Hoofdstuk 3 havo 3 Flashcards
Bondgenootschap
Verbond tussen landen om elkaar te helpen, bijvoorbeeld in geval van oorlog.
Censureren
Het controleren en indien nodig verbieden of schrappen van berichtgeving in de media en/of in persoonlijke communicatie
Loopgravenoorlog
Vorm van oorlog waarbij beide partijen zich hebben ingegraven op sterk verdedigde posities, waardoor er weinig beweging in de oorlog zit.
Mandaatgebied
Gebied waar een land tijdelijk het beheer over heeft gekregen van andere landen, of van een internationale organisatie.
Middenklasse
Sociale groep die bestaat uit de mensen die niet arm zijn, maar ook niet steenrijk. Vooral ondernemers en hoger personeel.
Militarisme
Enthousiasme voor alles wat te maken heeft met het leger.
Mobiliseren
Het leger gereedmaken voor oorlog
Neutraal
Geen partij kiezen
Propaganda
Reclame voor een idee of politieke opvatting.
Terrorisme
(Dreigen met) geweld door burgers, die daarmee politieke of religieuze doelen willen afdwingen.
Totale oorlog
Oorlog waarbij de hele samenleving wordt betrokken en waarvoor alle economische middelen worden ingezet.
Tweefrontenoorlog
Wanneer een leger tegelijkertijd in twee gebieden vecht.
Veelvolkerenstaat
Een land waarin meerdere volken wonen.
Wapenstilstand
Wanneer oorlogvoerende partijen hun gevechten beëindigen.
Wereldoorlog
Oorlog waaraan landen uit meerdere werelddelen meedoen.