Hoofdstuk 1: Genoeg voor iedereen Flashcards

1
Q

Wat is de hoofdvraag van het hoofdstuk?

A

Welke mogelijkheden zijn er om ondervoeding en de gevolgen daarvan in Ethiopië te beperken?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is voedselzekerheid?

A

Het recht van iedereen om genoeg voedsel van voldoende kwaliteit te eten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is kwantitatieve honger?

A

Honger door te weinig voedsel (te weinig energie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een oorzaak van kwantitatieve honger?

A

Droogte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is kwalitatieve honger?

A

Honger door voedsel dat te weinig vitaminen en mineralen bevat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een van de gevolgen van ondervoeding voor SDG3: Wereldwijde gezondheid en welzijn?

A

Groeistoornissen bij kinderen onder de vijf jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe beïnvloedt ondervoeding SDG1?

A

Het vermindert de energie van mensen om te werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe beïnvloedt honger SDG16?

A

Het vergroot de kans op conflicten en vice versa.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het voedselvraagstuk?

A

Het is niet dat er te weinig voedsel is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is globalisering in de context van voedsel?

A

Het wereldwijde transport van voedsel door verbeterde transporttechnologie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is commerciële landbouw?

A

Landbouw gericht op de wereldmarkt om winst te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn handelsgewassen?

A

Gewassen zoals mais

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is exportlandbouw?

A

Landbouw gericht op het exporteren van producten naar andere landen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de theorie van Ullman?

A

Het transport van voedsel gebeurt alleen als er drie voorwaarden zijn: complementariteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de voorwaarden voor voedseltransport volgens Ullman?

A

Complementariteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een voorbeeld van een gebied dat moeilijk voedsel ontvangt?

A

Noord-Ethiopië vanwege dichte grenzen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de handelspolitiek van rijke landen?

A

Rijke landen beschermen hun boeren via subsidies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is dumping in de wereldhandel?

A

Het aanbieden van producten tegen een veel te lage prijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is duurzame consumptie?

A

Het verantwoord consumeren van voedsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is de Groene Revolutie?

A

Het gebruik van nieuwe gewassoorten die hogere opbrengsten leveren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is groene honger?

A

Honger in een groen en regenrijk gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Waar ligt Ethiopië?

A

In Noordoost-Afrika

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is het effect van Ethiopië’s landlocked ligging?

A

Grote afstanden naar zeehavens

24
Q

Hoe is de infrastructuur buiten Addis Abeba?

25
Q

Wat is het effect van het slechte wegennet op de voedselvoorziening?

A

Het maakt het moeilijk voor mensen om voedsel te kopen of te verkopen.

26
Q

Wat is het Ethiopisch Hoogland?

A

Het groene

27
Q

Wat is de Oost-Afrikaanse slenk?

A

Een aardbevingsgevoelige vallei die infrastructuurprojecten bemoeilijkt.

28
Q

Wat is de temperatuur in Ethiopië?

A

Hoe lager de hoogte

29
Q

Wat is het neerslagregiem in Ethiopië?

A

Grote variatie in de hoeveelheid regen die per jaar valt.

30
Q

Wat zijn de drie seizoenen in Ethiopië?

A

Belg (kleine regentijd)

31
Q

Wat is het gevolg van de onbetrouwbare regenval voor boeren?

A

Het maakt landbouw riskant en onvoorspelbaar.

32
Q

Hoe beïnvloedt de neerslag de landbouw?

A

Minder dan 500 mm regen vereist extensieve veeteelt

33
Q

Wat is zelfvoorzienende landbouw?

A

Boeren die voedsel voor hun eigen familie produceren.

34
Q

Waarom doen veel Ethiopische boeren niet aan grootschalige landbouw?

A

Door infrastructuurproblemen en culturele tradities.

35
Q

Wat zijn de gevolgen van de afname van de bedrijfsgrootte in Ethiopië?

A

Een lagere productiviteit per hectare

36
Q

Hoe zou de productiviteit in Ethiopië kunnen stijgen?

A

Door boeren eigenaar te maken van hun land

37
Q

Wat is commerciële landbouw bij Addis Abeba?

A

Grootschalige landbouw die gericht is op de export van producten zoals koffie.

38
Q

Wat is de rol van koffie in Ethiopië?

A

Het is een belangrijk exportproduct

39
Q

Wat veroorzaakt voedselcrises in Ethiopië?

A

Droogte en conflicten leiden af en toe tot hongersnood.

40
Q

Hoe zal klimaatverandering de voedselcrises beïnvloeden?

A

Het zal waarschijnlijk leiden tot vaker voorkomende droogte en voedselschaarste.

41
Q

Wat is de bevolkingsgroei van Ethiopië?

A

De bevolking groeit snel

42
Q

Wat zijn de oorzaken van de snelle bevolkingsgroei in Ethiopië?

A

Het hoge geboortecijfer

43
Q

Wat is het effect van ondervoeding op de gezondheid van kinderen?

A

Veel kinderen worden met ondergewicht geboren

44
Q

Wat is het effect van ondervoeding op de levensverwachting?

A

De levensverwachting is relatief laag vanwege ondervoeding en de ziekte aids.

45
Q

Wat is het effect van de bevolkingsgroei op het platteland?

A

Steeds meer mensen verhuizen naar de steden vanwege de armoede op het platteland.

46
Q

Wat is het belang van scholing in Ethiopië?

A

Het is essentieel voor een beter inkomen en voedselzekerheid.

47
Q

Wat is de staat van het onderwijssysteem in Ethiopië?

A

Er is veel verbetering nodig op het gebied van scholing.

48
Q

Wat is ‘good governance’?

A

Het concept van goed bestuur

49
Q

Wat veroorzaakt ongelijkheid in Ethiopië?

A

Corruptie leidt tot een heersende groep die rijk blijft

50
Q

Hoe draagt corruptie bij aan ondervoeding?

A

Het zorgt voor inefficiënte verdeling van middelen en ongelijkheid in toegang tot voedsel.

51
Q

Wat is de invloed van territoriale conflicten op ondervoeding?

A

Conflicten verminderen de voedselproductie en versnellen de hongersnood.

52
Q

Hoe beïnvloedt de politiek de voedselvoorziening in Ethiopië?

A

Politieke instabiliteit leidt tot ondoeltreffend beleid en belemmeringen in de voedselproductie.

53
Q

Wat is aids’ invloed op ondervoeding?

A

Aids verzwakt het immuunsysteem

54
Q

Wat is de relatie tussen armoede en ondervoeding in Ethiopië?

A

Armoede vermindert de toegang tot voedsel en vergroot de kans op ondervoeding.

55
Q

Wat zijn de gevolgen van de afname in productiviteit per inwoner?

A

Ondanks hogere opbrengsten per hectare