Hoofdstuk 2 en 3 Stengel en Bladeren Flashcards

Leren over de stengel en het blad

1
Q

De stengel van een beuk draagt

A

Knop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

De stengel van een witte dovenetel draagt

A

Blad en bloem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De stengel van een herderstasje draagt

A

Een blad en een bloem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De stengel van een aardbeiplant draagt

A

Een blad, een bloem en een knop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Een beuk groeit

A

B de grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Een witte dovenetel groeit

A

B en O de grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Een herderstasje groeit

A

B de grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een aardbeiplant groeit

A

B de grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De stengels van alle bloemplanten zijn gelijk of verschillend

A

Verschillend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De stengel kan …., …. en …. dragen

A

Bladeren, bloemen en knoppen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Een stengel groeit … Of …

A

Ondergronds of bovengronds

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Je voelt wel/geen oneffenheden

A

Wel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De functies van de stengel zijn

A

1) dragen van bladeren en bloemen
2) vervoeren van water en opgeloste stoffen
3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Stengels dragen :

A

Bladeren, bloemen en knopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stengels kunnen van elkaar verschillen in
… : Ondergronds of bovengronds
… : Horizontaal of verticaal

A

Groeiplaats en groeirichting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bladeren en knoppen staan op wortels/stengels

A

Stengels

17
Q

De aardappel is een ondergrondse wortel/stengel

A

S

18
Q

Welk deel van het blad zorgt voor het vervoer van water en opgeloste stoffen

A

De nerven

19
Q

Wat zijn de twee functies van een blad

A

1 opnemen van water en opgeloste stoffen

2 verdampen van water

20
Q

Wat is de bladschede

A

Dat dingetje aan de bodem van het steeltje

21
Q

Wat is de stengel

A

Dat steeltje

22
Q

Wat is de hoofdnerf

A

Die lijn in het midden

23
Q

Wat zijn de zijnerven

A

De lijnen aan de Hoofdnerf

24
Q

Wat zijn de adertjes

A

Al die kleine lijntjes

25
Q

Wat is de bladrand

A

Ja de rand van het blad hè😤

26
Q

Wat is de bladmoes

A

Zo de rest

27
Q

Wat is 2+2

A

4