Hoofdstuk 1 Globalisering Flashcards

1
Q

Anamorfosekaart

A

Kaart waarop de grootte van een gebied overeenkomt met de waarde die dat gebied voor een bepaald kenmerk heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bewegingskaart (stroomdiagram)

A

Kaart die met pijlen of lijnen de verplaatsingen van mensen, goederen of andere zaken weergeeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bruto regionaal product (brp)

A

Het totale inkomen van een regio in een jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Business Process Outsourcing (BPO)

A

Het uitbesteden van bedrijfstaken aan een ander bedrijf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Chorochromatische kaart (mozaïek kaart)

A

Kaart met verschillende kleuren of symbolen om kwalitatieve gegevens weer te geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Choropleet

A

Kaart met oplopende kleuren om kwantitatieve gegevens weer te geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Diagramkaart (cartogram)

A

Kaart met grafieken die per gebied waarden of ontwikkelingen weergeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Driedimensionale kaart (ruimtelijk model)

A

Kaart die een verschijnsel weergeeft met een zijaanzicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Figuratieve kaart (hoeveelheden kaart)

A

Kaart met symbolen. De grootte van de symbolen komt overeen met de waarde van het verschijnsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Global shift

A

De verschuiving van het economisch zwaartepunt in de wereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Globalisering

A

Toenemende samenhang tussen gebieden op de wereld op economisch cultureel en politiek gebied.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Glokalisering

A

Het aanpassen van wereldwijd geleverde producten en diensten aan de lokale cultuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Importheffing

A

Belasting die een land heeft op goederen die worden geïmporteerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Internationale taakverdeling

A

Verdeling van taken in de wereld tussen landen die grondstoffen en landbouwproducten leveren (periferie), landen die vooral industrieproducten maken (met name de semiperiferie) en landen die vooral diensten verlenen (centrum).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Mondiale cultuur

A

Wereldwijde cultuur die ontstaat doordat culturen in de wereld elkaar beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Multinational

A

Groot bedrijf dat in meerdere landen vestigingen heeft.

17
Q

Regionale ongelijkheid

A

Verschillen tussen gebieden in een land. Het ene gebied is economisch sterker dan het andere.

18
Q

Regionalisering

A

In reactie op globalisering gaan mensen zich weer meer richten op de eigen regio.

19
Q

Relatieve afstand

A

Afstand gemeten in tijd of geld.

20
Q

Ruilvoetverslechtering

A

Verslechtering van de verhouding tussen de waarde van exportproducten en de waarde van importproducten van een land.

21
Q

Strippenkaart (dichthedenkaart)

A

Kaart waarop de locaties van een verschijnsel worden weergegeven met de symbool (meestal een stip).

22
Q

Triade

A

De economische driehoek waar in de wereld het grootse deel van de handel en industriële productie plaatsvindt.

23
Q

Vestigingsplaatsvoordelen

A

De voordelen die een gebied heeft ten opzichte van een ander gebied voor de vestiging van bedrijven.

24
Q

Vrijhaven

A

Gebied in een land waar bedrijven geen belasting hoeven te betalen om producten te importeren en exporteren.

25
Wereldeconomie
De economische verbondenheid tussen de landen in de wereld.
26
Wereldhandelsorganisatie (Word Trad de Organization, WTO)
Internationale organisatie, opgericht in 1995, die de vrije wereldhandel wil bevorderen.