Jurisprudentie Flashcards
Eisers/Gemeente de Bilt
Rechtsregel:
- Schadevergoeding voor immateriële schade op basis van een overschrijding van de redelijke termijn (20 rv) moet in een aparte zaak worden gevorderd.
- Dat materiele schade die is geleden zal door de gelaedeerde zelf moeten worden aangetoond en bewezen. Tenzij het gaat over spanning en frustratie over het uitblijven van een rechterlijke beslissing. Hieromtrent bestaat zelfs geen stelplicht.
- Op basis van effective remedy (13 evrm).
- De hoogte van de vergoeding van de immateriële schade is 500 euro per half jaar overschrijding van de redelijke termijn.
Schook/Vergeer
Het beginsel van hoor en wederhoor (19 rv) is bij een niet-officiële bezichtiging (194 rv) door de rechter niet toegepast.
Kalimijnen
De plaats van het ontstaan van de schade en de daadwerkelijke schade zijn niet hetzelfde in casu.
De rechter van de plaats waar het schade toebrengende feit zich heeft voorgedaan is ook bevoegd. Dit is zowel de plaats waar de schade is ontstaan als de plaats waar de schade is ingetreden. Er kunnen dus 2 rechters bevoegd zijn.
Briefadres
Een briefadres heeft te gelden als gekozen woonplaats en een exploot mag worden betekend aan het briefadres.
Uitzonderingen:
- Indien de deurwaarder moet aannemen dat het briefadres niet (meer) juist is en de stukken de betrokkene niet zullen bereiken bij de betekening aan het briefadres.
- Indien degene voor wie het exploot is bestemd, voor een of mer bepaalde aangelegenheden een andere gekozen woonplaats in de zin van 1:15 bw heeft dan het briefadres.
Siedsma/Reek
Het verkeerd vermelden van een tijdstip brengt geen nietigheid met zich mee. Het leent zich echter wel voor herstel. Ook herstelexploten zijn gebonden aan artikel 121 Rv.
Anticipatie arrest
Geïntimeerde heeft de zaak tegen 8 dec 2020 aangebracht. Op die roldatum is voor appellant geen advocaat gesteld. Het Hof heeft de zaak daarop verwezen naar de rol van 22 december 2020 voor het alsnog stellen van een advocaat aan de zijde van appellant, maar dat is ook op die roldatum niet gebeurd.
Rechtsregel:
> Door in de appeldagvaarding de advocaat te noemen die de appellant in hoger beroep zal vertegenwoordigen, in de appellant nog niet in de juiste wijze in hoger beroep verschenen. Daarvoor is nodig dat op de rol een advocaat voor appellant wordt gesteld.
> Als appellant heeft verzuimd om tijdig een advocaat te stellen en in de gelegenheid wordt gesteld dit verzuim te herstellen, zal het hof appellant (of de in de appeldagvaarding genoemde advocaat) daarover afzonderlijk moeten verrichten. Het is niet voldoende dat het hof op de rol aantekent dat de appellant deze gelegenheid wordt geboden.
Van der Zwan q.q./Dompelings c.s.
De Hoge Raad heeft in dit arrest nog eens bevestigd dat een partij die in hoger beroep om een mondelinge behandeling verzoekt, daar in beginsel recht op heeft. Dat was al vaste rechtspraak van de Hoge Raad onder art. 134 (oud) Rv en dat blijft zo, ook onder art. 87 Rv.
M’Barek/Van der Vloodt
De HR heeft criteria ontwikkeld waaraan moet zijn voldaan wil de voorzieningenrechter de mogelijkheid hebben om een partij in kort geding te veroordelen tot betaling van een geldsom:
> Het bestaan van de vordering van de eiser op de gedaagde moet voldoende aannemelijk zijn.
> Er het sprake zijn van feiten en omstandigheden die meebrengen dat uit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening vereist is (wijst niet enkel o p financiële noodsituatie)
> Er moet sprake zijn Vane en laag restitutierisico (= laag risico dat terugbetalen naderhand niet mogelijk zal zijn)
Ongeval St. Oedenrode
In beginsel dient de partij die zich beroept op rechtsgevolgen wegen gestelde feiten te bewijzen (=150rv). Dit geldt niet per definitie voor feiten aangevoerd te betwisting van gestelde feiten .
Eigen Haard
Nieuwe uitleg van art. 6:265 bw. Slecht een tekortkoming van voldoende gewicht geefthet recht op (gehele of gedeeltelijke) ontbinding van de ook. Kijk hierbij naar alle omstandigheden van het geval.
