Hoofdstuk 1 Flashcards

1
Q

Waarom is recht belangrijk?

A

Recht is overal en mengt zich in nagenoeg alle aspecten van ons leven

Het recht kijkt voortdurend toe en is voor iedereen van belang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de oorzaken van vervreemding van het recht?

A

Teleurstelling in rechtvaardigheid, complexiteit van wetten, onbegrip van rechtstaal

Mensen voelen zich verloren in de doolhof van wetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil tussen gelijk hebben en gelijk krijgen?

A

Gelijk hebben is iets anders dan gelijk krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de tijdsgeest?

A

De veranderende sociale normen en waarden over tijd

Vroeger was racisme geaccepteerd, nu niet meer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de drie elementen van de definitie van objectief recht?

A
  • Een geheel van gedragsregels
  • Opgesteld en afdwingbaar door de overheid
  • Ter bescherming van vitale maatschappelijke belangen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de drie manieren waarop een regel kan worden afgedwongen?

A
  • Burgerrechtelijke sancties
  • Herstel
  • Strafrechtelijke sancties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de kenmerken van een rechtsregel?

A

Koppelt een rechtsfeit aan een rechtsgevolg

Een feit wordt een rechtsfeit door de koppeling met rechtsgevolg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een rechtshandeling?

A

Menselijk handelen met de intentie rechtsgevolgen te creëren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een feitelijke handeling?

A

Menselijke handelingen zonder de intentie om rechtsgevolgen te creëren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn blote rechtsfeiten?

A

Feiten die zich voordoen zonder intentie, maar aan welke rechtsregels rechtsgevolgen zijn gekoppeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is subjectief recht?

A

Een geheel van aanspraken, vorderingen of eisen die ik kan laten gelden t.a.v. anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de verschillende rechtsregels die de overheid maakt?

A
  • Wetgevende macht
  • Uitvoerende macht
  • Rechterlijke macht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een burgerlijke zaak?

A

Procedure tussen particulieren met uitsluitend private belangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn burgerrechtelijke sancties?

A
  • Gedwongen uitvoering
  • Dwangsom
  • Herstel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het verschil tussen een dwangsom en een geldboete?

A
  • Dwangsom: Burgerrechtelijke sanctie
  • Geldboete: Strafrechtelijke sanctie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat betekent het om politiek te werken in sociaal werk?

A

Mensen bewust maken van onrechtvaardigheid en rechten waarborgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn de taken van een sociaal werker?

A
  • Kent de burger
  • Kent de juridische aspecten
  • Kan relevante rechtsregels toepassen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn de huidige tendensen in het strafrecht?

A
  • Reactief: gericht op gepleegde misdrijven
  • Pro-actief: gericht op nog niet aan het licht gebrachte misdrijven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is de rol van de overheid bij rechtsregels?

A

De overheid maakt en dwingt de rechtsregels af door middel van sancties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is een voorbeeld van een rechtsfeit?

A

Iemand die schade toebrengt aan iemand anders bezit, moet schadevergoeding betalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een sanctie opgelegd door een strafrechter?

A

Een sanctie is een straf die wordt opgelegd aan een dader die een misdrijf heeft gepleegd.

Dit kan bijvoorbeeld een geldboete of gevangenisstraf zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoe wordt de grootte van een geldboete bepaald?

A

De grootte van de geldboete is bepaald door de strafwet, de rechter heeft enkel marge tussen minimum en maximum.

Dit betekent dat de rechter niet vrij is om willekeurige bedragen op te leggen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is herstel in juridische context?

A

Herstel betreft schadevergoeding voor de geleden schade, zowel materieel als moreel.

Dit kan ook andere vormen van herstel omvatten, zoals het recht van antwoord of verwijdering van een publicatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn de vier constitutieve elementen van een misdrijf?

A
  • Materieel element
  • Toerekeningsvatbaarheid
  • Strafwaardigheid
  • Wederrechtelijkheid

Elk element moet aanwezig zijn voor er sprake kan zijn van een misdrijf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is het legaliteitsbeginsel?

A

Je kan alleen gestraft worden als de handeling strafbaar is omschreven in de wet.

Dit principe voorkomt dat mensen achteraf gestraft worden voor handelingen die toen nog niet strafbaar waren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat zijn de drie soorten misdrijven volgens het Strafwetboek?

A
  • Overtreding
  • Wanbedrijf
  • Misdaad

Deze classificatie bepaalt de rechtbank die bevoegd is voor de behandeling van de zaak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is de rol van het Openbaar Ministerie (OM)?

A

Het OM vertegenwoordigt de maatschappij en is verantwoordelijk voor het opsporen en vervolgen van misdrijven.

