hoofdstuk 5: van opra to onafhankelijkheid Flashcards

1
Q

scheiding der machten

A

uitvoerende, wetgevende en
De rechterlijke macht is verdeeld over verschillende personen
of politieke instellingen .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

nationalisme:

A

politieke ideologie die stelt dat de staat bestaat
politieke eenheid moet voortkomen uit de natie als een
historisch ontwikkelde sociaal-culturele eenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

aanleidig

A

historisch redeneren: gebeurtenis dat a
feit of fenomeen het meest direct ontstaat. Het
verklaart waarom een feit of fenomeen zich voordoet
op dat specifieke moment.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

neutraal

A

onpartijdig, geen partij kiezen in een conflict.
Een land dat niet tot een alliantie behoort, is dat wel
neutrale.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly