Hoorcollege 1

Question 1

Type 1 Fout

Answer 1

Het effect is er niet, maar het is wel gevonden

Question 2

Type 2 Fout

Answer 2

Het effect is er wel, maar het is niet gevonden

Question 3

Manifeste variabelen

Answer 3

Variabelen die direct meetbaar zijn/te observeren zijn

Question 4

Latente variabelen

Answer 4

Niet direct observeerbare variabelen, deze worden gemeten met daarvoor ontwikkelde instrumenten

Question 5

Wat is een padmodel?

Answer 5

Statistische weergave over onderliggende causale processen die geobserveerde correlaties tussen twee of meerdere variabele kunnen verklaren

Question 6

Experimenteel onderzoek

Answer 6

Actieve manipulatie van de onafhankelijke variabelen en random toewijzing aan experimentele condities

Question 7

Correlationeel onderzoek

Answer 7

Bestuderen van samenhang tussen variabelen verkregen uit surveys, veldobservaties etc. Er heeft geen manipulatie plaatsgevonden

Question 8

Direct causaal effect

Answer 8

Verandering in X zorgt voor verandering in Y. X is de oorzaak, Y het gevolg

Question 9

Indirect causaal effect

Answer 9

Verandering in X zorgt voor directe verandering in M. Verandering in M zorgt voor directe verandering in Y. M is hierin de mediator

Question 10

Schijnrelatie

Answer 10

Variabele Z is gemeenschappelijke oorzaak voor X en Y. Een veradering in X heeft GEEN effect op Y, en ook niet omgekeerd. Er lijkt een effect te zijn, maar dat is niet het geval. Het wordt vaak aangeduid als een confounder; het is een verstorende variabele

Question 11

De onbekende/ongespecificeerde relatie

Answer 11

Er is een relatie tussen X1 en X2, maar je weet niet welke richting deze opgaat. Je kunt dit zien als een correlatie.
Ze maken geen deel uit van het causaal verklaringsmechanisme

Question 12

Wederkerig effect

Answer 12

Verandering in X1 veroorzaakt verandering in X2 en andersom.

Question 13

Bij welke twee basisrelaties wordt er GEEN causale relatie verondersteld?

Answer 13

Schijnrelatie en onbekende relatie