Hoorcolleges Flashcards
Wat is in hoofdlijnen de stappen die genomen moeten worden om veterinair klinisch te kunnen redeneren?
- zorgvraag
- probleemlijst (> klinische diagnostiek in de breedste zin)
- hoofdprobleem en probleemdefinitie (>interpreteren en relatieren aan elkaar)
- differentiaal diagnose (DDx) (>beoordelen informatie voor deductie)
- waarschijnlijkheidsdiagnose (>validatie)
- behandelplan
- rapportage
- evaluatie
- succes
Welke vaardigheden gebruik je bij veterinaire klinisch redeneren
- Kennis
- Vaardigheden
- Ervaring
- -> verantwoorden van oordelen en beslissingen
hoeHoe verantdert de brein naar mate je langer DA bent?
Als beginner gebruik je veel meer delen van de hersenen. Naarmate je meer ervaring krijgt, worden processen in je brein geautomatiseerd. Je ziet dan dat de actieve delen in je hersenen kleiner worden. Het duurt 10 jaar voordat dit bereikt is.
Hoe werkt een ontwikkeling vn beginner naar gevorderde?
- Beginner: vasthouden aan regeltjes, weinig invloed situatie, geen eigen beoordeling
- Gevorderde beginner: regeltjes worden meer algemene uitgangspunten, weinig weging, alles van gelijk belang beoordeeld.
- Competent: meer gestandaardiseerde en routine procedure, goede planning, kunnen leven met veelheid aan invloed, herkennen van praktische situaties.
- Vakkundig: hanteert grondregels voor handelen, betekenis hangt af van situatie, beslissingen kosten minder inspanning, afwijkingen snel gezien, overzicht.
- Expert: niet meer afhankelijk van grondregels of richtlijnen, intuïtieve grip op situaties op basis van stilzwijgend begrip, alleen analytische benadering bij nieuwe situaties.
wat doe je bij zorgvraag?
informatie verzamelen: anamnese, klinisch onderzoek, kengetallen. Je kijkt naar hoofdkenmerken: elementen die waarschijnlijk helpen in differentiëren tussen verschillende diagnoses.
Wat doe j bij probleemlijst
Patiënt presentatie. Je schrijft alle problemen op die dat dier heeft.
wat doe je met hoofydporlbeem?
Samenhang tussen verschijnselen zoeken. Belang inwegen (wat komt eerst) Omgevingsfactoren meewegen Historie gebruiken etc.
–> het meest ernstige wordt gezien als hoofdprobleem, i.e. datgene waaraan een patiënt zou overlijden of dat grote sociaal economische gevolgen kan hebben
Waar moet e voor oppassen bij het opstellen van een hoofdprobleem
- Kennis is niet op orde
- De informatie is onjuist ingewonnen
- De informatie wordt fout geïnterpreteerd
- Er vindt geen of foute verificatie plaats
Wat doe je bij het opstellen van een probleemdefinitie?
diersoort, leeftijd, hoofdprobleem.
–> korte beschrijving: begin, verloop, locatie, moment van optreden, pijn.
waar moet je opletten bij een DDx?
Opbouw volledige ddx:
a. vanuit pathofysiologisch (bijv. maldigestie, malabsorptie etc)
b. vanuit anatomie (welke weefsels zijn aangedaan? dunne vs. dikke darm diarree?)
c. vanuit agens (viraal, bacterieel, parasitair)
d. acuut tot chronisch, mild tot ernstig etc.
- -> typisch enkele parallel lopende en samen vloeiende boomstructuren
MAAR, pas op voor afleiders.
Ezelsbrug: VITAMIN CDE
Wat bevat een goed verkorte ddx?
- de meest voor de hand liggende diagnose (werk diagnose)
- 2-4 veel voorkomende diagnoses die mogelijk niet helemaal op de casus passen.
- “Don’t miss” diagnose
hoe werkt een waarschijnlijkheidsdiagnose?
Deductie-diagnostiek = type II denken
Inductie-diagnostiek = type I denken
–> OF combinatie van de twee.
Welke vragen worden beantwoord door validatie?
- zijn alle verschijnselen uit de probleemlijst verklaard?
- zijn de belangrijkste klinische verschijnselen die horen bij deze diagnose aanwezig bij de patiënt?
- is andere bevestiging nodig?
waar staat VITAMIN CDE voor?
- vascular
- infectious / inflammatory
- traumatic / toxic
- autoimmune
- metabolic
- iatrogenic / idiopathic
- neoplastic
- congenital
- degenerative
- endocrine
Wat bekijk je in je behandelplan?
- stabiliseren / symptomatisch
- curatief
- preventief
welke begrippen passen bij systeem I denken?
- onbewust redeneren
- niet uitgesproken
- automatisch
- weinig energie
- snel proces
- associatief
- afhankelijk van omstandigheden
- non-verbaal
- herkenning, eigen beleving
- pakketjes ervaring
Systeem 1 denken: kost meer tijd, kost meer energie, gaat meer uit van pathofysiologische achtergronden en werkt met bundeltjes kennis.
Welke begrippen passen bij systeem II denken?
- bewust redeneren
- bespreekbaar
- gecontroleerd
- inspannend
- langzaam proces
- op regels gebaseerd
- abstractie veel hoger
- opschrijfbaar
- regels, vergelijken, in- en afwegen
- vermogen om na te redeneren
Omschrijf het proces van diagnostisch redeneren.
Patient presentatie leidt tot het processen van een patroon.
a) patroon herkent: type 1 systeem –> calibratie of diagnose
b) patroon niet herkent: type 2 systeem –> herhaling zorgt voor herkenning van patroon. –> calibratie.
Type 1 kan overreden worden door disrationaliteit, waardoor je teruggaat naar type 2 denken
Type 2 kan overreden worden door rationaliteit, waardoor je naar type 1 denken gaat.
Op grond van welke kenniselementen worden DDx het vaakste ingedeeld?
Pathofysiologie. Er wordt dan gekeken naar de mechanismen waarmee organen reageren op ziekte.
Welke diagnoses bevat een goede DDx minimaal?
de naar jouw mening meest voor de hand liggende diagnose
U hebt samen met de veehouder een ronde gemaakt op een melkveehouderij met een lastig ziektekundig vraagstuk. Op welke stap in het klinisch redeneren moet nu worden gefocust?
Hoofdprobleem –> daartoe wordt een goede probleemlijst gemaakt. Klinisch diagnostisch hulpmiddel daarbij is bijv. de anamnese.
Waar moet je op letten bij het selecteren van je hoofdprobleem?
Meest levensbedreigende probleem
Let ook op dat je hoofdprobleem niet een symptoom is, maar eerder de oorzaak van dat symptoom. Bijv. biggen na geboorte sloom met bleke huid en slijmvliezen. Hoofdprobleem = bloed (vormende organen); niet bleke huid en slijmvliezen, sloomheid of sterfte.
Oorzaken primair hemostase probleem?
- trombocytopenie
- trombocytopathie
- vaatwandprobleem
- Van Willebrand factor
- -> kleine bloedingen, begint direct te bloeden
Oorzaken secundair hemostase probleem?
- erfelijk probleem
- verkregen probleem, zoals leverfalen.
- Vit K. intoxicatie
- -> grote bloedingen, vertraagde bloeding,