Het Weer Flashcards

1
Q

Zijn zonnestralen warm?

A

Nee, ze bevatten energie en zodra ze landen op een object ( bijv. Je huid) wordt deze energie omgezet in warmte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar komt de meeste energie van de zonnestralen terecht?

A

Op het aardoppervlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Maken zonnestralen zelf de lucht warm?

A

Nee. Het aardoppervlak straalt de warmte uit en verwarmd zo de lucht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe dichter/ verder van het aardoppervlak hoe kouder/ warmer het is

A

dichter en warmer of verder en kouder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar gaat de warmte heen die niet wordt tegengehouden?

A

Die verdwijnt in de atmosfeer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Door welke factoren wordt de temperatuur bepaald?

A
  1. De hoogteligging
  2. De ligging ten opzichte van de evenaar
  3. De ligging ten opzichte van water en zeestromen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de afname van de temperatuur ongeveer als je de hoogte in gaat?

A

Bij droge lucht 1 graad per 100 meter.
Bij vochtige lucht is dat ongeveer 0.6 graad per 100 meter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar zou het kouder zijn; op 4000 meter hoog op de Kilimanjaro of op 4000 meter hoog op de Mont Blanc?

A

Op de Mont Blanc in Frankrijk, want hier is het aan de voet van de berg kouder dan aan de voet van de berg bij Kilimanjaro in Tanzania.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de regel van de temperatuur met betrekking op de ligging ten opzichte van de evenaar?

A

Hoe verder van de evenaar des te lager de temperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het getal van de breedtegraad bij de evenaar?

A

0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Als er gesproken wordt over een hoge breedte graad wat bedoelen we dan?

A

Dat het getal van de breedte graad hoog is ; bijv. De breedtegraad van de polen is 90

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom is het bij de evenaar warmer dan op de polen?

A

De instraling van de zon bij de evenaar is loodrecht en bij de polen schuin, waardoor dezelfde hoeveelheid zonnestralen een groter gebied verwarmt en de energie dus over een groter gebied wordt verdeeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarom is er verschil in temperatuur tussen gebieden die wel of niet dichtbij water liggen?

A

Water warmt minder snel op en koelt ook minder snel af dan land.
Dus gebieden aan zee zijn in het voorjaar en de zomer koeler en in de winter wat warmer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar of niet waar;
De temperatuur van zeewater schommelt harder dan de temperatuur op het vaste land

A

Niet waar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De temperatuur van gebieden bij water schommelt minder hard dan gebieden op het vaste land. Waar heeft dit nog meer effect op?

A

Temperatuur van dag en nachtverschillen en de temperatuur van seizoenen in deze gebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoeveel van het aardoppervlak bestaat uit water?

A

Ruim tweederde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Het water in de oceanen is voortdurend in beweging; de oceanische circulatie. Waaronder zijn deze zeestromen in te delen?

A

Koude en warme zeestromen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn warme zeestromen?

A

Zeestromen die relatief warm oceaanwater van lage naar hoge breedten voeren waar de lucht kouder is dan het oceaanwater in de stroom. Het water geeft dan warmte af aan de lucht erboven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Waarom ontstaat er boven warme zeestromen relatief veel wolkvorming en regen?

A

Warm(er) water verdampt sneller dan koud(er) water
(wind van zee brengt regen mee)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waarom zijn er boven koude zeestromen minder wolken/ regenval)?

A

Omdat koud(er)water minder snel verdampt dan warm(er) water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn koude zeestromen?

A

Zeestromen die relatief koud oceaanwater van hoge naar lage breedten voert, daar waar de lucht warmer is dan het oceaanwater. Dit water neemt warmte op uit de lucht en koelt de lucht af.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoe noemt men het wereldwijde systeem van zeestromen met warme en koude stromen, oppervlakte- en onderstromen en opwellingen en neerdalingen?

A

Thermohaliene ciculatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Hoe ontstaat wind?

A

Wind ontstaat door verschillen in luchtdruk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is de wet van Buys Ballot?

