Hoofdstuk 4 Flashcards

1
Q

Dictator

A

Alleenheerser

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Prediker

A

Persoon die door het Romeinse rijk reisde om mensen te bekeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Senator

A

Rijke, witte man

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Keizer (1)

A

Heerser van het hele Romeinse rijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Autoriteieten

A

Personen met macht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gouverneur

A

Baas van een deel van het rijk / provincie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Expansie

A

Romeinse uitbreiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Limes

A

Grens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Paus

A

Leider Katholieke kerk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Synagoge

A

Joodse kerk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verdraagzaamheid

A

Tolerantie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Door de Griekse invloed in het Romeinse rijk werd het de … cultuur

A

Grieks-Romeinse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De Grieks-Romeinse cultuur wordt ook wel de … of … cultuur genoemd

A

Antieke klassieke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Basilieken

A

Grote rechthoekige gebouwen die werden gebruikt voor handel, bestuur en rechtspraak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Proletariaat

A

De bevolkingsgroep van de bezitloze armen, zij bezaten alleen kinderen. Veel boeren zakten af tot het proletariaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Keizer (2)

A

Het woord keizer komt van Ceasar, tegenwoordig wordt het gebruikt voor een heerser van een groot rijk

17
Q

Gladiatoren

A

Krijgsgevangenen die werden opgeleid om elkaar tot op de dood te bevechten

18
Q

Republiek

A

Rijk zonder koning

19
Q

Overheid

A

Regering