h4+h5 se2 Flashcards

1
Q

eigen risico

A

deel van de schade die je zelf moet betalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

premie

A

bedrag aan de verzekeraargg betaald om verzekerd te zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

onzeker vooral

A

iets waarvan je niet weet of het gaat gebeuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verzekeringskosten

A

premie + polis + assurantiebelasting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

AVP

A

schade tegen andere zonder opzet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

inboedelverzekering

A

verzekering dekt schade tegen inbraak brand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

indexering

A

verzekerd bedrag word automatisch aangepast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

onderverzekering

A

verzekerd bedrag is lager Dan de werkelijke waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

opstalverzekering

A

verzekering tegen schade aan het huis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

allriskverzekering

A

wa+cascoverzekering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bonus-malusregeling

A

system van premiekortingen en toeslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

cascoverzekering

A

verzekering tegen schade aan je eigen auto of scooter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

WA-verzekering

A

verzekering tegen schade die je aan andere toebrengt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

aanvullende verzekering

A

niet verplichte verzekering bijv tandarts of fysiotherapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

basisverzekering

A

verplichte verzekering bij ziekenhuis of huisarts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

solidariteit

A

sterken mensen helpen de zwakke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

zorgtoeslag

A

bijdrage van de overheid voor zorgverzekering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

zorgverzekering

A

verzekering voor medische zorg

18
Q

arbeidsmotieven

A

redenen om te willen werken

19
Q

brutoloon

A

loon waarom nog niets van af is gehaald

20
Q

cao

A

afspraken over de arbeidsvoorwaarden

21
Q

geschoold werk

A

werk waarvoor je een opleiding nodig hebt

22
Q

minimumloon

A

het loon dat je minstens moet verdienen

23
Q

nettoloon

A

de totale loon die je verdient

24
Q

zwart werk

A

betaald werk zonder belasting betaalt

25
Q

arbeidsverdeling

A

werk bij bedrijf is verdeeld in verschillende banen

26
Q

Bv

A

meerdere eigenaren waarvan niemand aandelen kan kopen

27
Q

Eenmanszaak

A

onderneming met 1 eigenaar

28
Q

Nv

A

meerdere eigenaren waarvan iedereen aandelen kan kopen

29
Q

VoF

A

onderneming met meerdere eigenaren

30
Q

zelfstandige

A

iemand met eigen onderneming inkomen verdient

31
Q

zzp’er

A

zelfstandige zonder personeel

32
Q

arbeidsmarkt

A

vraag naar arbeid en aanbod van arbeid

33
Q

arbeidsparticipatie

A

percentage die bij de beroepsbevoling hoort

34
Q

algemene wet gelijke behandeling

A

onderscheid van geslacht religie afkomst

35
Q

beroepsbevolking

A

iedereen die werkt of werkloosheid is

36
Q

flexibele baan

A

Alleen werken wanneer je nodig bent

37
Q

werkgelegenheid

A

arbeidsplaatsen bij bedrijven van de overheid

38
Q

frictiewerkloosheid

A

kortdurende werkloosheid

39
Q

seizoenwerkloosheid

A

werkloosheid doordat het werk Alleen in een deel van het jaar gedaan kan worden

40
Q

regionale werkloosheid

A

werkloosheid in een bepaalde gebied

41
Q

structurele werkloosheid

A

werkloosheid door de veranderingen in de arbeidsaanbod

42
Q

UWV

A

helpt met zoeken naar een nieuwe baan en of je UWV verzekering verdient

43
Q

werkloosheid

A

er is meer aanbod Dan vraag naar arbeid