A
  1. Wind gaat van gebieden met hoge luchtdruk naar gebieden met lage luchtdruk.
  2. Maar dat gebeurt niet in een rechte lijn. Dit komt door het Corioliseffect.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat is het Corioliseffect?
Door de draaiing van de aarde krijgt de wind van het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts en op het zuidelijke halfrond naar links.
26
Waardoor wordt het in Corioliseffect veroorzaakt?
Door de draaiing van de aarde en het verschil in snelheid van die draaiing. Bij de polen is deze draaiing heel laag en bij de evenaar heel hoog. Deze afwijkingen ontstaan door doordat lucht altijd waait richting een gebied waar de snelheid van de draaiing van de aarde anders is. (ofwel sneller en dan raakt de aansnellende lucht achter; bij de evenaar, ofwel langzamer en dan komt de aansnellende lucht voor te liggen; bij de polen
27
Waar is er een lage luchtdruk?
Bij de evenaar door de opwarming van de zon.
28
Hoe zorgt de opwarming van de zon voor de lage luchtdruk?
De lucht gaat stijgen doordat de luchtdeeltjes die (veel energie hebben en) tegen elkaar botsen veel ruimte nodig hebben.
29
Waarom heb je een lage luchtdruk rond 50 tot 60° Noorderbreedte en Zuiderbreedte?
Omdat de warme lucht uit het zuiden en de koude lucht uit het noorden elkaar tegenkomen koude lucht duwt warme lucht omhoog en zorgt dat door voor lage luchtdruk.
30
Wat is een hoge luchtdruk?
De luchtdeeltjes bewegen weinig. Er passen dan veel luchtdeeltjes in een kubieke meter lucht en daardoor is de lucht zwaar.
31
Waar is een hoge luchtdruk?
Bij de Polen de luchtdeeltjes krijgen daar weinig energie van de zon en bewegen dus weinig. Ook bij de subtropen; daar daalt de lucht die bij de evenaar is gestegen en zijwaarts is gegaan.
32
Wat zijn de overheersende winden op aarde?
De poolwinden, de westenwinden en de Passaten
33
Hoe waaien de poolwinden?
Op de Zuidpool naar links boven en op de Noordpool naar rechts onder
34
Hoe waaien de westenwinden?
Op het noordelijk halfrond naar links onder en op het zuidelijk halfrond naar rechts onder want daar is de draaiing van de aarde het snelst
35
Hoe waaien de passaatwinden?
Op het noordelijk halfrond rechtsom naar de evenaar (uit het noordoosten) en op het zuidelijk halfrond linksom naar de evenaar (uit het zuidoosten)
36
Wij in de overheersende winden op aarde altijd zo?
Nee NIET altijd maar dat is de basis, waar we ons aan houden.
37
Wat vormt samen een cel?
Het stijgen opzij bewegen, dalen en weer opzij bewegen van de lucht
38
Waar bevindt zich Hadley cel?
In de ITCZ en 30 graden daarboven en onder (de evenaar en 30 graden hierboven en hieronder)
39
Waar bevindt zich de Ferrelcel?
Tussen de 30 en 60° noorderbreedte en zuiderbreedte
40
Waar bevindt zich de poolcel?
Tussen 60 en 90° noorderbreedte en zuiderbreedte
41
Noem vier verschillende situaties waarin regen ontstaat
1. Stuwing regen 2. Stijgingsregen 3. Front regens 4. Moesson
42
Wat is stuwingsregen?
Bij de bergen moet de wind stijgen om eroverheen te komen. Stijgende lucht koelt af. Waterdamp in die lucht condenseert en er volgt wolk vorming en uiteindelijk regen.
43
Wat is stijgingsregen?
Regen die ontstaat door opwarming van de aarde waardoor de lucht opwarmt zodat het meer ruimte nodig heeft en opstijgt. Bij het stijgen vindt afkoeling plaats waardoor de waterdamp in de lucht condenseert en zo ontstaat er wolkvorming en regen.
44
Waar vind je vooral stijgingsregen?
In de Intertropische Convergentie ZoneIT CZ daarbinnen schuift de loodrechte stand van de zon
45
Wat zijn frontregens?
Daar waar koude en warme lucht elkaar tegenkomt zal de warme lucht stijgen omdat de lucht lichter is. Dit betekent altijd afkoelen condensatie.
46
Waar vind je de frontregens?
Rond 50 tot 60° noorderbreedte en zuiderbreedte hier botsen koude lucht uit het noorden en warme lucht uit de subtropen tegen elkaar
47
Wat betekent ITCZ?
INtertropische Convergentie Zone Het gebied van de evenaar en 30 graden hieronder en boven
48
Als het aan de voet van de berg 18° is, wat is de temperatuur dan op 4 km hoogte bij vochtige lucht?
-6 (0,6 graad per honderd) meter hoogte omlaag)
49
Wat betekend convergentie?
Samenkomen
50
Beschrijf de draaiing van de aarde.
De aarde draait in 365/366 dagen om de zon en de aardbol draait in 24 uur om zijn as.