Het OM kan ook besluiten om niet te vervolgen als er onvoldoende bewijs is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat gebeurt er als een huurder zijn huur niet betaalt?

A

De verhuurder kan de zaak voor de Vrederechter brengen, die kan veroordelen tot betaling van de achterstallige huur en mogelijk een dwangsom opleggen.

Indien de huurder niet betaalt, kan de gerechtsdeurwaarder beslag leggen op goederen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat is een burgerlijke partijstelling?

A

Een burgerlijke partijstelling stelt het slachtoffer in staat om schadevergoeding te eisen in een strafprocedure.

Dit kan alleen als het OM beslist om de dader te vervolgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Wat zijn hoofdstraffen in het strafrecht?

A
  • Geldboete
  • Werkstraf
  • Elektronisch toezicht
  • Gevangenisstraf

Hoofdstraffen kunnen al dan niet met uitstel onder voorwaarden worden opgelegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat regelt het publiek recht?

A

Het publiek recht regelt de organisatie van de overheid, de verhouding tussen overheid en burger, en de fundamentele rechten en vrijheden.

Dit omvat ook het grondwettelijk recht en administratief recht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat is het verschil tussen publiek recht en privaat recht?

A

Publiek recht regelt de verhouding tussen overheid en burger, terwijl privaat recht de verhouding tussen burgers onderling regelt.

Voorbeelden van privaat recht zijn burgerlijk recht en handelsrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat is de strafprocedure?

A

De strafprocedure regelt de stappen in strafzaken, van onderzoek tot berechting en uitvoering.

Dit is vastgelegd in het Wetboek van Strafvordering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Wat zijn de rechten van de verdediging in een strafzaak?

A

De rechten van de verdediging omvatten het recht op een eerlijk proces en het recht om zich te verdedigen tegen beschuldigingen.

Dit is een fundamenteel principe in het strafrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Wat is de rol van de strafrechter?

A

De strafrechter beoordeelt of er een misdrijf is gepleegd en bepaalt de strafmaat indien dit het geval is.

Bij vrijspraak kan er een maatregel van internering volgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Fill in the blank: De handeling moet indruisen tegen het recht om als __________ te worden beschouwd.

A

[wederrechtelijkheid]

Dit betekent dat de handeling niet in overeenstemming mag zijn met de wet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Wat zijn de twee vorderingen die uit elk misdrijf kunnen voortkomen?

A
  • Strafvordering
  • Burgerlijke vordering tot schadevergoeding

De strafvordering kan alleen door het OM worden uitgeoefend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat regelt het arbeidsrecht?

A

De relaties tussen werkgevers en werknemers

Zowel individueel (privaat recht) als collectief (publiek recht)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat omvat het sociaal zekerheidsrecht?

A

Sociale voorzieningen en uitkeringen door de overheid zoals pensioenen, werkloosheidsuitkeringen, en ziekte-uitkeringen

Ook extra-legale voorzieningen en uitkeringen via privéverzekeringen vallen hieronder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Wat is internationaal publiek recht?

A

Het recht dat geldt tussen staten, inclusief handelsbetrekkingen en diplomatieke betrekkingen

Bevat ook oorlogsrecht en de organisatie van internationale instellingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Wat is supranationaal recht?

A

Recht dat boven de lidstaten staat, zoals het recht van de EU

Omvat Europese oprichtingsverdragen, richtlijnen, verordeningen, beschikkingen en adviezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Wat zijn regels van dwingend recht?

A

Regels van openbare orde en goede zeden

Deze raken het wezen van onze samenleving, bijvoorbeeld strafrecht en familierecht.

43
Q

Wat zijn regels van aanvullend recht?

A

Regels waar partijen van mogen afwijken door onderlinge overeenkomsten

Indien partijen niets regelen, gelden de regels zoals voorzien door de overheid.

44
Q

Wat is het verschil tussen gemeen recht en bijzonder recht?

A

Gemeen recht zijn algemene regels, bijzonder recht zijn specifieke regels voor bijvoorbeeld woninghuur

Bijzonder recht heeft voorrang als het afwijkt van gemeen recht.

45
Q

Wat zijn de formele bronnen van het recht?

A

Wet, gewoonte, rechtspraak, rechtsleer, en algemene rechtsbeginselen

Deze bronnen bepalen de vorm en inhoud van rechtsregels.

46
Q

Wat valt onder ‘wet in de ruime zin van het woord’?

A

Grondwet, wet in de enge zin (federaal parlement), decreten, ordonnanties, en EU-wetgeving

Inclusief regels van provinciale en gemeentelijke overheden.