Omkeringsregel
Ging om een fout van een gynaecoloog bij de geboorte van een kind, waarna het kind hersenletsel heeft opgelopen. In cassatie is de vraag of het causaal verband tussen de beroepsfout en de bij de baby opgetreden hersenschade is bewezen.
rechtsregel: in bepaalde gevallen strekt de omkeringsregel ertoe een uitzondering te maken op de hoofdregel van 150 rv vind Ier voege dat het bestaan van causaal verband tussen een onrechtmatige daad of tekortkoming en het onstaan van de schade wordt aangenomen, tenzij degene die wordt aangesproken bewijst waarvoor in het kader van het hier te leveren tegenbewijs voldoende is: aannemelijk maakt dat de bedoelde schade ook zonder die gedraging of tekortkoming zou hebben plaatsgevonden.
Vereiste: Moet sprake zijn geweest van in strijden een rom die strekt tot het voorkomen van een specifiek gevaar ter zake van het ontstaan van de schade en dat degene die zich op schending van deze norm beroept, ook bijbetwisting aannemelijk heeft gemaakt dat in het concrete geval het gevaar waartegen de norm bescherming beoogt te bieden, zich heeft verwezenlijkt.
Schriftelijke getuigenverklaring arrest
163 rv.
Getuigenverhoor kan ook middels eerder door de getuige ondertekende schriftelijke verklaring. Rechter moet zich dan wel afvragen hoe betrouwbaar dit is.
Bij de bewijswaardering van een getuigenverklaring die is afgelegd met gebruikmaking van een eerder door dezelfde persoon afgelegde schriftelijke verklaring die niet in tegenwoordigheid van partijen tot stand is gekomen, zich zal dienen af te vragen in hoeverre aan de betrouwbaarheid van de getuigenverklaring afbreuk wordt gedaan door het bestaan en de wijze van totstandkoming van die schriftelijke verklaring.
In hoeverre de getuige wordt beïnvloed door de door hem ondertekende verklaring, zeker als hij die niet zelf heeft opgesteld.
Eisers/Gem. Borger-Odoorn
kan tegen tussenvonnisgedeelte in hoger beroep als ook tegen eindvonnis gedeelte in beroep gaat. Incidenteel beroep.
V/W c.s.
Buiten het toepassingsbereik van de art. 31 en 32 Rv kan de rechter niet zelf de rechtskracht van zijn uitspraak aantasten, ook niet met instemming van partijen. Het gesloten stelsel van rechtsmiddelen brengt mee dat die aantasting is voorbehouden aan de hogere rechter, aan wie door aanwending van een rechtsmiddel kan worden gevraagd een uitspraak uit de vorige instantie te vernietigen. Dit zou in strijd zijn met het rechtszekerheidsbeginsel en de openbare orde
IV/SRLEV
Gezag van gewijsde (236 rv)
Het gezag van gewijsde kan worden ingeroepen als in een geding tussen dezelfde partijen eenzelfde geschilpunt wordt voorgelegd als in een eerder geding, en de in het dictum van de eerdere uitspraak gegeven beslissing (mede) berust op een beslissing over dat geschilpunt, ongeacht of wat gevorderd wordt hetzelfde is. Het antwoord op de vraag of in het eerdere geding sprake is geweest van beslissingen aangaande een geschilpunt dat dezelfde rechtsbetrekking betreft als in het andere geding, is afhankelijk van de grondslag van de vordering of het verweer, het processuele debat en de gegeven beslissingen. Dat vergt uitleg van de in de eerdere procedure gedane uitspraak, mede in het licht van de gedingstukken waarop die uitspraak berust. Indien een vordering met kracht van gewijsde is afgewezen, en de afwijzing erop is gebaseerd dat de voor de vordering aangevoerde grondslag niet is komen vast te staan of dat deze grondslag de vordering niet kan dragen, kan tot uitgangspunt dienen dat de beslissingen aangaande het ontbreken of niet toereikend zijn van deze grondslag, in een ander geding tussen dezelfde partijen gezag van gewijsde hebben. Dit betekent onder meer dat bij een beroep op gezag van gewijsde, feiten en bewijsmiddelen die in de eerdere procedure niet ter staving van de gestelde grondslag zijn aangevoerd, in een ander geding niet alsnog in het kader van dezelfde grondslag aan de vordering ten grondslag kunnen worden gelegd