Hoofdstuk 7 Flashcards
Wat is een equivalentklasse?
Een equivalentklasse is een verzameling van mogelijke invoerwaarden die tot eenzelfde soort verwerking leiden. Bij de
toepassing wordt het gehele waarde bereik opgedeeld in klassen waarbij het systeemgerag gelijksoortig is. Hiervoor moet
de logica van het systeem worden bekeken.
Waarvoor kan een equivalentklasse worden toegepast?
Equivalentklasse kan worden toegepast om:
- invoervalidatie te verifiëren,
- relatiecontroles uit te voeren,
- complexe berekeningen te toetsen,
- functionele beslissingen te controleren,
- autorisaties te testen.
Waar pas je equivalentklasse als het gaat om kwaliteitskenmerken?
Equivalentklassen pas je toe wanneer je de volgende kwaliteitskenmerken wilt testen:
- Functionele geschiktheid
- Functionele juistheid
- Beveiligbaarheid.
Wat wordt bijgehouden in de volgende tabel?
LTG Input Invoerwaarde Verwachte output
1 Aantal bioscoopkaarten < 0 -3 Melding 1: Het aantal kaarten moet minimaal 1 zijn
2 1 < aantal bioscoopkaarten < 10 5 Korting 0%
3 11 < aantal bioscoopkaarten < 20 20 Korting 10%
4 Aantal bioscoopkaarten > 21 25 Melding 2: Het aantal kaarten mag maximaal 20 zijn
Logische testgevallen
Bij grenswaardeanalyse ga je ervan uit dat er fouten gemaakt zijn op de waarden rond de grens. Waar definieer je?
Je definieert:
- Een invoerwaarde net onder de grens
- Een invoerwaarde op de grens
- Een invoerwaarde net boven de grens
Voor het opstellen van testgevallen kun je 3 stappen hanteren. Noem ze
- Testsituaties analyseren.
- Logische testgevallen opstellen.
- Fysieke testgevallen opstellen.
Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen de twee testontwerptechnieken equivalentieklassen en grenswaardenanalyse?
. Overeenkomsten
• Zowel equivalentieklasse als grenswaardenanalyse kunnen worden gebruikt voor het testen
van de kwaliteitskenmerken: geschiktheid, nauwkeurigheid en beveiligbaarheid.
• Ze zijn geschikt voor het controleren van functionele beslissingen, gemaakt aan de hand van
invoerdata.
• Voor beide testontwerptechnieken kun je alle soorten testbases gebruiken. Functionele
beschrijving is een voorbeeld hiervan.
• De werkwijze voor het analyseren van de testsituaties en voor het opstellen van logische
testgevallen is voor beide testontwerptechnieken identiek. Daarom zijn de logische
testgevallen gelijk.
Verschillen
• Bij equivalentieklassen definieer je maximaal één invoerwaarde per klasse of per fysiek
testgeval.
• Bij grenswaardenanalyse definieer je per grens:
o één waarde op de grens;
o één waarde net onder de grens;
o één waarde net boven de grens.
• Met grenswaardenanalyse kun je de grenzen nauwkeuriger testen dan met
equivalentieklassen.