47
Q

Wat is de rol van gewoonte in het recht?

A

Een vaststaand gebruik waar iedereen van overtuigd is dat het zo moet

Vooral relevant in het internationaal recht.

48
Q

Wat is rechtspraak?

A

Uitspraken van rechters, zoals vonnissen en arresten

De wet komt tot leven door geschillen die voorgelegd worden aan de rechter.

49
Q

Wat zijn algemene rechtsbeginselen?

A

Fundamentele beginselen die behoren tot het wezen van een samenleving

Vaak ongeschreven en abstract, zoals de regel dat je niet twee keer veroordeeld kunt worden voor hetzelfde feit.

50
Q

Wat is de hiërarchie van de rechtsbronnen?

A

Wet in ruime zin > gewoonte > algemene rechtsbeginselen > rechtspraak > rechtsleer

Hogere normen hebben voorrang boven lagere normen.

51
Q

Wat is een prejudiciële vraag?

A

Een vraag die door gewone rechters aan het Grondwettelijk Hof wordt gesteld over de overeenstemming van wetgeving met de grondwet

Dit gebeurt wanneer partijen betwisten dat een wet in strijd is met de grondwet.

52
Q

Wie kan een vernietigingsprocedure instellen bij het Grondwettelijk Hof?

A

Federale en regionale regeringen, voorzitters van WM, deelparlementen, en natuurlijke of rechtspersonen

Dit kan zowel voor Belgische als buitenlandse partijen.

53
Q

Wat is de functie van de Raad van State?

A

Bewaken van de regels van de uitvoerende macht en vernietigen van onwettige besluiten

Behandelt ook schorsingsprocedures.

54
Q

Wat is machtsafwending?

A

Machtsafwending = doet zich voor wanneer bij het nemen van de beslissing motieven hebben doorgewogen die wettelijk niet aanvaardbaar zijn.

Machtsafwending heeft betrekking op de achterliggende motieven van een beslissing, niet op de wijze van totstandkoming of op de inhoud van de beslissing.

55
Q

Wat zijn de kenmerken van de Belgische Staat?

A
  • Scheiding der machten
  • Erfelijke en grondwettelijke monarchie
  • Parlementaire democratie
  • Federale staat
  • Rechtsstaat

Deze kenmerken zijn essentieel voor de structuur en werking van de Belgische overheid.

56
Q

Wat zijn de drie gemeenschappen in België?

A
  • Vlaamse Gemeenschap
  • Franstalige Gemeenschap
  • Duitstalige Gemeenschap

Elke gemeenschap heeft zijn eigen bevoegdheden en verantwoordelijkheden.

57
Q

Wat zijn de drie gewesten in België?

A
  • Vlaams Gewest
  • Brussels Hoofdstedelijk Gewest
  • Waals Gewest

De gewesten hebben verschillende bevoegdheden, vooral op het gebied van economie en ruimtelijke ordening.

58
Q

Wat is het territorialiteitsbeginsel?

A

Eentalig gebied: de bestuurstaal van de overheid is de taal van het gebied.
Tweetalig gebied: de bestuurstaal van de overheid is NL en FR.

Faciliteitengemeenten zijn gemeenten die in een eentalig gebied liggen, maar waar de overheid op verzoek van de burger ook andere talen kan gebruiken.

59
Q

Wat is de definitie van democratie?

A

Democratie of volksheerschappij is een staatsvorm waarbij de bevolking soeverein is en zichzelf regeert.

De kern van de democratie is het mogelijk maken van vreedzame conflictoplossing en afspraken over de inrichting van de samenleving.

60
Q

Wat is particratie?

A

Particratie slaat op de staatsvorm waarbij de macht in handen is van politieke partijen.

De macht van politieke partijen kan de democratie en de scheiding der machten in gevaar brengen.

61
Q

Vul in: De regelgevende macht bestaat uit drie aspecten die samen de _______ vormen.

A

politieke macht

62
Q

Wat zijn de noodzakelijke voorwaarden voor een democratie?

A
  • Vrijheid van meningsuiting
  • Vrijheid van vergadering
  • Er is een maatschappelijk middenveld
  • Vrijheid van de pers

Deze voorwaarden zijn cruciaal voor de werking van een democratie.

63
Q

Wat is het verschil tussen directe en indirecte democratie?

A

Directe democratie: het volk neemt zelf besluiten. Indirecte democratie: burgers kiezen volksvertegenwoordigers die besluiten nemen.

België is een indirecte of onrechtstreekse democratie.

64
Q

Wat zijn de gevaren voor de democratie?

A
  • Onwetendheid
  • Gebrek aan interesse
  • Gevoel van zinloosheid
  • Wantrouwen ten aanzien van de politiek

Deze factoren kunnen leiden tot een afname van de burgerparticipatie en de effectiviteit van de democratie.

65
Q

Wat is de rol van de koning in de Belgische grondwettelijke monarchie?

A

De koning is staatshoofd, maar zijn macht is via de Grondwet beperkt en hij is onverantwoordelijk.

De koning kan zijn bevoegdheden enkel samen met een minister uitoefenen.

66
Q

Wat zijn de kenmerken van een parlementaire democratie?

A
  • Wetgevende macht wordt door het volk verkozen
  • Regering moet vertrouwen hebben van de meerderheid in het parlement
  • Regering kan naar huis worden gestuurd door het parlement

In België is de wetgevende macht essentieel voor de werking van de democratie.

67
Q

Wat is de opkomstplicht?

A

De verplichting voor burgers om deel te nemen aan verkiezingen.

68
Q

Waarom is stemmen belangrijk?

A

1 stem kan wel het verschil maken, daarom is betrouwbare informatie nodig.

69
Q

Wat zijn de kenmerken van kwaliteitsvolle onderzoeksjournalistiek?

A
  • Objectieve berichtgeving
  • Controle van de juistheid van berichten
  • Vereist middelen
70
Q

Wat is de rol van social media in de informatievoorziening?

A

Jonge mensen halen vaak hun informatie uit social media, zoals Facebook.

71
Q

Wat zijn de kenmerken van een dictatuur?

A
  • Geen scheiding der machten
  • Onbeperkt in tijd aan de macht
  • Geen vrije meningsuiting
  • Geen persvrijheid
  • Geen grondrechten
72
Q

Wat is een vertrouwenscrisis?

A

Democratische vrijheden worden onderdrukt, met een stijgend aantal despoten.

73
Q

Wat zijn de gevolgen van de crisis van doeltreffendheid?

A

Democratische regeringen lijken machtelozer tegen de globale economie.

74
Q

Wat zijn de fundamenten van de rechtsstaat?

A
  • Scheiding der machten
  • Erfelijke en grondwettelijke monarchie
  • Parlementaire democratie
  • Federale staat
  • Rechtsstaat
75
Q

Wat is het doel van de rechtsstaat?

A

Het voorkomen van machtsmisbruik door de overheid.

76
Q

Wat moet de overheid respecteren binnen de rechtsstaat?

A
  • De democratisch tot stand gekomen rechtsregels
  • Fundamentele rechten en vrijheden
  • Onafhankelijke en onpartijdige rechterlijke macht
77
Q

Wat zijn de taken van de federale overheid?

A
  • Justitie
  • Defensie
  • Binnenlandse Zaken
  • Buitenlandse Zaken
  • Sociale zekerheid
78
Q

Hoe zijn de gemeenschappen en gewesten in België georganiseerd?

A
  • Drie gemeenschappen
  • Drie gewesten
  • Elk met een eigen parlement en regering
79
Q

Wat zijn de bevoegdheden van de gemeenschappen?

A
  • Cultuur
  • Onderwijs
  • Gezondheidszorg
  • Bijstand aan personen
  • Justitie
80
Q

Wat is een burgerinitiatief?

A

Acties om de maatschappij beter te maken zonder budget van de overheid.

81
Q

Wat zijn de kenmerken van de Belgische Staat?

A
  • Federale staat
  • Scheiding der machten
  • Parlementaire democratie
  • Rechtsstaat
82
Q

Wat zijn de voorwaarden om verkozen te worden in de Kamer van Volksvertegenwoordigers?

A
  • Belgische nationaliteit
  • Genot van burgerlijke en politieke rechten
  • 18 jaar zijn
  • Woonplaats in België
83
Q

Wat is de rol van de koning binnen de federale wetgevende macht?

A

De koning bekrachtigt wetten.

84
Q

Wat is het verschil tussen de Kamer en de Senaat?

A

Kamerleden zijn rechtstreeks verkozen, senatoren worden aangewezen of gecoöpteerd.

85
Q

Wat is de opkomstplicht voor stemmen?

A

De verplichting voor burgers om te stemmen bij verkiezingen.

86
Q

Wat is mediageletterdheid?

A

Vaardigheden om media-informatie kritisch te beoordelen.

87
Q

Wat zijn de gevolgen van polarisatie in de maatschappij?

A

Verdeeldheid en conflicten, vooral in politieke context.

88
Q

Wat zijn voorbeelden van crises die democratische processen beïnvloeden?

