HUID EN MUCOSA Flashcards

HUID EN MUCOSA

1
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

Etiologie

A

-Luchtwassers
varkenshouderij
-Silo’s (kuilvoeder)
-Pens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

Pathogenese

A
-Etsing vd AH-wegen = silo
filler’s disease
-Omzetting tot nitrieten:
in hoge conc: VD + shock
in lage conc: ijzeroxidatie en
methemoglobine vorming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

Symptomen

A
-Longlesies + longoedeem
(SFD)
-Bronchopneumonie
-Tranenvloei
-Hoesten
-Methemoglobinemie
-Cyanose
-Verstikking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

Diagnose

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

Behandeling

A

GEEN

Symptomatisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

DDx

A
  • NH3 (mestput)

- H2S

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

NO2, NO, N2O3, N2O4 (bruin/geel)

Bijzonderheden

A
Nitraat -->
nitreuze gassen
-x-> ammoniak
(door bacteriën)
door ontsnapp
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Chloorgas Etiologie

A

Industrie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Chloorgas Toxiciteit

A

*Inhalatie →
-Lokaal: oxidatieve werking
met vorming van H-radicalen
→ HCl → etsing op mucosa
-Systemisch: resorptie van Cl-
→ inhibitie SH-groepen in
enzymatische systemen →
afname cellulair metabolisme
-GI reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Chloorgas Pathogenese

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Chloorgas Symptomen

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Chloorgas Diagnose

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Chloorgas Behandeling

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Chloorgas DDx

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Chloorgas Bijzonderheden

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Fosgeen Etiologie

A

Oorlogsgas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Fosgeen Toxiciteit

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Fosgeen Pathogenese

A

COCl2 → HCl → longirritatie →
beschadiging alveolair
epitheel en capillairen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Fosgeen Symptomen

A
  • Blindheid

- Bronchopneumonie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Fosgeen Diagnose

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Fosgeen Behandeling

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Fosgeen DDx

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Fosgeen Bijzonderheden

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Yperiet, Lewesiet Etiologie

A

Mosterdgas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Yperiet, Lewesiet Toxiciteit

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Yperiet, Lewesiet Pathogenese

A
27
Q

Yperiet, Lewesiet Symptomen

A
-Blaasvorming huid en
mucosa
-Etsing AH-wegen
-Beenmergdepressie (→
anti-leukemie)
Beschadiging lymfewegen
28
Q

Yperiet, Lewesiet Diagnose

A
29
Q

Yperiet, Lewesiet Behandeling

A
30
Q

Yperiet, Lewesiet DDx

A
31
Q

Yperiet, Lewesiet Bijzonderheden

A
32
Q

Koper (ACUUT) Etiologie

A
-Koperzouten in
drinkleiding
-Groeipromoter
-Fungicide
(Bordelese pap)
-Houtbewaring
(kopernaftelaat)
33
Q

Koper (ACUUT) Toxiciteit

A

Vooral
toxisch
voor
schaap

34
Q

Koper (ACUUT) Pathogenese

A
* Opname Cu+ via voeder of
drinkwater →
-Lokaal: GI irritatie + prikkeling
vd vagus (PSmim) →
verhoogde darmmotiliteit +
reflectorische bradycardie →
harverlamming en sterfte
-Systemisch: VD
(vaatverlamming) → BD daling
→ shock → hartverlamming
en sterfte
35
Q

Koper (ACUUT) Symptomen

A
  • Donkergroene feces
  • Donkergroene urine
  • Gestold bloed
  • Stuwing/etsing GI-stelsel
36
Q

Koper (ACUUT) Diagnose

A

-Cu+

in feces/urine

37
Q

Koper (ACUUT) Behandeling

A

-Braken
-Kaliumferrocyanide
-Na2S2O3
-Symptomatisch:
cardiotonica

38
Q

Koper (ACUUT) DDx

A
39
Q

Koper (ACUUT) Bijzonderheden

A
40
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Etiologie

sec. fotosensibiliserend

A

Weide + hooi

41
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Toxiciteit

sec. fotosensibiliserend

A
42
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Pathogenese

sec. fotosensibiliserend

A
Sec. fotosensibilisatie:
-Leverbeschadiging →
galgangobstructie → vorming
van fylloerythrine (door
herbivoor) en metabolisatie
producten → metabolieten in
bb (huidcapillairen) → UV
activatie → fotodermitis
**Zie hoofdstuk Lever
43
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Symptomen

sec. fotosensibiliserend

A
  • Icterus

- Zenuwstoornissen (NH3)

