hoofdstuk 1 Flashcards
mengsel
bestaat uit meerdere stoffen
zuivere stof
bestaat uit één stof
stofeigenschappen
de eigenschappen van een stof
welke stofeigenschappen zijn er
kleur, smaak, oplosbaarheid, brandbaarheid, dichtheid
wat is de stofeigenschap van suiker
een witte, vaste stof die oplosbaar is in water en zoet smaakt
smeltpunt
de temperatuur waarbij de stof smelt
wat is het smeltpunt van water
0 graden celsius
kookpunt
de temperatuur waarbij de stof kookt
wat is het kookpunt van water
100 graden celsius
stoffen kunnen eigenschappen hebben die geen stofeigenschap is
noem 2 voorbeelden
massa en volume
grootheden
eigenschappen die je kunt meten
eenheid
de maat waarin je de grootheid meet
bijv: kilogram voor massa en liter voor volume
dichtheid
de combinatie van massa en volume
is dichtheid een stofeigenschap
ja
met welke formule bereken je de dichtheid
massa / volume
met welke formule bereken je de massa
volume x dichtheid
met welke formule bereken je de volume
massa / dichtheid
giftige stoffen
geeft met behulp van het doodshoofd aan dat er een gevaar is voor giftige stoffen. Mensen moeten oppassen voor vergiftiging
ontplofbare stoffen
Dit pictogram geeft aan dat er sprake is van explosiegevaar.
brandbevorderende stoffen
Dit pictogram geeft met behulp van een vuur teken aan dat er sprake is van brandbare stoffen. Dit zijn stoffen die snel vlam vatten.
bijtende stoffen
Het symbool voor een bijtende stof geeft aan er een gevaar is voor stoffen die de huid of kleren kunnen beschadigen.
schadelijk of irriterende stoffen
waarschuwt dat bij een eenmalig contact met de huid, ogen of luchtwegen kleine beschadigingen aanbrengen.
gevaar millieu
Pictogram dat er sprake is van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor het milieu
gevaar gezondheid
Dit symbool geeft aan dat er op deze plek gezondheidsgevaar is. Door gevaarlijke stoffen op deze plek
ontvlambare stoffen
geeft aan dat iets makkelijk in brand vliegt
gasbrander
gebruik je om iets te verwarmen
wanneer gebruik je een gele vlam met een gasbrander
als je de vlam goed zichtbaar wilt hebben. De luchttoevoer is helemaal dicht
wanneer gebruik je een kleurloze vlam met een gasbrander
gebruik je een kleine hoeveelheid stof voorzichtig moet verwarmen. de luchttoevoer staat een beetje open
wanneer gebruik je een ruisende vlam met een gasbrander
als je een grote hoeveelheid stof moet verhitten. de luchttoevoer staat ver open
waarom gebruik je een spuitfles met water
omdat in kraanwater allemaal opgeloste stoffen zitten die het experiment verstoord
hoe noem je het water waar alle opgeloste stoffen eruit zijn gehaald
gedestilleerd water
is gedestilleerd water een zuivere stof of een mengsel
een zuivere stof
is kraantwater een zuivere stof of een mengsel
een mengsel
wat zijn de stappen om een onderzoek uit te voeren
- stel een onderzoeksvraag
- bedenk experimenten om je onderzoeksvraag te beantwoorden
- je maakt voor het experiment een werkplan
- voer het experiment uit
wat zijn de stappen die je moet voeren voor een experiment
- je doet handelingen
- je doet waarnemingen
- je hebt een conclusie
fasen
een stof die in verschillende vormen voorkomt
welke 3 fasen zijn er
- de vaste fase
- de vloeibare fase
- de gasvormige fase
wat zijn de eenheden van de drie fasen
de vaste fase —> s
de vloeibare fase —> L
de gasvormige fase —> g
wanneer is een fase vast
bij een temperatuur lager dan het smeltpunt
wanneer is een fase vloeibaar
bij een temperatuur die tussen het smeltpunt en het kookpunt
wanneer is een fase gasvormig
bij een temperatuur hoger dan het kookpunt
faseverandering
stoffen die overgaan van de ene naar de andere fase
welke 6 faseveranderingen zijn er
rijpen, condenseren, verdampen, sublimeren, smelten, stollen
wat gebeurd er bij rijpen
een gasvorimge fase gaat over aar een vaste fase
wat gebeurd er bij condenseren
een gasvorimge fase gaat over naar een vloeibare fase
wat gebeurd er bij verdampen
een vloeibare fase gaat over naar een gasvormige fase
wat gebeurd er bij sublimeren
een vaste fase gaat over naar een gasvormige fase
wat gebeurd er bij smelten
een vaste fase gaat over naar een vloeibare fase
wat gebeurd er bij stollen
een vloeibare fase gaat over naar een vaste fase
graden celsius
een temperatuur die je aangeeft
wat voor eenheid gebruik je in de wetenschap voor temperatuur
Kelvin (K)
wat is de berekening van graden naar kelvin
+ 273
wat is de berekening van kelvin naar graden
- 273
smelttraject, kooktraject
het temperatuur gebied waarbinnen vaste stof overgaat in vloeistof
oplossing
een mengsel van een vaste stof, vloeitsof of gas in een vloeistof
is een oplossing helder of troebel
helder
is een oplossing kleurloos of gekleurd
het kan kleurloos en gekleurd zijn
suspensie
een troebel mengsel van een vaste stof in een vloeistof
is een suspensie kleurloos of gekleurd
je kan niet door een suspensie heen kijken
is een suspensie kleurloos of gekleurd
een suspensie is nooit kleurloos maar altijd gekleurd of wit
emulsie
een troebel mengsel van twee vloeistoffen
emulgator
kan je gebruiken om een emulsie gemengd te houden
rook
troebel mengsel van een vaste stof fijn verdeeld in een gas
schuim
een troebel mengsel van een gas fijn verdeeld in een vaste stof of vloeistof
nevel
een troebel mengsel van een vloeistof fijn verdeeld in een gas
carbonfiber
een mengsel van twee vaste stoffen: koolstofvezels en epoxy, kunstof
pH zuurgraad
is een getal dat meestal tussen de 0 en 14 ligt
pH-papier
een strookje waarmee je de pH van een oplossing kan meten
zure oplossing
een mengsel van water en een zure stof. De pH ligt lager dan 7
basische oplossing
een mengsel van water en een basische stof. De pH ligt hoger dan 7
neutrale oplossing
een oplossing dat geen zuur of base bevat. De pH is ongeveer 7