A
  • Eurocrisis
  • Migratiecrisis
  • Schuldencrisis
89
Q

Wat is de betekenis van ‘participatie democratie’?

A

Actieve betrokkenheid van burgers bij politieke processen.

90
Q

Wat vereist de democratie om effectief te blijven?

A

Meer participatie van de meerderheid.

91
Q

Wat zijn de voorwaarden om aangewezen of gecoöpteerd te worden als senator?

A
  • Belg zijn
  • 18 jaar zijn
  • Woonplaats in België
  • Genot hebben van burgerlijke en politieke rechten

Deze voorwaarden zijn wettelijk vastgelegd voor het functioneren van de senatoren in België.

92
Q

Wat is de rol van de koning in het wetgevingsproces?

A

De koning bekrachtigt de wet samen met een minister.

Dit betekent dat de koning de wet officieel goedkeurt, maar geen initiatiefrecht heeft om een wet voor te stellen.

93
Q

Wat houdt parlementaire onverantwoordelijkheid in volgens Art. 58 GW?

A

Parlementsleden genieten een hoge mate van juridische onschendbaarheid en kunnen niet vervolgd worden voor uitlatingen gedaan in functie.

Dit biedt bescherming aan parlementsleden tegen juridische gevolgen voor hun uitspraken tijdens hun werk.

94
Q

Wat is het verschil tussen parlementaire onschendbaarheid en parlementaire onverantwoordelijkheid?

A
  • Parlementaire onschendbaarheid: Bescherming tegen aanhouding zonder toestemming van de assemblee
  • Parlementaire onverantwoordelijkheid: Bescherming tegen juridische vervolging voor uitspraken in functie

Beide concepten zijn cruciaal voor de werking van het parlement en de bescherming van zijn leden.

95
Q

Wat zijn de drie fasen van de strafprocedure?

A
  • Fase van onderzoek
  • Fase van berechting
  • Fase van uitvoering

Deze fasen zijn essentieel voor de correcte afhandeling van strafzaken in België.

96
Q

Wat zijn de stappen voor het maken van een gewone wet?

A
  • Initiatief
  • Bespreking en stemming in het parlement
  • Bekrachtiging door de koning
  • Afkondiging door de koning
  • Publicatie in het Belgisch Staatsblad

Deze stappen moeten doorlopen worden om een gewone wet officieel van kracht te laten worden.

97
Q

Wat is een bijzondere wet?

A

Een bijzondere wet is een wet die gebruikt wordt voor institutionele en communautair gevoelige dossiers en vereist een bijzondere meerderheid.

Dit type wetgeving is cruciaal voor de Belgische rechtsorde en de werking van de federale staat.

98
Q

Wat zijn de vereisten voor het aannemen van een bijzondere wet?

A
  • De meerderheid van elke taalgroep moet aanwezig zijn
  • In elke taalgroep moet een gewone meerderheid behaald worden
  • In de gehele vergadering moet een 2/3-meerderheid behaald worden

Deze vereisten zijn nodig om de consensus tussen de verschillende taalgroepen in België te waarborgen.

99
Q

Wat houdt de normerende taak van de federale WM in?

A

Het wijzigen van de Grondwet en het maken van gewone en bijzondere wetten.

Dit onderstreept de belangrijke rol van de federale wetgevende macht in het wetgevingsproces.

100
Q

Wat is de rol van onderzoekscommissies in het parlement?

A

Onderzoekscommissies doen onderzoek naar problemen in de samenleving met het oog op beleidsverbetering.

Dit recht is vastgelegd in Art. 56 GW en stelt het parlement in staat om actief toezicht te houden.

101
Q

Wat zijn de stappen voor het maken van een bijzondere wet?

A
  • Initiatief
  • Bespreking en stemming in het parlement
  • Bekrachtiging door de koning
  • Afkondiging door de koning
  • Publicatie in het Belgisch Staatsblad

Deze stappen zijn vergelijkbaar met die voor een gewone wet, maar vereisen een bijzondere meerderheid.

102
Q

Wat is de rol van de Koning in de afkondiging van een wet?

A

De koning kondigt de wet af samen met een minister als eerste stap van uitvoering.

De afkondiging is noodzakelijk voor de wet om in werking te treden.

103
Q

Wat is een motie van wantrouwen?

A

Een voorstel om de regering ten val te brengen, ingediend door leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers.

Dit toont de controle die het parlement heeft over de uitvoerende macht.

104
Q

Wat is de vereiste meerderheid voor het stemmen in het parlement?

A

Een gewone of volstrekte meerderheid van stemmen is vereist.

Dit betekent dat meer dan de helft van de stemmen voor een voorstel moet zijn om het goed te keuren.