44
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Diagnose

sec. fotosensibiliserend

A
BO:
-Stijging γGT,
billirubine en
galzouten
-Lage ureum
-AST normaal
PM: leverbiopsie
(vergrootte en
necrotische cellen)
45
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Behandeling

sec. fotosensibiliserend

A
Symptomatisch:
-Opstallen
-AB spray +
cortico’s + NSAIDs +
anti-histaminica
-Parafine olie
opgieten
46
Q

Jacobskruiskruid, Brassica DDx

sec. fotosensibiliserend

A
47
Q

Jacobskruiskruid, Brassica Bijzonderheden

sec. fotosensibiliserend

A
48
Q

Kruisbloemigen Etiologie

A

-Lijnkoeken,
mosterd, raapzaad,
koolzaad
-Biodiesel

49
Q

Kruisbloemigen Toxiciteit

A
50
Q

Kruisbloemigen Pathogenese

A
Oliehoudende zaden →
pletten → wateroplosbare
glucosinolaten in residu →
vorming van R-isothiocyanaat
(mostaardolie) door
myrosinase uit de plant →
giftig
51
Q

Kruisbloemigen Symptomen

A
-Etsing GI-stelsel: koliek,
diarree
-Icterus
-Nefritis: albuminurie en
hematurie
-Hemolyse (kool)
-Thyroidremming
(koolzaad)
-Methemoglobinemie
(raapzaad, koolraap)
52
Q

Kruisbloemigen Diagnose

A
53
Q

Kruisbloemigen Behandeling

A
54
Q

Kruisbloemigen DDx

A
55
Q

Kruisbloemigen Bijzonderheden

A
56
Q

Thallium (donkergroen) Etiologie

A
  • Insecticide

- Rodenticide

57
Q

Thallium (donkergroen) Toxiciteit

A
  • Varken
  • KHD
  • Tl + is meest toxisch
58
Q

Thallium (donkergroen) Pathogenese

A
Orale opname → GI irritatie
→ snelle resorptie →
systemisch (na latentietijd à
7d):
1. Blokkeren S-houdende
enzymes → degeneratie hart,
lever en nier
2. Uitwisseling Tl
\+ met K+ →
stimulatie membraan ATP-ase
→ accumulatie van Tl+
in K+
rijke weefsels (zijnde spier- en
zenuwweefsel) →
polyneurotisch syndroom
3. Stimulatie symp.
59
Q

Thallium (donkergroen) Symptomen

A
Koliek, braken,
(bloederige) diarree
1. Nierinsufficientie
2. Zenuwstoornissen
(verlamming, perifere
neuritiden), psychische
stoornissen
3. Tachycardie, BD
stijging, haaruitval (door
VC)
Etsend thv de haren →
secundaire dermatitis
Sterfte (acuut)
60
Q

Thallium (donkergroen) Diagnose

A
Urine
PM: nier
Normaal niet in het
lichaam aanwezig →
kleine hoeveelheid
aantreffen is al
voldoende
61
Q

Thallium (donkergroen) Behandeling

A
Chelatie met
difenylthiocarbazon
e
NIET BIJ KATTEN
-Supplementatie
van K+
(let op
hyperkaliemie en
maagirritatie), best
parenteraal
-Kaliumferroferri
cyanide (Berlijns
blauw), oraal
62
Q

Thallium (donkergroen) DDx

A
Arseniek en
chloraat geven
ook
hemorrhagische
enteritis maar
hebben niet de
chronische fase
van thallium
63
Q

Thallium (donkergroen) Bijzonderheden

A

-Accumulatiegif
-Uitscheidingstoxicose thv het
haar en nieren
-*Acuut,
subacuut en
chronisch