Hoofdstuk 2 Flashcards

1
Q

Wat is een ander woord voor het verbintenissenrecht?

A

De obligatoire of verbintenisscheppende overeenkomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat houdt het verbintenissenrecht in?

A

Dit is een overeenkomst die door twee of meer partijen is gesloten met het doel dat daaruit rechten en verplichtingen voortvloeien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt een wilsdefect in?

A

Als een partij stelt dat zijn verklaring niet overeenkomstig zijn wil was

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt wilsgebreken in?

A

Dwaling, bedreiging, bedrog en misbruik van omstandigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Door welke vier factoren wordt de inhoud van een overeenkomst bepaald?

A
  1. Wat partijen zijn overeengekomen
  2. De inhoud van de wet
  3. De gewoonte
  4. De redelijkheid en billijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat kan je vorderen als een partij niet nakomt wat is afgesproken?

A

Nakoming (met aanvullende schadevergoeding), Vervangende schadevergoeding, aanvullende schadevergoeding, combinatie, ontbinding overeenkomst (met aanvullende schadevergoeding)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke drie soorten opschortingsrechten zijn er?

A
  1. De exceptio non adimpleti contractus
  2. de onzekerheidsexceptie
  3. het recht van retentie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wanneer kan een tijdelijk contract naar een vaste contract gaan?

A
  • Meer dan 3 tijdelijke contracten gehad
  • Pauze tussen contracten is max 6 maanden
  • Het 3e contract eindigt op of na 1 jan
  • In CAO geen anderen voorwaardes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat houdt dwaling in?

A

Wanneer iemand een overeenkomst heeft gesloten terwijl hij, als hij van de situatie op de hoogte was, die overeenkomst zeker niet had gesloten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke voorwaarden zijn er bij dwaling

A
  • Inlichting door de wederpartij: je moet wel binnen redelijke grenzen onderzoeken of het allemaal klopt wat er wordt gezegd.
  • Nalaten van inlichten: De verkoper verkocht zonder te spreken, maar hij had dat wel moeten doen.

-Onjuiste veronderstelling:De wederpartij ging van dezelfde onjuiste veronderstelling uit als de dwalende.
Maar, als er vanuit kan worden gegaan dat de wederpartij ondanks de verkeerde veronderstelling alsnog de overeenkomst zou willen sluiten, kan er geen beroep worden gedaan op dwaling van onjuiste veronderstelling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly