Heden, verleden en toekomst Flashcards

Hoofdstuk 4

1
Q

aanvullend pensioen

A

zelfstandig gespaard pensioen boven op het basispensioen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Algemene Ouderdomswet

A

wet die het algemene basispensioen regelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

basispensioen

A

overheid alle Nederlanders betaalt vanaf de pensioengerechtigde leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

begrotingssaldo

A

saldo van de rijksbegroting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

bruto binnenlands product

A

waarde van alle in een land geproduceerde producten en diensten in een jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

financieringsoverschot

A

positief begrotingssaldo, exclusief aflossingen op de staatschuld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

financieringstekort

A

negatief begrotingssaldo, exclusief de aflossingen op de staatschuld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

intergenerationele ruil

A

ruil tussen generaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kapitaaldekkingsstelsel

A

pensioenstelsel waarbij de pensioenuitkeringen gefinancierd worden door opgebouwd kapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

miljoenennota

A

samenvatting van de rijksbegroting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

omslagstelsel

A

pensioenstelsel waarbij pensioenuitkeringen gefinancierd worden door belastingen en premieheffing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

pensioenfonds

A

fonds dat ingelegde pensioenpremies beheert en pensioenen uitbetaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

regering

A

staatshoofd en ministers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

rijksbegroting

A

verwachte kosten en opbrengsten van het Rijk voor het komende jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

staatsschuld

A

schuld van de staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

stabiliteits- en groeipact

A

regels over toegestaan financieringstekort en staatsschuld voor landen in de eurozone

17
Q

uitgestelde belasting

A

financieringstekort

18
Q

waardevast

A

een waarde die meestijgt met het prijspeil in het land

19
Q

welvaartsvast

A

waarde die meestijgt met de loonontwikkeling in het land