recht Flashcards

1
Q

Les Verts

A

Rechtsbescherming staat open tegen alle bepalingen van EU-lidstaten mits zij rechtsgevolg beogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Dassonville

A

Iedere maatregel die direct of indirect, daadwerkelijk of potentieel inbreuk kan maken op het intracommunautaire handelsverkeer zijn verboden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Cassis de Dijon

A

Rule of Reason: een beperking op de vier marktvrijheden mag wel in het geval er sprake is van een regel van dwingende maatregelen van algemeen belang. Hiervoor mag het niet discriminatoir zijn, moet er sprake zijn van een legitiem doel en proportioneel (geschikt, noodzakelijk, afgewogen nationale regel en niet reeds voldoende beschermd door de EU).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Keck & Mithouard

A

Bepaalde verkoopmodaliteiten vallen niet onder het verbod van art. 34 VWEU. Hiervoor moet er sprake zijn van: 1) toepassing op alle handelaren en, 2) noch feitelijk, noch wettelijk onderscheid tussen binnenlandse en buitenlandse handelaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Mickelsson & Roos

A

Ruime definitie van maatregelen van gelijke werking (Dassonville: direct of indirect, daadwerkelijk of potentieel). Ook consumenten en handelaren in zaken zonder kennelijk grensoverschrijdend element kunnen een beroep doen op art. 34 VWEU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Commissie v Italië

A

Beperking product = beperking markttoegang van buitenlandse producten = belemmering van vrij verkeer van goederen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Van Duyn

A

Wanneer een richtlijn niet tijdig is geïmplementeerd, heeft deze in beginsel rechtstreekse werking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Marshal

A

Rechtstreekse werking niet geïmplementeerde richtlijn alleen van toepassing in verticale verhouding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Foster

A

Verschijningsvorm ‘staat’ ruim gelezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Marleasing

A

Lidstaten moeten meewerken aan de doelen van de EU (art. 4 lid 3 VEU). Twee harde buitengrenzen: 1) het mag niet contra-legem werken (Kücükdeveci) en, 2) het mag neit leiden tot strafrechtelijke aansprakelijkheid (Kolpinghuis).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Francovich

A

Indien richtlijnconforme interpretatie niet mogelijk, staatsaansprakelijkheid. Daarvoor moet sprake zijn van: 1) rechten toekennen aan particulieren (Van Gend en Loos), 2) voldoende gekwalificeerd (altijd aan voldaan door niet implementeren) en, 3) causaal verband.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Smith

A

Een zaak tegen staatsaansprakelijkheid is een nieuwe zaak bij de nationale rechter op grond van onrechtmatige daad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Courage

A

Ook als je partij bent bij de mededingingsbeperking kun je recht hebben op schade vergoeding, zwakkere partij, kan hem niet kwalijk worden genomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Consten & Grunding

A

Het kartelverbod strekt zich uit tot zowel horizontale als verticale afspraken. Daarnaast moet de handel tussen de lidstaten kunnen worden beïnvloed (Dassonville: direct of indirect, daadwerkelijk of potentieel).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

United Brands

A

Dominante marktpositie: 1) marktpositie: relevante markt ( relevante product-dienstenmarkt, geografische markt en seizoensmarkt), en 2) dominant: de afstand met de tweede partij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

CILFIT

A

Hoofdregel: lagere rechter mag verwijzen, hoogste instantie moet. 3 uitzonderingen: 1) acte éclairé, 2) acte clair (taalversies, autonoom begrip en in context hele EU-recht) en, 3) relevant.

17
Q

Plaumann

A

Iemand is ‘individueel is geraakt’ wanneer een EU-handeling hem raakt uit hoofde van een zekere bijzondere hoedanigheid of van een feitelijke situatie, welke hem ten opzichte van ieder ander karakteriseert en hem derhalve individualiseert op soortgelijke wijze als de adressaat.

18
Q

Inuit

A

Regelgevingshandeling: hierbij mag er geen uitvoeringshandeling meer nodig zijn.

19
Q

Microban

A

De niet-geprivilegieerde moeten mits zij niet rechtstreeks belanghebbende zijn, rechtstreeks geraakt zijn en causaal verband hebben. Microban ziet op het causale verband.

20
Q

Textilwerke Deggendorf

A

Geen recht op prejudiciële procedure, indien er beroep op nietigverklaring gedaan had kunnen worden.

21
Q

Josemans

A

Illegale producten vallen niet onder het vrij verkeer van goederen. Horeca valt onder het vrij verkeer van diensten.

22
Q

Schmidberger

A

Soms moeten de vier vrijheden wijken voor grondrechten.

23
Q

Commissie v Polen (oerbos)

A

Vereisten kortgeding procedure: 1) spoedeisendheid (Poolse oerbos), 2) belangen tegen elkaar afwegen en, 3) voorlopige voorziening feitelijk en rechtens rechtvaardigen (Fumus Boni Urus).

24
Q

Advies 2/13

A

EU moet toetreden tot EVRM (art. 6 lid 2 VEU), maar het Hof wilt dit niet wegens haar autonomie.

25
Q

Akerberg

A

Alle handelingen van lidstaten die vallen binnen het EU-recht moeten zich houden aan het Handvest. Handvest heeft rechtstreekse werking.

26
Q

Berlington

A

Ook bij de Rule of Reason moeten de grondrechten in acht worden genomen.