H4. Reliëf Flashcards

1
Q

Definitie “Reliëf”

A

De afwisseling van hoogten en laagten, van hellende en vlakke delen in het landschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke van de drie elementen van het reliëf (3H’s) wordt er met de gele lijn aangeduid?

A

Horizonlijn

De lijn in de verte waar lucht en aarde elkaar schijnbaar raken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke van de drie elementen van het reliëf (3H’s) wordt er met de rode lijn aangeduid?

A

Helling

De overgang tussen hogere en lagere delen in het landschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke van de drie elementen van het reliëf (3H’s) wordt er met de groene lijn aangeduid?

A

Hoogteverschil

Het verschil in hoogte tussen twee plaatsen in het landschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke reliëfvorm is dit?

Wat is de horizonlijn?
Wat is het hoogteverschil?
Wat is de helling?

A

Vlakte

Horizonlijn = recht
Hoogteverschil = klein
Helling = zacht of zwak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke reliëfvorm is dit?

Wat is de horizonlijn?
Wat is het hoogteverschil?
Wat is de helling?

A

Heuvelland

Horizonlijn = golvend of gebogen
Hoogteverschil = matig
Helling = matig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke reliëfvorm is dit?

Wat is de horizonlijn?
Wat is het hoogteverschil?
Wat is de helling?

A

Plateau

Horizonlijn = recht
Hoogteverschil = groot
Helling = steil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke reliëfvorm is dit?

Wat is de horizonlijn?
Wat is het hoogteverschil?
Wat is de helling?

A

Gebergte

Horizonlijn = kantig
Hoogteverschil = groot
Helling = steil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Definitie “Hoogtelijn”

A

Een lijn op de kaart die punten verbindt die op dezelfde hoogte liggen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke hoogtezone ligt boven 2000m?

A

Hoogland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke hoogtezone ligt onder 200m?

A

Laagland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke hoogtezone ligt tussen 200m en 2000m?

A

Middelland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke reliëfvorm toont deze hoogtekaart?

A

Vlakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke reliëfvorm toont deze hoogtekaart?

A

Plateau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke reliëfvorm toont deze hoogtekaart?

A

Heuvelland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke reliëfvorm toont deze hoogtekaart?

A

Gebergte

16
Q

Wat is de hoogte van P1?
Wat is de hoogte van P3?
Wat is de hoogte van P5?

A

P1 = 40m
P3 = 60m
P5 = tussen 20m en 40m

17
Q

Definitie van “Erosie”

A

Het losmaken van delen van de aardkorst, het transporteren en het afzetten van het los materiaal.

18
Q

Welke 4 factoren kunnen het landschap veranderen?

A
  • Water
  • IJs
  • Wind
  • Zwaartekracht
19
Q

Hoe beïnvloed water de erosie?
Leg uit hoe de hoeveelheid stromend water, de hellingsgraad en de vegetatie een invloed hebben op erosie.

A

Rivieren stromen van hogere delen naar lagere delen van het landschap, van bron naar monding. Het water zoekt zijn weg en zal daardoor mee bepalen hoe het landschap eruit ziet.

Water voert losgekomen materiaal mee. Hoe meer water er door een rivier stroomt, hoe meer materiaal er verplaatst wordt.

Hoe steiler het landschap, hoe sneller het water stroomt en dus hoe meer los materiaal er verplaatst wordt.

De vegetatie (begroeiing) vertraagt het water en remt de erosie af.

20
Q

Hoe beïnvloed wind de erosie?

A

Afbraak: Door temperatuurverschillen zorgt voor scheuren in het gesteente. Water in de scheuren zorgt voor zandkorrels.
Transport: De wind neemt de losgekomen zandkorrels mee. De kloven worden breder.
Afzetting: Zandkorrels blijven op een andere plek liggen en vormen duinen.

21
Q

Hoe beïnvloed ijs de erosie?

A

Jaren opgehoopte sneeuw vormt een ijsmassa (gletsjer).
Een ijsmassa op een helling wordt door de zwaartekracht naar benden getrokken.
De beweging van de gletsjer breekt rotsblokken uit de wanden en bodem en voert deze mee tot op de bodem van de helling.
IJswater neemt het materiaal verder mee, en vormt op deze manier een vallei.

22
Q

Hoe beïnvloed zwaartekracht de erosie?

A

Losgekomen grond en stenen rollen naar beneden onder invloed van de zwaartekracht. Deze nemen andere stenen en materiaal mee waardoor er een steenlawine wordt veroorzaakt.

23
Q

Hoe is de kustlijn van Noorwegen ontstaan?

A

Gletsjers schuurden diepe valleien uit.
Door het stijgen van de temperatuur op aarde, smelten het ijs en steeg het zeespiegelniveau.
De valleien werden gevuld met water, en er ontstonden fjorden.

24
Q

De drie stappen van het erosieproces door water uitleggen:

A

Afbraak: Stromend water maakt gesteenten los
Transport: Stromend water neemt los gesteente mee
Afzetting: Wanner het water minder hard stroomt, vallen de zwaarste gesteenten eerst.

25
Q

De drie stappen van het erosieproces door wind uitleggen:

A

Afbraak: Door temperatuurverschillen ontstaan scheuren in gesteenten. Water lost gesteente op in zandkorrels.
Transport: Wind voert de zandkorrels mee.
Afzetting: Als wind afneemt, blijven de zandkorrels liggen en vormen duinen.

26
Q

De drie stappen van het erosieproces door ijs uitleggen:

A

Afbraak: Gletsjers breken rotsblokken af.
Transport: Bewegende gletsjers nemen de rotsblokken mee.
Afzetting: Rotsblokken, zand en grind worden aan de voet van de gletsjers afgezet.

27
Q

Invloed van de zwaartekracht bij de stappen in het erosieproces:

A

Zwaartekracht zorgt voor het loskomen en verplaatsen van gesteenten in de drie vormen van erosie.