immunosuppressiva Flashcards

1
Q

Corticosteroiden

A
  • reduceren productie van inflammatoire mediatoren
  • remmen cel migratie naar ontstekingsplaatsen door het remmen van expressie van adhedie moleculen
  • bevorderen apoptose van leuko’s en lymfo’s en brengen aantal immunoglobulinen omlaag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

glucocorticoïd: genomisch en niet-genomisch effect

A
  • genomisch: binden gluco aan steroidreceptor onder normale omstandigheden -> genen worden aan en uit gezet
  • niet-genomisch: effecten treden pas op bij hoge dosis -> membraanreceptor in cytoplasme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

corticosteroïden: soorten

A

ontstekingsremmend effect verschilt per soort: dexamethason = 25x sterker dan cortisol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

cortico’s: dexamethason en zwangerschap

A

niet aangeraden want diffundeert door placenta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

cortico’s: indicatie

A

vrijwel alle auto-immuunziekten, allergische reacties en na transplantatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

cortico’s bijwerkingen

A
  • cushin habitus -> atrofie van spieren, romp adipositas, buffalo hump, vollemaansgezzicht en striae
  • infecties, dm, psychisch dysfunctioneren, huidbloedingen, aseptische botnecrose van heup en osteoporose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Anti-metabolieten: soorten

A

purine syntheeseremmers

mycofenolzuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

purine syntheseremmers

A

interfereren met de synthese van nucleïnezuren en werken dus cytostatisch (alleen op delende cellen) -> toxisch voor beenmerg, lever en pancreas

  • kan tijdens zwangerschap
  • azathioperine soms ipv prednison
  • bijwerkingen: granulo/trombovytopenie, rode bloedcel aplasie en hepatotoxiciteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

mycofenolzuur

A

remt inosinemonofosfaatdehydrogense en remt selectief proliferatie van lymfo’s (niet toxisch)

  • behandeling afstoting een allerlei immuunziekten
  • diarree, leukopenie en infectiegevoeligheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

mycofenolzuur tijdens zwangerschap

A

nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

alkylerende middelen

A
  • geven cross-lingen dna strengen -> reproductie moeilijk -> cytotoxisch
  • alleen als echt levensbedreigend
  • steriliteit, verhoogde infeectiekans, cystitis, secundaire maligniteiten(10%)
  • cyclofosfamide
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

alkylerende middelen tijdens zwanegrschap?

A

nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

methotrexaat

A
  • remt foliumzuur afhankelijke routes -> geen dna sunthese

- beenmergtoxiciteit, levertoxiciteit, ernstige longafwijkingen en teratogeniteit!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

methotrexaat bij zwangerschap

A

nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

calcineurine blokkerende middelen: coclosporine en tacrolimus

A

remmen selectief transcriptie van il-2 (tcel remmer)

  • ciclosporine bij translantaties > infectiegevoeligheid, vverslechtering nierfunctie, hypertensie, neurologische verschijnselen
  • tacrolimus: na transplantatie, uveitis, sle
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

NSAID: prostaglandine pathway

A
remmen cox1 (alle cellen) of cox2 (geinduceerd tot expressie)
door cox te remmen wordt prostafglandineproductie geremd 

niet selectief -> beide, selectief -> alleen cox2

17
Q

nsaid: hydroxychloroquine

A

werkt ontstekingremmend bij reuma en SLE

cardiomuopathie en effecten op oog

18
Q

thalidomide

A

onbekende werking
tegen lepra
NIET BIJ ZWANGERE VROUWEN

19
Q

omalizumab

A

antistof die IgE neutraliseer

ige gemedieerde astma en allergie

20
Q

rituximab

A

anticd2-

rheamtoide artritis en maligne lymfomen

21
Q

wat doet ctla-4

A

remt interactie tussen B7 en CD28 -> stopt ontsteking

Abatacept -> ra

22
Q

Wat doet nivolumab

A

het remt PD1 wat het immuunsysteem remt

23
Q

waarom moet je mensen voor gebruit van anti-tnf alfa laten testen op tuberculose

A

omdat tnf-alfa nodig is voor granuloomvorming bij tuberculose, strakjes hebben ze latente tuberculose

24
Q

lysozym en lactoferrine

A

lysozym zit in traanvocht, speeksel en moedermelk

lactoferrine is een ijzerbinden eiwit dat geproduceerd wordt door epitheelcellen bvin moeermelk