51
Hoe ontstaan de seizoenen?
De aardas staat schuin, dus de ene helft van de aarde krijgt meer straling van de zon dan de andere helft van de aarde. Maar na een half jaar staat dit door draaiing van de aarde rond de zon net andersom
52
Wat is een Moesson?
Een speciaal soort wind die elk half jaar van richting verandert.
53
Hoe heet de natte moesson in India?
Zuidwestmoesson, in juni/juli/augustus komt de wind vanaf de warme Indische oceaan naar India en brengt veel regen mee. In december/ januari/ februari draait de wind en waait van het land naar de zee, meestal met drogere lucht
54
Waar waait de Noordwestmoesson?
In het Noorden van Australië in december/januari en februari dit is ook een natte moesson
55
Waar staat de zon in onze zomer?
Loodrecht op de Kreeftskeerkring
56
Wat gebeurt er als de zon loodrecht op de kreeftskeerkring staat in plaats van op de evenaar?
Het lagedrukgebied van de tropen is naar dit gebied geschoven deze lucht zal stijgen en de lucht van het hogedruk gebied (30 graden noorder en zuiderbreedte) zal ernaar toe stromen. De lucht van het zuidelijk halfrond passeert dan de evenaar en dan veranderd de richting van deze wind. Opeens komt er in India wind van de oceaan in plaats van het droge continent. Gevolg heel veel regen!
57
Wat is aanlandige wind?
Vind die over de zee richting het land waait
58
Wat is aflandige wind?
Wind die over het land richting de zee waait
59
Wat is atmosfeer?
De aardatmosfeer of de dampkring is de luchtlaag om de aarde, dus tussen de aarde en de ruimte
60
Wat is diepwaterpomp?
Een plek waar zeewater afkoelt en de diepte in zinkt. Deze zeestroom is relatief zout omdat er op weg naar de plek van de diepwaterpomp veel water is verdampt. Het zoute en afgekoelde, koude water zinkt omdat het zwaar is door het zout en de lage temperatuur en zorgt voor stromingen in zee.
61
Wat is een hogedrukgebied?
Een gebied waar lucht daalt en de luchtdruk hoog is
62
Wat is klimaatverandering?
Stijgende temperatuur op aarde door een toename van de hoeveelheid broeikasgassen
63
Wat is een lage drukgebied?
Een gebied waar lucht opstijgt en de luchtdruklaag is
64
Wat markeert de hoogste breedte op het noordelijk halfrond waar de zon loodrecht boven het aardoppervlak staat?
De Kreeftskeerkring
65
Wat is een passaat?
Is een regelmatige oostelijke wind die wij tussen de subtropen en de warme evenaar op het noordelijk halfrond komt de bestaat uit het noordoosten en op het zuidelijke halfrond uit het zuidoosten
66
Wat is de definitie van hoogteligging?
De afstand boven zeeniveau. Dit is dus de afstand tussen een locatie en een horizontaal referentievlak. Dat is meestal het zeeniveau
67
Wat is de steenbokskeerkring?
Deze markeert de hoogste breedte op het zuidelijk halfrond waar de zon loodrecht boven het aardoppervlak staat
68
Uit hoeveel delen bestaat de wet van Buys ballot?
Twee: 1. Lucht gaat van een gebied met een hoge luchtdruk naar een gebied met een lage luchtdruk 2. Maar dit gebeurt niet in een rechte lijn. Dit komt door het Corioliseffect. Op het noordelijk halfrond heeft de wind een afwijking naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links.
69
Wat is de letterlijke betekenis van het woord thermohalien?
Thermo: temperatuur halien: zouten.
70
Wat veroorzaakt de opwellingen en neerdalingen van de waterstromen in de Thermohaliene circulatie?
De verschillen in de dichtheid en dus in het gewicht van water. Deze verschillen worden veroorzaakt door verschillen in temperatuur en zoutgehalte; hoe zouter en kouder des te zwaarder
71
Hoe worden zeestromen aangestuurd?
1. Door de overheersende winden (alleen de bovenstromen) 2. Door verschillen in dichtheid en dus in het gewicht van water (deze verschillen worden gemaakt door temperatuur en zoutgehalte)
72
Hoe bepaalt bij aanlandige wind de ligging aan een zeestroom of er wel of geen regen ontstaat?
Water in warme zee stromen verdampt sneller dan water in koude zee stromen. Als de zeestroom koud is veroorzaakt aanlandige wind dus weinig regen en bij een zeestroom met warm water juist wel veel regen
73
Waar heb je het over als je het over het weer hebt?
De temperatuur, de neerslag en de wind op een bepaald moment en bepaalde plaats
74
Wat is klimaat?
Het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere periode
