HF 1-5 Flashcards
functionaliteit
mogenlijkheid van product om te functuioneren met mensen
Problem solving
Kiezen voor de beste oplossing op basis van systematische analyse van alternatieven
Mentale modellen
Abstracties van mensen, hun verwachting, hun ervaing.
Wilson en Rutherford; conceptuele representatie van een systeem of taak, die een gebruiker zich vormt gebaseerd op eerder contact met product en directe observaties.
Situatedness
Het gebruik is context-afhankelijk. weinig aanknopingspunten voor theoretische onderbouwing van gebruiksactiviteiten
Percepties
Waarneming van materiele en functionele productkenmerken. hangen of van waarneembaarheid en mogenlijkheid om kenmerken een betekenis te geven.
Cognities
Interpretatie, mensen komen via verschillende wegen op hetzelfde oordeel. Zo laag mogelijk cognitief niveau
Equifinaliteitsprincipe
Hetzelfde doel kan zorden bereikt vanuit verschillende begintoestanden op uiteenlopend manieren. Diep ingesleten manieren is een beperking.
Semantiek
Leer van betekenissen. Beteknissen van product toegekend aan kleur, vorm,…
Affordance
Gibson. Geeft aan wat een omgeving vanzelfsprekend te bieden heeft voor een organisme.
Drie subsystemen in het menselijk geheugen
Zintuigelijk kort geheugen, zerkgeheugen, lange termijn geheugen.
codering van werkgeheugen in drie type codes
Visueel, Fonetisch, Semantisch
Schema
algemene kennisstructuur, selecteren en organiseren van inkomene organistatie in lange termijn geheugen.
Fixatie
Persoon blijft vasthouden aan al opgeslagen procedures of regels die niet van toepassing zijn op de nieuwe sitauatie
Declaratieve kennis
Kennis van feiten (anderson)
Procedurele kennis
kennis van hoe (anderson), kost meer moeite
Compositie
Leeprocess volgens Anderson. Verschillende producties worden gereduceerd tot enkele
Proceduralisatie
Leeprocess volgens Anderson. van toepassing op het opnemen van declaratieve kennis in een productie/ procedure
5 aspecten van Alba en Hutchinson bij het hanteren van producten
1) Herhaling verbtered presatie.
2) Cognitieve structuren die gebruikt worden op producten te onderscheiden, worden verfijnd en bekend
3) Informatie analyseren en te isoleren dat het meest belangrijk/relevant is neemt toe
4) Beschikbare info te bewerken en de kennis te vergaren die de beschikbare info overstijgt, neemt toe
5) info onthouden, neemt toe
Rasmussen driedeling over cognitieve controle over acties
1) Skill based niveau
2) Rule bases niveau
3) Knowledge based niveau
Skill based niveau
uitvoering aangestuurd op voorgeprogrammeerde vaardigheden
Rule bases niveau
taak uitgeoefend via regels. geen cognietieve activiteit want taak komt uit geheugen
Knowledge based niveau
Onbekende taak of nieuw probleem. Acties moet worden voorbereid op basis van aanwezige kennis of info van buitenaf.
prodctveiligheid
afwezigheid van gevaar voor de gebruiker of omgeving bij het omgaan met een product
Risico
Kans op ongeluk gewogen door ernst van de schade (kans x gevolg)
monocausale benadering
Ongeluk door 1 oorzaak
Sequentiele benadering
Samentreffen van factoren. oorzaak is reeks van opeenvolgende betekenissen
Systeembenadering
ongeluk is resultaat van samentreffet van mens en product in een bepaalde omgeving
Epidemiologische benadering
Ziekte is het resultaat van vertoring in het equilibrium tussen host, agens en omgeving
Slip
Actie die anders uitpakt dan bedoeld, fout op skill based niveau
Mistake
Wanneer de intentie ongeschik is voor het doel, vindt plaats op rule- en knowlegde based niveau
gebeurtenissenboom
begint met initiele gebeurtenis die vervolgens resulteert in een aantal mogelijke eindgebeurtenissen
faalboom
mogelijke combinatie van gebeurtenissen kunnen leiden tot bepaald ongeval. werkt met OF en EN poorten