Hoofdstuk 3 Flashcards
Begrip: aardverschuiving
Het plotseling naar beneden schuiven van grote hoeveelheden aarde
Begrip: afspoeling
Het naar beneden spoelen van de bovenste grondlaag van de bodem door stromend water
Begrip: Cs-Klimaat
Klimaat met warme, droge zomers en gematigde, neerslagrijke winters. Heet ook mediterraan klimaat
Begrip: geomorfolochie
Wetenschap die zich bezighoud met het beschrijven en verklaren van de landschapsvormen
Begrip: geulerosie
Vorm van erosie waarbij afspoelende water steeds diepere geulen in de helling schuurt
Begrip: irrigatielandbouw
Landbouw die plaatsvind door kunstmatig water op de akkers te brengen
Begrip: landdegredatie
Verlies aan biologische en economische productiecapaciteit van landbouwgrond
Begrip: mediterraan klimaat
Klimaat met warme, droge zomers en gematigde, neerslagrijke winters
Begrip: mediterrane landbouw
Landbouw die is aangepast aan het Middellandse Zeeklimaat en die vooral uit akkerbouw bestaat
Begrip: mediterrane vegetatie
Plantengroei die kenmerkend is voor het Middellandse Zeegebied
Begrip: neerslagintensiteit
De hoeveelheid neerslag die per uur of per dag valt
Begrip: subtropische landschapszone
Gebied op aarde dat de grens vormt tussen de gematigde zone en de tropische zone
Begrip: versnelde bodemerosie
Verdwijnen van de voor plantengroei belangrijke verweringslaag als gevolg van menselijke activiteiten, sneller dan wanneer dit alleen onder invloed van natuur zou plaatsvinden
Begrip: verwoestijning
Uitbreiding van de woestijnen, veroorzaakt door verkeerde toepassing van landbouw, soms gecombineerd met klimaatvariaties
Begrip: verzilting
Toename van het zoutgehalte van de bodem of van het grond- of oppervlaktewater