75
Wat zijn klimaat grafieken?
Grafieken waarin je het gemiddelde weer in een jaar van een bepaalde plaats land of werelddeel kunt aflezen. De rode lijn geeft de gemiddelde temperatuur per maand aan en de blauwe je moet klimaat en klimaat fysiek kunnen verbinden, dus het huiswerk moet goed gedaan zijn staafjes, de gemiddelde neerslag per maand.
76
Wie is Köppen?
Een klimatoloog en botanicus
77
Wat is het klimaatsysteem van Köppen?
Kippen heeft de klimaten ingedeeld op basis van temperaturen neerslag en de plantengroei die bij die temperaturen en neerslag mogelijk is
78
Hoeveel klimaatzones onderscheid Köppen?
5 A. Tropische regen klimaten met tropische vegetatie. B. Droge aride klimaten met woestijn vegetatie. C. Zeeklimaat gebied met loofbomen. D. Landklimaat gebied met voornamelijk naaldbomen. E. Pol, klimaten, toendra’s, (mos, kleine struiken) of sneeuw en ijs.
79
Hoeveel verschillende zeestromen kennen we die met elkaar in verbinding staan?
Meer dan veertig
80
Hoe wordt de route van de onderstromen bepaald?
Door de ligging van de continenten, die bepaald vooral waar de diep gelegen zeestromen kunnen stromen
81
Leg de thermahaliene circulatie uit
1. In de tropen wordt de toplaag opgewarmd en zouter, doordat er veel water verdampt 2. Opgewarmd, zout water vanaf de evenaar geeft warmte af en warmt de continenten op 3. Bij Groenland zinkt het afgekoelde water naar de bodem en stroomt terug 4. De subpolaire ring: overgangsgebied waar water lijkt af te koelen 5. De koude stroming gaat op sommige plekken onder de warme stroming
82
Wat zou de aarde zonder broeikasgassen (waaronder CO2) zijn?
Een koude planeet met een gemiddelde temperatuur van -18 graden Celsius. nu ligt dat gemiddelde op + 15 graden Celsius
83
Waar of niet waar: Koude periodes in de laatste 150.000 jaar komen overeen met lage CO2 concentraties, terwijl de warme periodes worden gekenmerkt door hoge CO2 concentraties
Waar
84
Goe brengen wij te veel CO2 de dampkring in?
Met name door verbranding van fossiele brandstoffen (kolen, aardgas en aardolie)
85
Hebben we al eerder een opwarming van de aarde gehad?
Ja zo’n 53 miljoen jaar geleden, toen verliepen de poolwinters zonder vorst en oud stuifmeel toont aan dat er toen palmbomen op de noordpool groeiden
86
Wat staat er in de meest recente klimaatafspraken?
Dat rijke landen arme landen financieel moeten ondersteunen bij de energietransitie
87
Wat bedoelen we met energietransitie?
Overgang naar groene energie
88
Waarom maken we klimaatverdragen?
Om gezamenlijk klimaatverandering veroorzaakt door opwarming van de aardetegen te gaan. Iedereen die dit ondertekend beloofd zich te houden aan deze afspraken
89
Wat is het verschil tussen een natuurlijk broeikaseffect en een versterkt broeikaseffect?
Bij een versterkt broeikaseffect is er een extra opwarming van de aarde door nog meer koolstofdioxide in de atmosfeer, die daardoor nog meer warmte vasthoud en minder warmte naar de ruimte gaat
90
Welk klimaat is het als de temperatuur altijd hoger is dan 18 graden?
A. tropisch regen klimaat
91
Welk klimaat is het als de temperatuur 1x lager is dan -3 graden?
D. Landklimaat
92
Welke klimaten zijn vaak duidelijk te herkennen in een klimaat grafiek?
B. Droog en E. Koud
93
Benoem in de onderverdeling op basis van de tijd waarin de neerslag valt
f: droge periode (fehit) ontbreekt, neerslag valt het hele jaar door (Af, Cf, Df) s: sommertrocken (zomerdroogte) de zomer is de droge periode de meeste neerslag valt in de winter(Ds, Ds, As) w: wintertrocken (winterdroogte) de winter is de droge periode, de meeste neerslag valt in de zomer (Aw, Cw, Dw)
94
Benoem de onderverdeling op basis van de hoeveelheid neerslag
S: Steppeklimaat (BS) W: Woestijnklimaat (BW)
95
Benoem de onderverdeling op basis van temperatuur
F: (Frost) altijd onder nul, poolklimaat (EF) T: Toendraklimaat, zomer tussen 0-10 graden Celsius H: EF wordt bij een hooggebergte, EH
96
Hoe worden de grenzen van de klimaatzones gesteld?
Op basis van temperatuur bij AC D en E klimaten op basis van neerslag bij B klimaten
97
Wat zijn de temperaturen bij de verschillende klimaten?
A: > 18• C in de koudste maand C: > -3•C in de koudste maand, >10•C in de warmste maand D: <-3 in de koudste maand, >10•C. In de warmste maand E: < 10•C in de warmste maand