H3 Veiligheidscomponenten Flashcards

1
Q

Zit er in het staartstroomcircuit een noodstop?

A

ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Zit er in het hoofdstroomcircuit een noodstop?

A

nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Een machine moet voldoende noodstops hebben, Maar op 1 plek in ieder geval. Welke plek is dat?

A

op de bedienersplaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Een noodstop kan ook een reminrichting hebben. Wat is een reminrichting?

A

Dat grote motoren rustiger tot stilstand komen anders kan dit schade aanrichten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke kleur moet noodstop en de achtergrond daarvan zijn?

A

de noodstop moet rood zijn en de achtergrond moet geel zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Nadat een noodstop is ingedrukt/gemaakt mag de machine niet zomaar opnieuw opstarten. Wat moet er eerst gebeuren?

A

eerst zal de machine moeten worden gereset / ontgrendeld worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

in welke 3 categorieën worden stopvoorzieningen onderscheden?

A
  • Cat 0: niet-bestuurde stop: de elektrische voeding van de machine-aandrijving wordt onmiddelijk onderbroken
  • Cat 1: een bestuurde stop: de voeding van de machine-aandrijving blijft eerst aanwezig en wordt pas onderbroken als de machine tot stilstand komt
    -Cat 2: een bestuurde stop: de voeding van de machine-aandrijving blijft aanwezig, ook na het stoppen van de motor.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke functies heeft de maipulatiebeveiliging?

A
  • door de hogere houdkracht van de schakelaar voorkomt de veiligheidsschakkelaar het onbedoeld openen van het hek
    -detecteren met zowel een positief- als negatief bekrachtigd contact dat de solenoid pin in de schakelaar zit.
    -detecteren met zowel een positief- als negatief bekrachtigd contact dat het hekwerk aanwezig is of afwezig is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waarom wordt de schakelaar negatief bekrachtigd genoemd?

A

Omdat deze ‘‘onbediend’’ is in de gevaarlijke situatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn de voordelen van lichtschermen?

A
  • contactloos
  • grote afstand
  • verschillende groten maten
    -verticaal en horizontaal monteerbaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat houdt welke kleur in bij lichtzuilen?

A

rood = noodsituatie
oranje = afwijkend
groen = normaal
blauw = aanduiding maatregelen vereist
wit = geen specificatie, zelf verzinnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe wordt een veiligheidsrelais ook wel genoemd?

A

PNOZ of PILZ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is de functie van een veiligheidsrelais?

A

zorgen ervoor dat de machines in een veilige stand komen zodra er een veiligheidsvoorziening wordt bediend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn veiligheidsfuncties / voorzieningen?

A

-noodstopknoppen
-hekken
-lichtschermen
-schakelmatten
-twee handenbediening (min 55 cm afstand)
tijdvertraging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Mogen veiligheidsrelais wel of niet door andere storingen uitvallen?

A

Die mogen zeker niet uitvallen door andere storingen, want dan ontstaan er gevaarlijke situaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Uit welke onderdelen bestaat een veiligheidsrelais?

A
  • de voeding (A1 en A2)
  • het ingangscircuit ( S11, S12, S21 en S22)
  • het uitgangscircuit (13-14 en 23-24)
  • het start/resetcircuit (S34 en X32)
17
Q

In welke 5 categorieën worden risico’s van veiligheidscircuits opgedeeld?

A

Cat B: enkelpolige bediende stop
Cat 1: dubbellpolige bediende stop
Cat 2: veiligheidsrelais met noodstop
Cat 3: twee standmelders zijn veplicht met de een positief bekrachtigd en de ander negatief bekrachtigd
Cat 4: twee standmelders zijn verplicht met de een positief bekrachtigd en de ander negatief bekrachtigd. Beide standmelders hebben ook een verbreekcontact