HOOFDSTUK 1 Flashcards

1
Q

5,8% van 50
- VRAAG: Hoeveel is dat

A
  • VRAAG: Hoeveel is dat
  • BEREKENING: 0,058 X 50= 2,9
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

18 van 50
- VRAAG: Hoeveel % is dat?

A
  • VRAAG: Hoeveel % is dat?
    -BEREKENING:
    18:50 X 100%=36%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Een toename van 60 naar 80
-VRAAG: Hoeveel is de toename in procenten

A

-VRAAG: Hoeveel is de toename in procenten
-BEREKENING
60-80:80X100=-25

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

60 neemt toe met 18%
-VRAAG: Hoeveel krijg je?

A

-VRAAG: Hoeveel krijg je?
-BEREKENING:
NIEUW= 1,18xOUD
NIEUW= 1,18X60=70,8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

80 neemt af met 18%
-VRAAG: Hoeveel krijg je?

A

-VRAAG: Hoeveel krijg je?
-BERKENING:
NIEUW=0,82XOUD
NIEUW=0,82X80=65,6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Een toename met 18% geeft 80
-VRAAG: Hoeveel had je?

A

-VRAAG: Hoeveel had je?
-BEREKENING:
NIEUW=1,18XOUD
OUD= 80:1,18=67,8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Een afname met 18% geeft 60
-VRAAG: Hoeveel had je?

A

-VRAAG: Hoeveel had je?
-BEREKENING:
OUD=60:0,82=73,2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly